Loonadministratie verwerken
Het loonlijstproces bevat functionaliteit waarmee u werkgegevens kunt extraheren voor gebruik in processen die buiten WM vallen. Met dit proces extraheert u loonlijstgegevens die vervolgens worden geëxporteerd naar een XML-bestand. Dit bestand kunt u in uw loonlijstsysteem gebruiken. U gebruikt het proces ook voor het verzamelen van dagelijkse werkgegevens die via ION naar de business vault worden gezonden voor gebruik in rapportageprogramma's. U kunt gegevens ook naar de business vault sturen als het extraheren van loonlijstgegevens niet nodig is.
Met Loonadministratie verwerken extraheert u gegevens uit goedgekeurde urenstaten. Op urenstaten worden de inklok- en uitkloktijden bijgehouden en de tijd die kantoorpersoneel en gebruikers van RF-apparaten aan opdrachten besteden. Om er zeker van te zijn dat de gegevens kloppen, moeten de urenstaten door supervisors worden goedgekeurd. Alleen goedgekeurde urenstaten worden gebruikt voor het extraheren of verzamelen van gegevens voor de business vault. Als u extra uren wilt toevoegen nadat de gegevens zijn geëxtraheerd, maakt u een nieuwe urenstaatrecord aan.
Als u Loonadministratie verwerken wilt gebruiken, voert u de volgende instellingstaken uit:
- Definieer loonperioden op bedrijfsniveau. Wanneer een supervisor de urenstaten voor een loonperiode goedkeurt, worden door het systeem automatisch extra perioden aangemaakt, zoals gedefinieerd op het scherm Loonperioden. U kunt definiëren hoeveel extra toekomstige loonperioden het systeem automatisch zal aanmaken. Raadpleeg "Loonperioden aanmaken" in de Infor WMS Configuratiehandleiding.
- Ga op het scherm Magazijn naar het tabblad Labor Management en geef informatie op over het verwerken van loonlijstgegevens. Het extraheren van de loonlijstgegevens en het verzamelen van de werkgegevens wordt voor elk magazijn uitgevoerd. Raadpleeg "Een magazijn configureren" in de Infor WMS Configuratiehandleiding.
- Maak een job in de Planner aan. Het is verstandig om bij het aanmaken van de job de volgende gegevens te gebruiken:
Naam | Loonadministratieproces |
Scheduler-niveau | Op bedrijfsniveau ( | ) als Planner is geselecteerd.
Schema | Dagelijks |
Methode | MainPayrollProcess |
Magazijn | ALL= Loonperioden voor alle magazijnen verwerken
Magazijncode = Loonperioden voor één magazijn verwerken |
Aantal perioden | Aantal extra loonperioden dat wordt aangemaakt nadat supervisors bestaande urenstaten hebben goedgekeurd |
Business Vault | SKIPBV = Export naar de Business Vault overslaan wanneer de loonlijstgegevens opnieuw worden geëxtraheerd |