Macro's aanmaken

U maakt als volgt een macro aan:

  1. Selecteer Configuratie > Cycli > Macro's om een lijst van macro's weer te geven.
  2. Klik op Nieuw.
  3. Geef de volgende informatie op:
    Naam
    De unieke identificatie van de macro in SCP.
    NB: U kunt de naam niet wijzigen nadat de macro is aangemaakt.
    Weergavenaam
    De naam die in de applicatie moet worden weergegeven.
    Gebruikers

    De naam van de gebruikers die toegang hebben tot de macro.

    Rollen
    De gedefinieerde rol van de gebruiker(s) die toegang heeft/hebben tot de macro.
    NB: Ten minste één gebruiker of rol moet worden toegekend aan een macro. Voor een nieuwe macro wordt standaard de huidige gebruikers-ID ingesteld.
    Systeem
    Geeft aan of de macro door het systeem of door de gebruiker gedefinieerd is.
    NB: Als deze optie is ingesteld op Aan, is de macro door het systeem gedefinieerd en kan deze niet door de gebruiker worden bewerkt.
    Tags
    De tag die is gekoppeld aan een macro. Maak een keuze in een lijst van voorgedefinieerde tags die worden weergegeven in het venster Tags. U kunt een of meer tags aan een macro koppelen. Deze optie wordt gebruikt voor het groeperen van algemene elementen, die kunnen worden gekoppeld aan entiteiten, zoals measures of werkbladen.
    Type
    Het type macro. De waarden kunnen zijn:
    • Cyclusperiode: Een macro die kan worden gebruikt op het cyclusperiodeniveau en die de gegevens van de huidige cyclus en cyclusperiode interpreteert.
      NB: U kunt deze macro uitvoeren via de optie Macro uitvoeren op de taakbalk van het werkblad of de optie Scenariogegevens in de module. Op die manier kunt u de macro-opdrachten (AddCyclePeriodNote, CreateScenario, CopyScenario en RunScenarioMacro ) voor de cyclusperiode aanroepen.
    • Scenario: Een macro die kan worden gebruikt binnen de context van het huidige scenario.
    • Systeem: Een macro die kan worden uitgevoerd zonder een cyclusperiode of scenariocontext te definiëren. Als de cyclusperiode of het scenario echter wel vereist zijn, worden deze opgegeven in de opdrachten voor de macrostappen. Bijvoorbeeld: Cyclusperiode voltooien (W).
      NB: 
      • Cyclusperiode- en Systeemmacro's kunnen worden uitgevoerd vanaf de taakbalk Werkblad, Scenariogegevens en de pagina Cyclusperiode.
      • Scenariomacro's kunnen worden uitgevoerd vanaf de taakbalk Werkblad en de pagina Scenariogegevens.
      • De macrostappen worden uitgevoerd op basis van de beschikbaarheid van de bijbehorende cyclusperioden, scenario's of achtergrondprocessen (zoals Instellingen controleren) en de parameter Time-out die is gedefinieerd in de bijbehorende opdrachten.
      • Iedere macrostap wordt gekoppeld aan een unieke mutatie zodat de voltooide stappen altijd toegewezen zijn.
    Module
    De module waarvoor de macro is gedefinieerd.
    NB: Deze optie is alleen beschikbaar voor macro's van het type Scenario.
  4. Klik op + in het gedeelte Stappen om een nieuwe opdracht voor de macro aan te maken. Het gedeelte Stappen bevat een lijst met opdrachten die voor de macro zijn gedefinieerd.
  5. Geef de volgende informatie op in het venster Stap:
    Type opdracht
    Het type opdracht. De lijst met beschikbare opdrachten is gebaseerd op het opgegeven macro- type.
    Opdrachtparameter
    De waarde van dit veld is gebaseerd op het opgegeven Type opdracht en is een visuele weergave van de vereiste parameters.
    Opdracht
    De opdrachtsyntaxis die wordt uitgevoerd bij deze stap. Elke opdracht bestaat uit een functie en meerdere parameters die de juiste syntaxis voor het opgegeven Type opdracht aangeven.
    NB: De optionele parameters worden aangegeven door [] en alle andere parameters moeten dienovereenkomstig worden ingevuld op het veld Opdracht.
    Omschrijving
    Een optionele omschrijving voor de stap.
    Conditie
    Een conditie voor het uitvoeren van macrostappen. De conditie kan applicatievariabelen bevatten die zijn geëvalueerd op basis van het niveau (Systeem/Cyclus) waarop de macro wordt uitgevoerd.
    NB: 
    • Als deze waarde niet is opgegeven, wordt de macrostap uitgevoerd.
    • De macro-opdracht moet de operators voor basislogica ondersteunen, zoals '=', 'AND', 'OR', '(', ')'.
  6. Klik op Toevoegen. Er wordt een nieuwe opdracht toegevoegd aan de lijst in het gedeelte Stappen.
  7. Klik op de pijl Omhoog en Omlaag om de volgorde van de opdrachten te wijzigen.
    NB: Voor een door het systeem gedefinieerde macro kan de stappenlijst niet worden gewijzigd.
  8. Klik op Opslaan. Er wordt een nieuwe macro aangemaakt.
Gerelateerde onderwerpen