Een gebied definiëren

Een gebied is een verzameling zones. Elke zone kan zich in een of meer gebieden bevinden. Taakbeheer gebruikt een gebied als een mechanisme voor toegangscontrole binnen een magazijn door gebieden toe te wijzen op basis van functies, zoals toegang tot transportmiddelen, inhoud of fysieke locatie binnen het magazijn.

Dit zijn enkele voorbeelden van gebieden:

  • Gebied voor aanvulling met hoogwerker
  • Linkermagazijn
  • Rechtermagazijn
  • Middelste magazijn
  • Beveiligd gebied

U definieert een gebied als volgt:

  1. Selecteer Configuratie > Productiviteit > Gebied om het scherm Gebied te openen.
    NB

    De selecties Importeren en Exporteren zijn beschikbaar in de lijstweergave van het Gebied. Naast de functionaliteit die is gedefinieerd in de Infor WMS Introductie en navigatiegebruikershandleiding, zijn de import- en exportfuncties in de lijstweergave van de Gebieden uitgebreid.

    • U kunt op Importeren klikken om Microsoft Excel-gegevens te importeren om nieuwe records aan te maken of bestaande records bij te werken. Infor CloudSuite WMS valideert de veldwaarden voordat nieuwe records worden ingevoegd of bestaande records worden bijgewerkt. Als een validatie mislukt, geeft het invoerlogbestand het foutbestand aan.
    • Wanneer u op Exporteren klikt, worden zowel de kop- als detailgegevens naar een Microsoft Excel-bestand geëxporteerd. Zoals in andere bestaande gebieden binnen Infor CloudSuite WMS, worden de kop- en detailwaarden geëxporteerd naar afzonderlijke tabbladen in het Excel-bestand.

  2. Klik op Nieuw om de weergave Gebiedsregel te openen.
  3. Geef de volgende informatie op:
    Gebied
    Unieke code ter identificatie van het gebied. Verplicht.
    Zone
    Zone die aan het opgegeven gebied is toegewezen. Verplicht.
    NB

    Deze lijst bestaat uit records uit Configuratie > Configuratie taakbeheer > Zone.

  4. Klik op het tabblad Stemeigenschappen en geef de volgende gegevens op:
    Tabblad Stemeigenschappen
    Voice-picking toestaan
    Als deze optie is ingesteld op Ja, is het gebruik van spraak ingeschakeld in dat gebied
    Maximum aantal toewijzingen voor picker op een bepaald moment
    Het maximale aantal toewijzingen waaraan een picker op een bepaald moment kan werken.
    Spraaklocatie en/of artikelomschrijving
    Hiermee wordt bepaald wat het voice-systeem tegen een operator moet zeggen (de locatie van het artikel, de omschrijving van het artikel of beide) wanneer de operator een toewijzing pickt. Opties zijn:
    • Spraakomschrijving
    • Omschrijving en locatie uitspreken
    • Locatie inspreken
    Gesproken werk-ID:
    Hiermee wordt bepaald of het voice-systeem het verzendordernummer voor elke pick uitspreekt.
    Type afleverprompt
    Hiermee wordt het type afleverprompt voor dat gebied bepaald. Opties zijn:
    • Afleverlocatie weergeven - de terminal geeft de afleverlocatie weer voor de operator en wacht totdat de operator Gereed zegt.
    • Afleverlocatie weergeven en valideren - de terminal geeft de afleverlocatie weer voor de operator en wacht totdat de operator deze bevestigt door de afleverlocatie uit te spreken en Gereed te zeggen.
    • Geen - de terminal geeft geen aflevergegevens weer voor de operator.
    Huidige schaplengte:
    Het gedeelte van de locatienaam dat de schap aangeeft. Dit maakt ook deel uit van de zone-instelling. Als de start van de schap 1 is en het eind van het gangpad 3 is, moet dit veld XXX bevatten.
    Lengte huidige locatie:
    Het gedeelte van de locatienaam dat de lengte aangeeft van de locatie die zich in de zone bevindt. Als de start van de locatie 4 is en het eind van de locatie 6, moet dit veld XXX bevatten.
    Overslaan locaties door gebruiker toestaan:
    Hiermee wordt bepaald of een picker locaties mag overslaan tijdens het picken.
    Opnieuw picken van overgeslagen locaties:
    Hiermee wordt bepaald of het voice-systeem de overgeslagen locaties aan het eind van de picktoewijzing ophaalt.
    Pick-prompt voor operator:

    Hiermee wordt bepaald hoe de applicatie de pickprompt aan de operator geeft.

    • Meerdere prompts betekent dat de terminal een locatieprompt geeft (waarna de operator de controlecijfers opgeeft) en een prompt voor de te picken hoeveelheid.
    • Eén prompt betekent dat de terminal de locatie en de te picken hoeveelheid geeft, ongeacht hoeveel artikelen de operator moet picken, voordat wordt gewacht totdat de operator de controlecijfers opgeeft.
    • Eén prompt, hoeveelheid onderdrukken 1 betekent dat de terminal de locatie geeft en, als de operator meer dan één artikel moet picken, de te picken hoeveelheid.

    Afhankelijk van de instelling voor Gesproken werk-ID toestaan kan de prompt ook de werk-ID omvatten. De locatie-ID kan de locatie, de beschrijving of beide bevatten, afhankelijk van de instelling voor Picken per locatie/beschrijving.

    Aftekenen toegestaan:
    Hiermee wordt bepaald of een operator ervoor kan kiezen een toewijzing af te tekenen voordat de toewijzing is voltooid en geleverd. De taak biedt de operator de mogelijkheid op veel momenten af te tekenen, maar aftekenen op die momenten is alleen mogelijk als deze optie is ingesteld op Ja.
    In container geplaatste hoeveelheid verifiëren:
    Hiermee wordt bepaald of de operator de hoeveelheid die in de container wordt geplaatst, moet verifiëren
  5. Klik op het tabblad Locatieschema en geef de volgende gegevens op:
    Tabblad Locatieschema
    Patroon controlecijfer spraak
    Dit patroon wordt gebruikt voor weergave en bevestiging door de spraakoperator.
    • Standaard controlecijfer - controlegetal met één cijfer dat wordt ondersteund in RF- en spraakopdrachten.
    • Controlegetal met twee cijfers - controlegetal met twee cijfers dat alleen wordt ondersteund in spraakopdrachten.
    • Controlegetal met drie cijfers - controlegetal met drie cijfers dat alleen wordt ondersteund in spraakopdrachten.

    Als het patroon voor spraakcontrolecijfers een controlegetal van twee of drie cijfers is, moet u het volgende doen om een fout te voorkomen:

    • Als Selectie standaard controlecijfers spraak niet is ingevuld, moet Rotatie controlecijfer spraak op Ja staan.
    • Als Selectie standaard controlecijfers spraak op een vorm staat, moet Rotatie controlecijfer spraak op Nee staan.
    Patroon standaard controlecijfer spraak:
    Een patroon voor de selectie van rotatiepatronen dat is toegewezen voor het mappen van gelijke controlecijfers.
    Rotatie controlecijfer spraak
    Als deze optie is ingesteld op Ja, is de rotatiefunctionaliteit ingeschakeld.
    Gangpad
    Startpositie en eindpositie.
    Schap
    Startpositie en eindpositie.
    Locatie
    Startpositie en eindpositie.
  6. Klik op Opslaan.