Klanten maken

  1. Selecteer Financials > Debiteurenadministratie > Klanten beheren > Klanten.
  2. Klik op het tabblad Klanten op Maken.
  3. Geef de volgende gegevens op:
    Klantengroep
    Selecteer de klantengroep.
    Klantnaam
    Geef de klantnaam op.
    Klantreferentie
    Geef de klantreferentie op.
    Wettelijke naam
    Geef de wettelijke naam op.
    Zoeknaam
    Geef de zoeknaam op.
  4. Geef op het tabblad Hoofdgegevens de volgende gegevens op:
    Contact
    Geef de naam op van het primaire contact van de klant. Als dit veld leeg is, wordt standaard het contact gebruikt dat voor de klant is opgegeven.
    Titel van contact
    Geef de positie van het contact van de klant op.
    Landcode telefoon/telefoonnummer/toestel
    Selecteer de landcode voor de telefoon en geef het telefoonnummer en het toestelnummer op.
    E-mailadres
    Geef het e-mailadres op van het contact van de klant.
    URL-adres
    Geef de URL op van het contact van de klant.
    Code kredietagentschap
    Geef de code van de kredietrelatie op.
    Datum kredietagentschap
    Selecteer de datum van het kredietagentschap.
    Nummer kredietagentschap
    Geef het nummer van het kredietagentschap op.
    Type belastingidentificatie
    Selecteer het type belastingidentificatie voor het bedrijf.
    Belasting-ID
    Geef de belasting-ID op.
    Type controlecijfer
    Selecteer het type controlecijfer.
    Standaard-btw-registratienummer
    Geef het standaard-btw-identificatienummer op.
    Standaardland btw-registratie
    Selecteer het land waarop het standaard-btw-identificatienummer van toepassing is.
    Orderinvoeradres overschrijven
    Schakel dit selectievakje in om het orderinvoeradres te overschrijven.
    Kredietlimiet
    Geef het totale creditbedrag in de basisvaluta van het bedrijf op dat u aan de klant wilt berekenen. Als dit veld leeg is, wordt standaard de kredietlimiet gebruikt die voor de klant is opgegeven.
    Orderlimiet
    Geef het totale orderbedrag in de basisvaluta van het bedrijf op dat u voor deze klant wilt instellen. Als dit veld leeg is, wordt standaard de orderlimiet gebruikt die voor de klant is opgegeven.
    Blokkeringscode
    Geef de blokkeringscode op om te voorkomen dat de klant bestellingen kan plaatsen. Als dit veld leeg is, wordt standaard de blokkeringscode gebruikt die aan de klant is toegewezen.
  5. Geef op het tabblad Adres de volgende gegevens op:
    Land
    Selecteer het land.
    Adres
    Geef het adres voor de klant op.
    Plaats
    Geef de plaats voor de klant op.
    Staat/provincie
    Selecteer de provincie voor de klant.
    Postcode
    Geef de postcode voor de klant op.
    Gemeente/district
    Geef de gemeente of het district voor de klant op.
    Type
    Selecteer het adrestype. (optie voor postbus, straat, militair of niet gedefinieerd).
    Breedtegraad
    Geef de breedtegraad van de locatie op.
    Lengtegraad
    Geef de lengtegraad van de locatie op.
    Hoogte
    Geef de hoogteligging van de locatie op.
  6. Klik op het tabblad Leverancier en selecteer de leveranciersgroep en leverancier waarbij de klant hoort.
  7. Klik op Opslaan.
    Nu zijn de tabbladen Factuuradres en Bijlagen beschikbaar.