Scherm Nieuwe tellingcontrole op het werkstation

Zoals beschreven in Scherm Nieuwe tellingcontrole, kunt u het scherm Nieuwe tellingcontrole gebruiken om gegevens die beschikbaar zijn voor fysieke inventarisaties, op te vragen en bij te werken. Het scherm geeft een duidelijker overzicht en biedt meer mogelijkheden dan het invoerscherm.

U kunt de inventarisatierecords bewerken, maar u kunt met dit scherm ook nieuwe, nog niet bestaande tellingen toevoegen. Zie Een nieuwe inventarisatierecord maken met het werkstationvoor meer informatie.

In dit scherm wordt onder andere de volgende informatie weergegeven:

Lijstnummer
Het lijstnummer dat is gekoppeld aan een set fysieke tellingen. Voor alle tellingen die op hetzelfde moment worden gestart, wordt hetzelfde lijstnummer gebruikt.
Inventarisatietelling
Unieke ID van de inventarisatietelling.
Status
Algemene status van de telling. Wanneer een telling wordt ingevoerd voor het eerste team, wordt de status bijgewerkt naar In verwerking.
Eigenaar
Eigenaar van de voorraad.
Artikel
Het artikelnummer.
VPE
Als standaardwaarde wordt de VPE gebruikt die aan het artikel is toegewezen. De tellingen kunnen via RF worden vastgelegd met een andere VPE.
Eenheid
Basiseenheid voor de VPE.
Locatie
De getelde locatie.
Partij
Systeempartij. Deze waarde kan niet worden bijgewerkt door de gebruiker.
LPN
License Plate Number.
Beginhoeveelheid
De initiële voorraadhoeveelheid die is vastgelegd bij het starten van het inventarisatieproces.
Hoev. team A
De hoeveelheid die is vastgelegd door inventarisatieteam A (in basiseenheden). Kan worden bewerkt.
Eenheid team A
Eenheid die is vastgelegd door team A. Dit kan elke eenheid zijn die geldig is voor de VPE.
Eenheid hoev. team A
De hoeveelheid in de eenheid die is vastgelegd door telteam A. Bijvoorbeeld: als de telling wordt vastgelegd in dozen, staat deze waarde voor het aantal dozen.
Status A
Status van de telling door team A. Wanneer een hoeveelheid wordt geregistreerd voor team A, wordt de status bijgewerkt naar Geteld.
Hoev. team B
De hoeveelheid die is vastgelegd door inventarisatieteam B (in basiseenheden). Kan worden bewerkt.
Eenheid team B
Eenheid die is vastgelegd door team B. Dit kan elke eenheid zijn die geldig is voor de VPE.
Eenheid hoev. team B
De hoeveelheid in de eenheid die is vastgelegd door telteam B. Bijvoorbeeld: als de telling wordt vastgelegd in dozen, staat deze waarde voor het aantal dozen.
Status team B
Status van de telling door team B. Wanneer een hoeveelheid wordt geregistreerd voor team B, wordt de status bijgewerkt naar Geteld.
Hoev. team C
De hoeveelheid die is vastgelegd door inventarisatieteam C (in basiseenheden). Kan worden bewerkt.
Eenheid team C
Basiseenheid die is vastgelegd door team C. Dit kan elke eenheid zijn die geldig is voor de VPE.
Eenheid hoev. team C
De hoeveelheid in de eenheid die is vastgelegd door telteam C. Bijvoorbeeld: als de telling wordt vastgelegd in dozen, staat deze waarde voor het aantal dozen.
Status team C
Status van de telling door team C. Wanneer een hoeveelheid wordt geregistreerd voor team C, wordt de status bijgewerkt naar Geteld.
Huidig verschil
Het verschil tussen de door team A getelde hoeveelheid en de initiële hoeveelheid.
Geboekte hoeveelheid
Definitieve hoeveelheid wanneer de boeking wordt voltooid. De telling door team A wordt bij het boeken gebruikt als de basis voor deze hoeveelheid.
Aangepaste hoeveelheid
De hoeveelheid die is aangepast bij het boeken omdat er een verschil was tussen de initiële hoeveelheid en de door team A getelde hoeveelheid.
Partijkenmerk01-12
Waarden van partijkenmerken. Deze waarden worden automatisch ingevuld op basis van het systeempartijnummer.
Inventarisatie-tag
Tag-nummer, als een nummer wordt gebruikt bij de fysieke inventarisatie.
Elke waarde
Artikelkosten per eenheid.
Beginwaarde
Totale waarde op basis van de initiële hoeveelheid en de kosten per eenheid
Gecorrigeerde waarde
Totale waarde op basis van de initiële hoeveelheid en de kosten per eenheid
Locatieniveau
Wordt ingevuld op basis van het locatieniveau in de locatieconfiguratie. Het locatieniveau kan worden gebruikt om de inhoud van het scherm in een andere volgorde te sorteren.
Locatierichting
Wordt ingevuld op basis van de richting in de locatieconfiguratie. De richting kan worden gebruikt om de inhoud van het scherm in een andere volgorde te sorteren.