Scherm Inslagactiviteit configureren

U configureert inslagactiviteiten als volgt:
  1. Selecteer Beheer > Inslagactiviteit om het scherm Inslagactiviteit te openen.
  2. Als u een nieuwe record wilt aanmaken, klikt u op Nieuw om de detailweergave Inslagactiviteit te openen.
  3. Geef de volgende informatie op:
    Magazijn
    Dit veld wordt vooraf gevuld met de code van de magazijnrecord. Een magazijn is een unieke code waarmee de magazijnlocatie wordt geïdentificeerd.
    Naam magazijn
    Dit veld wordt vooraf gevuld met de naam van het magazijn.
    Eigenaar
    Eigenaar van de artikelen die met de inslagactiviteit worden ontvangen.
    NB

    de eigenaar moet in de applicatie zijn geconfigureerd.

    Bedrijf
    Dit veld wordt vooraf gevuld met de geselecteerde eigenaar. De volledige naam van het bedrijf dat aan de eigenaar is gekoppeld.
    NB

    De klant moet zijn geconfigureerd in het scherm Eigenaar.

    Verzenden-van
    Verzenden-van relatie van de artikelen die met de inslagactiviteit worden ontvangen.
    NB

    De verzenden-van relatie moet in de applicatie zijn geconfigureerd.

    Naam
    Dit veld wordt vooraf gevuld met de geselecteerde of ingevoerde verzenden-van relatie. De volledige naam van het bedrijf dat aan de verzenden-van relatie is gekoppeld.
    NB

    De naam moet in het scherm Verzenden-van als het bedrijf zijn geconfigureerd.

Lijstweergave regel

Type
Selecteer het type inslagactiviteit. Geldige waarden zijn:
  • Wegzettaken op basis van papier genereren
  • Wegzetrapport afdrukken
  • Wegzetlabels afdrukken
Actief

Vlag op basis waarvan het systeem het geselecteerde type inslagactiviteit kan opnemen in het inslagontvangstproces voor het opgegeven magazijn of de opgegeven eigenaar of verzenden-van relatie. Opties zijn: Ja en Nee.

Automatisch
Vlag op basis waarvan wordt bepaald of het systeem het geselecteerde type inslagactiviteit automatisch uitvoert tijdens het inslagontvangstproces voor het opgegeven magazijn of de opgegeven eigenaar of verzenden-van relatie. Opties zijn: Ja en Nee.
Datum bewerking:
Dit veld toont de datum waarop deze activiteit het laatst is bewerkt.
Bewerkt door:
Dit veld toont de gebruiker-ID van de gebruiker die deze activiteit het laatst heeft bewerkt.
Ontvangststatus voor activiteit
Dit veld toont een lijst van statuscodes voor ASN's/ontvangsten die kunnen worden gebruikt om automatisch afdrukken en/of automatische e-mailberichten te activeren. De volgende waarden zijn mogelijk:
  • In ontvangst
  • Ontvangst gereed
  • Ontvangst afgesloten
  • Controle ontvangsten afgesloten

Het veld kan alleen worden gebruikt voor geselecteerde typen activiteiten. Raadpleeg de Inslagactiviteiten die zijn gekoppeld aan statusupdates om te zien welke typen beschikbaar zijn.

Aantal af te drukken kop.
Geef het aantal exemplaren op dat u wilt afdrukken.
Ontvanger e-mail
Selecteer een optie in de keuzelijst om te bepalen wie de e-mail moet ontvangen wanneer de order of lading de opgegeven status bereikt. De opties zijn:
  • Geen tenzij opgegeven op eigenaarsrapporten. Er wordt geen e-mail verzonden tenzij een specifieke versie van het rapport is geconfigureerd en op dat scherm een e-mail is opgegeven.
  • Alleen weergegeven e-mailadressen. Geef de specifieke e-mailadressen op in het veld E-mailadres.
  • Verzenden-van e-mail bij ontvangst. Er wordt een e-mail verzonden naar het e-mailadres dat voor de verzenden-van leverancier wordt vermeld op de ASN/ontvangst.
  • E-mail contactpersoon 1 in verzenden-van basisgegevens. Het e-mailadres gebruiken dat voor de verzenden-van klant is gedefinieerd voor contactpersoon 1 in de basisgegevens van de handelspartner.
  • E-mail contactpersoon 2 in verzenden-van basisgegevens. Het e-mailadres gebruiken dat voor de verzenden-van klant is gedefinieerd voor contactpersoon 2 in de basisgegevens van de handelspartner.
E-mailadressen
Geef de specifieke e-mailadressen op waarnaar u het bericht, indien nodig, wilt verzenden. Gebruik een komma tussen adressen wanneer u een bericht naar meerdere personen wilt sturen.
Onderwerpregel e-mail
Geef de tekst op die moet worden weergegeven op de onderwerpregel van het e-mailbericht. U kunt velden uit de kop van de ASN/ontvangst opnemen in de onderwerpregel door %-tekens rond de kolomnaam te plaatsen. Bijvoorbeeld: Uw zending %WarehouseReference% is ontvangen op %ClosedDate%.

Voor een lijst van de databasekolommen raadpleegt u in het document over de Data Dictionary de informatie over de tabel ONTVANGST of gebruikt u de Excel-sjabloon voor het importeren/exporteren van ontvangsten.

Hoofdtekst e-mailbericht
Geef de tekst van het e-mailbericht op. In de hoofdtekst kan geen specifieke informatie uit de ontvangst worden opgenomen, zoals wel het geval is voor de onderwerpregel (zie hierboven).