Kopgegevens voor de lading bijwerken
Ga als volgt te werk om een bestaande lading bij te werken:
-
Selecteer in het menu Laadbeheer (LDM) de optie Aanmak./bijw.. Het scherm Lad. toev./bijw. (ML1) wordt weergegeven.
-
Vul ten minste één van de volgende velden in om de bij te werken lading te selecteren.
- Ladingnummer
- Geef de lading-ID op die door het systeem wordt toegewezen.
- Opleggernummer
- Geef het nummer van de oplegger op, mits dat is toegewezen.
- Deurnr
- Geef het huidige deurnummer op.
- Op basis van de gegevens die u invoert, zoekt het systeem laadrecords om zo de huidige openstaande ladingen te vinden die aan uw zoekcriteria voldoen.
-
Het scherm Lad. toev./bijw. (ML2) wordt weergegeven.
Geef de volgende informatie op.
- Verzenden-aan
- Geef de klant op waarnaar de order moet worden verzonden. Geef de klantcode op of druk op F2 om een keuze te maken in een lijst met klanten.
- ExtLd
- Geef een externe of alternatieve lading-ID op. Als er tussen de lading en een verzending op een ander systeem een koppeling bestaat, wordt deze waarde door het systeem gegeven.
- Opleggernr.
- Geef het opleggernummer op. U moet op dit veld een waarde opgeven om het laadproces te starten.
- Tp opl.:
- Geef het type oplegger voor de lading op. Geef een geldig type op of druk op F2 om een waarde in een lijst met beschikbare opleggertypen te selecteren.
- Deur
- Geef het deurnummer op voor de locatie waar de oplegger moet worden geladen.
- Route
- Geef het routenummer op dat aan de lading is toegewezen, mits dit nummer bestaat.
- Vervoerder
- Geef de vervoerder voor de lading op. Geef de vervoerdercode op of druk op F2 om een keuze te maken in een lijst met vervoerders.
- Status
- Geef Openstaand op als status van de lading. Gebruik dit veld alleen om de status van Nieuw bij te werken naar Openstaand.
- Vertrektijd
- Geef de datum en tijd op waarop de lading moet vertrekken. De juiste tijdnotatie is uu:mm:ss.