Syntaxis voor de planningsexpressie

De planningsexpressie wordt gebruikt om de planning te definiëren voor de taak die moet worden uitgevoerd. De planningsexpressie wordt gedefinieerd door middel van de CRON-syntaxis.

De syntaxis voor de opdracht Taakplanner bestaat uit de volgende vijf verplichte velden en een optioneel veld, gescheiden door een spatie:

Veldnaam	Toegestane waarden	Toegestane speciale tekens
Minuten	0-59	, - * /
Uren	0-24	, - * /
Dag van de maand	0-31	, - * ? / L W
Maand	0-12 of JAN-DEC	, - * /
Dag van week	1-7 of ZON-ZAT	, - * ? L #
Jaar (optioneel)	NULL of 1970 - 2199	, - * /

De speciale tekens die gebruikt kunnen worden in de syntaxis van de planningsexpressie zijn:

Speciale tekens	Gebruik
Komma (,)	Dit teken wordt gebruikt om de extra waarden op te geven. Bijvoorbeeld, als "MAA,WOE,VRI" is opgegeven in het veld Dag van de week, zijn de dagen respectievelijk maandag, woensdag en vrijdag.
Koppelteken (-)	Dit teken wordt gebruikt om het bereik op te geven. Bijvoorbeeld, als "10-12" is opgegeven in het veld Uren, zijn de uren respectievelijk 10, 11 en 12.
Asterisk (*)	Dit teken wordt gebruikt om alle waarden op te geven. Bijvoorbeeld, als "*" is opgegeven in het veld Minuten, worden alle minuten meegerekend.
Schuine streep (/)	Dit teken wordt gebruikt om vergrotingstrappen op te geven. Bijvoorbeeld, als "0/15" is opgegeven in het veld Seconden, zijn de seconden 0, 15, 30, 45 en 60. Als "5/15" is opgegeven in het veld Seconden, zijn de seconden respectievelijk 5, 20, 35 en 50. De vorm "*/..." is gelijk aan de vorm "eerste-laatste/...", dat wil zeggen: een vergrotingstrap over het grootst mogelijke bereik van het veld.
Vraagteken (?)	Dit teken wordt gebruikt in de velden Dag van de maand en Dag van de week. Het vraagteken wordt gebruikt om "Geen specifieke waarde" op te geven en wanneer slechts een van de twee velden ingevuld hoeft te worden. Om bijvoorbeeld aan te geven dat de syntaxis uitgevoerd moet worden op een bepaalde dag van de maand (de tiende) maar niet op een specifieke dag van de week, vult u in het veld Dag van de maand "10" in en in het veld Dag van de week "?".
L (Laatste)	Dit teken wordt gebruikt in de velden Dag van de maand en Dag van de week. Bijvoorbeeld, als u "L" opgeeft in het veld Dag van de maand, is de dag de laatste dag van de maand. Als "L" is opgegeven in het veld Dag van week, is de dag "7", oftewel "ZAT". Maar als "L" na een andere waarde is opgegeven in het veld Dag van de week, dan is de dag "de laatste xxx dag van de maand". Bijvoorbeeld, "6L" betekent "de laatste vrijdag van de maand". Wanneer u de optie "L" gebruikt, hoeven de lijsten of de bereiken van waarden niet opgegeven te worden.
W	Dit teken wordt gebruikt in het veld Dag van de maand voor de werkdag die het dichtst bij de opgegeven dag ligt. Bijvoorbeeld, als u "15W" opgeeft in het veld Dag van de maand, is de dag "de dag die het dichtst bij de vijftiende van de maand ligt". Als de vijftiende van de maand op zaterdag valt, is de Dag van de maand de veertiende; als de vijftiende op zondag valt, is de Dag van de maand de zestiende.