Orderstatus configureren

Selecteer Configuratie > Codes > Orderstatus om het scherm Orderstatus te openen.

In de volgende tabel worden de velden in het scherm Orderstatus beschreven.

Code: Waarde die wordt toegewezen aan orders die in de applicatie worden verwerkt. De status wordt bijgewerkt als de toestand van de orders verandert. Beveiligd tegen schrijven.
Omschrijving: De bewerkbare omschrijving van de orderstatuscode. Verplicht.
Beschikbaar: Selectievakje dat aangeeft of de orderstatus wordt gebruikt door het magazijn. Indien ingeschakeld, wordt de status gebruikt; indien uitgeschakeld, wordt de status niet gebruikt.
Verzendorder: Indicator die bepaalt of de orderstatus van toepassing is op verzendorders. Indien ingeschakeld, wordt de status gebruikt voor verzendorders; indien uitgeschakeld, wordt de status niet gebruikt voor verzendorders.
Regels: Set voorwaarden die de statusbijwerking activeren. Beveiligd tegen schrijven.
Opmerkingen: Opmerkingen over de orderstatus.

Klik in het veld Omschrijving om de omschrijving van de bijbehorende orderstatuscode desgewenst te bewerken/aan te passen.

Het selectievakje Ingeschakeld geeft aan of de status wordt gebruikt door het magazijn. Als u een status wilt uitschakelen, schakelt u het bijbehorende selectievakje Ingeschakeld uit.

De orderstatus wordt standaard automatisch ingesteld op Geselecteerd, wat aangeeft dat de status wordt gebruikt. Een eerder geselecteerde status kan worden gewist, zolang de status niet wordt gebruikt. Als u probeert een status te wissen of uit te schakelen die wordt gebruikt, wordt een foutbericht weergegeven.

U kunt niet alle statustypen wissen. Er moet ten minste één orderstatus voor elk stadium van de levenscyclus van een order geselecteerd blijven. De volgende statustypen kunnen niet worden gewist:

Niet synchroon
Onbekend
Lege order
Extern aangemaakt
Intern aangemaakt
Geconverteerd
Niet gestart
Gealloceerd
Vrijgegeven
Picken voltooid
Verzending voltooid
Vrijgegeven voor Warehouse Planner

Klik op Opslaan.