Diagramparameter

Ingebedde werkbladen bevatten een diagramonderdeel waarmee de gebruiker de gegenereerde gegevens in een grafische opmaak kan bekijken. Het diagram kan worden opgenomen en weergegeven onder de kerntabel. Het diagram kan ook in plaats van de tabel worden gebruikt of worden verborgen.

De volgende tabel toont de parameters die worden gebruikt om de diagramconfiguratie en het diagramgedrag te besturen:
Veld Naam Default Omschrijving
rv_chart_number Type diagram 0 Het type diagram dat wordt weergegeven onder het kerntabelgebied:
  • 0 of niet gedefinieerd = Geen diagram
  • 1 = Kolomdiagram (verticale balken)
  • 2 = Lijndiagram
  • 3 = Cirkeldiagram
  • 4 = Oppervlakdiagram
  • 5 = Staafdiagram (horizontale balken)
  • 6 = (Hitte)kaartdiagram
  • 8 = Trechterdiagram
  • 9 = Coördinaatkaart
U kunt deze waarden voor een specifieke measure overschrijven met behulp van de eigenschap diagramnummer in de parameter rv_measure_format.
rv_chart_export_size Grootte geëxporteerd diagram 600:400 De grootte in pixels van het diagram wanneer het werkblad wordt geëxporteerd naar een PDF-bestand of Excel. Het ingebedde diagram is een statische afbeelding en kan niet worden bewerkt nadat het diagram is geëxporteerd. Er moeten ten minste twee getallen worden opgegeven in het formaat 'breedte:hoogte'. Als er geen afmetingen worden opgegeven en het werkblad met de diagramgegevens wordt geëxporteerd, wordt 600:400 gebruikt als default waarde.
rv_chart_rows Diagramrijen Waar Geeft aan of het diagram is gebaseerd op rijen of kolommen; Waar = diagram is gebaseerd op gegevens die vereist zijn voor de elementen die worden gebruikt om de linkerdimensies (rijen) aan te maken, Niet waar = diagram is gebaseerd op gegevens die vereist zijn voor elementen die worden gebruikt om de bovenste dimensies (kolommen) te maken. Als dit niet is gedefinieerd, dan default = Waar. Bij het plaatsen van rijen in een diagram is elke combinatie in de linkerdimensie een reeks in het diagram, hetzij een afzonderlijk(e) balk, lijn, gebied of een afzonderlijk segment of een gestapelde sectie. Met elke combinatie van elementen in de bovenste dimensie worden categorieën op de X-as aangemaakt. Als de diagramrij = Niet waar, wordt dit omgekeerd en is elke combinatie in de bovenste dimensie een reeks in het diagram, waarbij de elementen aan de linkerkant de X-as-categorieën weergeven.
rv_fit_panel Passend maken voor deelvenster Waar Wordt gebruikt om te bepalen of het diagram moet worden aangepast aan de beschikbare vensterbreedte (= Waar), of dat de default grootte moet worden gebruikt met de optionele schuifbalken om alle as-categorieën weer te geven (= Niet waar). Niet van toepassing als het diagramtype = 3, 7 of 8 (Cirkel, Kaart of Meter). Wanneer een diagram wordt weergegeven in 3D, wordt de optie 'Passend maken voor deelvenster' altijd gebruikt (rv_fit_panel wordt genegeerd).
rv_legend_position Legendapositie 1 Geeft de positie aan van de diagramlegenda (sleutel) met betrekking tot het diagramgebied.
  • 0 = Geen
  • 1 = Links
  • 2 = Rechts
  • 3 = Boven
  • 4 = Beneden
  • 5 = Gegevenslabel (alleen van toepassing wanneer rv_chart_number = 3 (Cirkeldiagram) en 8 (Trechter)). De gegevens worden weergegeven in het diagram en niet in een legenda.
Als dit niet is gedefinieerd, dan default = 1 (Links).
rv_min_chart_size Minimumgrootte diagram 0 Geeft de minimumgrootte aan van het diagramgebied in een deelvenster, als het diagram moet worden getekend. Deze parameter kan worden gebruikt in werkbladen met meerdere deelvensters om ervoor te zorgen dat het diagram niet wordt getekend als de venstergrootte niet voldoende is. Zo wordt bij een grootte van 100 het diagram alleen getekend als het resterende gebied na de kerntabel 100 pixels of meer is. Als dit minder is, wordt het diagram niet getekend. Alleen van toepassing wanneer rv_pivot_hide = Niet waar, dat wil zeggen dan wordt de kerntabel weergegeven. Als dit niet is gedefinieerd, dan wordt de default waarde 0 gebruikt.
rv_pivot_hide Kerntabel verbergen Niet waar Wordt gebruikt om te bepalen of het kerntabelgebied moet worden verborgen (= Waar) en alleen het diagramgebied wordt weergegeven of dat het kerntabelgebied ook moet worden weergegeven (= Niet waar). Alleen van toepassing als rv_chart_number > 0, anders wordt altijd het kerntabelgebied weergegeven. Als dit niet is gedefinieerd, dan default = Niet waar.
rv_pivot_size Kernomvang Geen Geeft de grootte aan van het kerntabelgebied (in pixels) in het huidige deelvenster en het resterende gebied waarin het diagram wordt weergegeven. Van toepassing als een diagram wordt weergegeven (rv_chart_number > 0), anders wordt de kerntabel niet getekend in het venstergebied. Als rv_pivot_size niet is gedefinieerd, krijgen de kerntabel en het diagram evenveel ruimte toebedeeld.
rv_stacked_type Gestapeld type Geen Geeft aan of de reeksen in het diagram gescheiden (Geen), gestapeld, of een gestapeld percentage tot aan 100% zijn.
  • 0 = Geen
  • 1= Gestapeld
  • 2 = Percentage
De parameter kan worden gebruikt met het diagramtype om gestapelde of 100% gestapelde versies van alle diagramtypen te genereren. Deze parameter wordt echter genegeerd als het diagramtype Cirkeldiagram is. Default = 0 (Geen); als dit niet is gedefinieerd, dan wordt er een gescheiden reeks weergegeven.
rv_x_label_Type Labeltype X-as 1 Gebruikt om te bepalen welk type labels van de X-as voor het diagram wordt weergegeven.
  • 0 = Geen
  • 1 = Normaal
  • 2 = Gegroepeerd
Indien niet gedefinieerd, default = 1.
rv_y_label_hide Labels Y-as verbergen Niet waar Wordt gebruikt om te bepalen of de labels van de Y-as in het diagram moeten worden verborgen (= Waar) of moeten worden weergegeven (= Niet waar). Als dit niet is gedefinieerd, dan default = Niet waar.
rv_single_tooltip Eén tooltip weergeven Niet waar Gebruikt om te bepalen of de tooltips voor het diagram moeten worden weergegeven als één tooltip of als een gedeelde tooltip, voor alle elementen op de as. Als dit niet is gedefinieerd, dan default = Waar

Alleen van toepassing als rv_chart_number = 1,2,4,5. Voor andere diagrammen wordt maar één tooltip weergegeven.

rv_pie_style Stijl cirkeldiagram 0 Geeft de stijl van het cirkeldiagram aan: standaardcirkel, ringdiagram of halve ring-diagram.
  • 0 = Standaardcirkeldiagram
  • 1 = Ringdiagram
  • 2 = Halve ringdiagram
Indien niet gedefinieerd, default = 0. Alleen van toepassing als rv_chart_number = 3.
rv_chart_3d Diagram in 3D weergeven Niet waar Geeft aan of de diagrammen waarvoor dit mogelijk is, moeten worden weergegeven in 3D. Indien niet gedefinieerd, default = Niet waar.

Alleen van toepassing als rv_chart_number = 1, 3, 5.

  • Als rv_chart_number = 3 (cirkel), is de 3D-stijl alleen van toepassing voor rv_pie_style = 0 of 1. Als rv_pie_style = 2, wordt rv_chart_3d genegeerd. Wanneer een diagram wordt weergegeven in 3D, wordt de optie 'Passend maken voor deelvenster' altijd gebruikt (rv_fit_panel wordt genegeerd).
rv_gauge_style Stijl meterdiagram 0 Geeft de stijl van het meterdiagram aan (Halve ring (Solid Gauge) of Meter). Als dit niet is gedefinieerd, dan 0 = Halve ring (Solid Gauge) 1 = Meter, en Default = 0 (Solid). Alleen van toepassing als rv_chart_number = 7 (Meter).
rv_y_1_min Minimum eerste Y-as Null Hiermee wordt de minimale beginwaarde aangegeven die voor de eerste Y-as moet worden weergegeven. Als waarden onder de opgegeven minimumwaarde komen, worden de waarden op de minimale as afgezet. Als dit niet is gedefinieerd, wordt automatisch schalen gebruikt. Alleen van toepassing als rv_chart_number = 1, 2, 4 of 5 (Kolom, Lijn, Oppervlak, Staaf) Default = Null (automatisch schalen).
rv_y_2_min Minimum tweede Y-as Null Hiermee wordt de minimale beginwaarde aangegeven die voor de tweede Y-as moet worden weergegeven. Als waarden onder de opgegeven minimumwaarde komen, worden de waarden op de minimale as afgezet. Als dit niet is gedefinieerd, wordt automatisch schalen gebruikt. Alleen van toepassing als rv_chart_number = 1, 2, 4 of 5 (Kolom, Lijn, Oppervlak, Staaf). Default = null (automatisch schalen).
rv_y_procent_min Minimum percentage Y-as Null Geeft de minimumwaarde aan die moet worden weergegeven voor de percentage y-as. Als waarden onder de opgegeven minimumwaarde komen, worden de waarden op de minimale as afgezet. Als dit niet is gedefinieerd, wordt automatisch schalen gebruikt. Alleen van toepassing als rv_chart_number = 1, 2, 4 of 5 (Kolom, Lijn, Oppervlak, Staaf). Default = null (automatisch schalen).

Condities

  • Standaard is het diagram gebaseerd op de gegevens die zijn opgegeven voor de rijen (linkerdimensies), die worden gebruikt om de linkerdimensie-elementen in kaart te brengen (te koppelen).
    • Als er meer dan 1 dimensie bestaat aan de linkerkant, worden deze dimensies samengevoegd (gekoppeld in een reeks) zodat elke unieke combinatie in kaart wordt gebracht.
  • Elke unieke combinatie van het bovenste dimensie-element is een categorie (label) op de X-as.
  • Als rv_chart_rows = Niet waar, dan wordt het diagram 'omgekeerd' en worden de gegevens in de bovenste dimensies in kaart gebracht, waarbij de linkerdimensies worden gebruikt om de categorieën X-as aan te maken.
  • Measures met de standaardopmaak of de rv_measure_format van 0% of 0,00% worden op een aparte as in kaart gebracht:
    • De schaal van deze as kan naar de vereiste percentagewaarden worden aangepast.
    • De waarden moeten in kaart worden gebracht volgens de bijbehorende %-waarde (dat wil zeggen 75%, niet 0,75).
    • In het geval dat bepaalde measures worden gedefinieerd met een opmaak van secondaxis = Waar, dan geeft het diagram ook een 3e as - primair, %-formaat en de alternatieve as weer.
    • Of het %-formaat of de alternatieve as voor measures als eerste wordt weergegeven waar secondaxis = Waar, hangt af van welke als eerste wordt gevonden wanneer de measures voor de werkbladen worden herhaald.
  • Oppervlakdiagramen worden ook gebruikt om een reeks in aflopende volgorde van gemiddelde waarde te tekenen, zodat de grootste reeks op de achtergrond wordt getekend, met een kleinere reeks op de voorgrond. Alle andere diagramtypen worden getekend in de volgorde van elementen in de kerntabel (opgegeven sorteervolgorde dimensies).