Cirkel-, ring- of trechterdiagrammen in een ingebed werkblad weergeven

Als u een cirkel-, ring- of trechterdiagram wilt bekijken, selecteert u een standaardwerkblad waarvoor rapporttype = pivot_editor, rapportbron = Ingebed en rv_chart_number is 3 of 8. In het werkblad wordt aan alle cirkel-, ring- en trechterdiagrammen evenveel ruimte toebedeeld onder de kerntabel. De parameter rv_fit_panel is echter niet vereist voor deze diagramtypen.

NB:

Er wordt alleen een ringdiagram weergegeven als rv_pie_style = 2.
Trechterdiagrammen worden gebruikt om de gegevens weer te geven op basis van de reeks die is opgegeven in de kerntabel.
De optie voor de sortering van de kerntabel wordt gebruikt om de volgorde te bepalen waarin gegevens moeten worden weergegeven in het trechterdiagram.

Default worden de gegevens uitgezet op rijen (rv_chart_rows = Waar):

In cirkel-, ring- en trechterdiagrammen wordt een segment weergegeven voor elke combinatie van linkerdimensies (Links 1 tot n).
In cirkel-, ring- of trechterdiagrammen wordt een aparte cirkel of trechter weergegeven voor elke bovenste dimensie (Bovenste 1 tot n).
Als geldt dat rv_chart_rows = Niet waar, wordt de reeks van de bovenste dimensies (één voor elke combinatie) gebruikt wanneer de gegevens worden uitgezet. Aanvullende cirkeldiagrammen worden gebaseerd op de linkerdimensies.

Weergaveopties en -instellingen:

Als rv_chart_3D = Waar, rv_chart_number = 3 en rv_pie_style is 0 of 1, wordt het diagram weergegeven in 3D. Als rv_pie_style = 2 (halfrond ringdiagram), wordt de parameter rv_chart_3d genegeerd en wordt het diagram weergegeven in 2D.
Als de parameter rv_pivot_hide = Waar, wordt het diagram default weergegeven in het slicers-gebied. Als u dimensies in het slicers-gebied wilt verbergen, moet u de vereiste gegevens opgeven met de parameter rv_slicers_hide.
In een legenda worden de gegevens van elke reeks en de bijbehorende kleur vermeld. De legendapositie kan worden ingesteld met de parameter rv_legend_position. Als echter rv_legend_position = 5, worden de gegevenslabels weergegeven. Gegevenslabels worden gebruikt om de naam en waarde weer te geven op elk segment.
Wanneer u de muiswijzer boven een reeks in het diagram zet, wordt een tooltip met gegevens van de huidige reeks en waarde weergegeven. Als rv_legend_position = 5, worden de gegevens weergegeven in de gegevenslabels en wordt er dus geen tooltip weergegeven.
Als u vanuit een deelvenster van een werkblad met meerdere deelvensters de andere deelvensters wilt vernieuwen, klikt u op een reeks in het diagram voor de measures die de koppelingen naar de andere deelvensters bevat.
U kunt bepaalde elementen van een dimensie verbergen in het diagram met behulp van de parameters graph_hide.

Beperkingen voor cirkel-, ring- of trechterdiagrammen:

Measures met het %-formaat kunnen niet afzonderlijk worden uitgezet in het diagram.
De optie om op de legenda van een reeks te klikken en een reeks tijdelijk te verbergen, is niet van toepassing.
De optie om bewerkte waarden naar het diagram te slepen wordt niet ondersteund.