Een laadplan aanmaken of wijzigen

Ga als volgt te werk om een laadplan te aan maken:

  1. Selecteer Uitslag > Laadbeheer > Lading aanmaken. De pagina Laadplanning wordt weergegeven.
  2. Geef informatie op in de juiste velden om het orderbereik te definiëren van de orders die u wilt weergeven. Voer van elk bereik de onderste waarde in in de linkerkolom en de hoogste waarde in de rechterkolom.
  3. Klik op Zoeken om de orders op te halen die aan de criteria voldoen.
    NB

    overbodige gegevensrijen die zijn opgehaald, kunt u verwijderen. Met deze optie verwijdert u de order van het huidige scherm met kandidaten voor opname in een lading. U verwijdert een rij uit de lijst door het selectievakje bij de record in kwestie in te schakelen en vervolgens Rij verwijderen te kiezen op het tabblad Acties.

  4. U kunt desgewenst de volgende velden wijzigen:
    • Leverdatum
    • Vertrektijd
    • Route
    • Stop
    • Uitslagkanaal
    • ID externe lading
  5. Als u de laangegevens wilt toepassen op geselecteerde records, klikt u op Acties en selecteert u Laangegevens toepassen.
    NB

    hierbij wordt de uitgaande laan toegepast op een order als er voor de klant een laan is gedefinieerd in de tabel Laan. Als er geen laan wordt gevonden voor de klant, blijft het veld leeg.

  6. Als u een bestaand laadschema op de orders wilt toepassen, klikt u op Acties en selecteert u Laadschema toepassen. Het scherm Schemasoort selecteren wordt weergegeven.
  7. Selecteer in de keuzelijst het soort schema (normaal of vakantie) en klik op Ja.
    NB
    • Als u een order in een lading wilt opnemen, moet u een route en een stop voor de order definiëren. Als de gewenste order niet beschikbaar is, kunt u de order in de lijstweergave bewerken.
    • Als er overeenkomende laadschemarecords worden gevonden, worden in de velden Route, Vertrektijd van stop en Uitgaande laan de waarden van het laadschema automatisch ingevuld.
    • Wordt er voor een of meer orders geen laadschemarecord gevonden, dan worden deze velden niet bijgewerkt.
    • Waarden die in het headerveld stonden voordat u het laadschema toepaste, worden door deze bewerking niet overschreven.
  8. Op de volgende manier maakt u lading-ID-records aan voor de orders:
  9. Schakel het selectievakje in bij de orderrecords die u wilt toevoegen aan ladingen.
  10. Klik op Acties en selecteer Records lading-ID aanmaken.
    NB
    • Als u een order in een lading wilt opnemen, moet u een route en een stop definiëren. Als een order waarvoor een route en stop zijn gedefinieerd niet beschikbaar is, kunt u de order in Lijstweergave selecteren en de order vervolgens bewerken.
    • Er wordt een lading-ID aangemaakt voor alle orders met een unieke route die op dat moment nog niet zijn toegekend aan een lading-ID met de status Open of In verwerking. Er kunnen dus meerdere laadrecords tegelijk worden aangemaakt door het systeem.
    • Orders waarvoor een route is toegewezen aan een lading met de status Open of In verwerking worden aan de bestaande lading-ID toegevoegd. Is de order toegewezen aan een route voor een bestaande lading met de status Geladen of Verzonden, dan wordt de order aan een nieuwe lading-ID toegewezen.
    • U kunt lading-ID's ook handmatig aanmaken via de pagina Onderhoud lading.
    • Laadtaken worden aangemaakt tijdens het allocatieproces. Als verzendorders die al zijn toegewezen, worden toegevoegd aan een lading, worden door het systeem alle vereiste laadtaken aangemaakt. Vervolgens kan het magazijn de nieuw toegevoegde eenheden laden.