Macro EmailWorksheet

De macro EmailWorksheet wordt gebruikt om het werkblad met overgezette context (artikel, locatie en periode) te laden en het werkblad per e-mail aan de gebruiker te verzenden. Deze macro wordt uitgevoerd op scenarioniveau.

De macroparameters bepalen de context en het werkblad dat per e-mail moet worden verzonden. Deze tabel toont de parameters die worden gebruikt om de macro EmailWorksheet uit te voeren. De werkbladen met meerdere panelen worden niet ondersteund in deze macro.


Parameter	Omschrijving
Type export	De indeling van het bestand waarin het werkblad moet worden verzonden. Mogelijke opties: PDF XLS
Naam werkblad	De naam van het werkblad dat moet worden uitgevoerd en per e-mail moet worden verzonden.
Gebruiker	De e-mailontvanger voor het werkblad. NB: De gebruiker moet toegang hebben tot het werkblad.
Artikel doorgegeven	De artikelselectie die aan het werkblad is doorgegeven. Deze waarde kan een afzonderlijk element of een set elementen zijn. NB: De MDX-definitie wordt ondersteund voor een set elementen. Als deze waarde niet is opgegeven, wordt de default werkbladdefinitie (indien gedefinieerd) gebruikt, anders wordt het bovenste knooppunt van de default structuur gebruikt. U kunt %itemcontext% gebruiken als de huidige context voor artikelgegevens vereist is (deze parameter is alleen van toepassing wanneer de opdracht wordt uitgevoerd binnen een werkblad).
Locatie doorgegeven	De locatieselectie die is doorgegeven aan het werkblad. Deze waarde kan een afzonderlijk element of een set elementen zijn. NB: De MDX-definitie wordt ondersteund voor een set elementen. Als deze waarde niet is opgegeven, wordt de default werkbladdefinitie (indien gedefinieerd) gebruikt, anders wordt het bovenste knooppunt van de default structuur gebruikt. U kunt %locationcontext% gebruiken als de huidige gegevenscontext vereist is (deze parameter is alleen van toepassing wanneer de opdracht wordt uitgevoerd binnen een werkblad).
Periode doorgegeven	De periodeselectie die is doorgegeven aan het werkblad. Deze waarde kan een afzonderlijk element of een set elementen zijn. NB: De MDX-definitie wordt ondersteund voor een set elementen. Als deze waarde niet is opgegeven, wordt de default werkbladdefinitie (indien gedefinieerd) gebruikt, anders wordt het bovenste knooppunt van de default structuur gebruikt. U kunt %periodcontext% gebruiken als de huidige gegevenscontext van de periode vereist is (deze parameter is alleen van toepassing wanneer de opdracht wordt uitgevoerd binnen een werkblad).

De waarde voor het veld Opdracht moet worden opgegeven in de volgende opmaak:EmailWorksheet (Type export, Werkbladnaam, Gebruiker, [Artikel doorgegeven], [Locatie doorgegeven], [Periode doorgegeven]).

NB: De optionele parameters worden opgegeven in [ ].

Tabel 1. Voorbeeld
Behoefte	Parameters
Werkblad Analyse vraagmarge uitvoeren met selectie van default artikel, locatie en periode uit de werkbladdefinitie en de PDF-uitvoer per e-mail naar gebruiker 'Scott' verzenden.	EmailWorksheet("PDF","Analyse vraagmarge","Scott"). EmailWorksheet("PDF","Analyse vraagmarge","Scott","","","").
Werkblad Overzicht vraaggegevens uitvoeren met selectie van default artikel, locatie en periode uit de werkbladdefinitie en de XLS-uitvoer per e-mail naar de gebruiker 'Harry' verzenden.	EmailWorksheet("XLS","Overzicht vraaggegevens","Harry","","","").
Werkblad Nauwkeurigheidsanalyse prognoses uitvoeren met artikelknooppunt Merk A, default locatieselectie en periodeknooppunt Rollende weken en de PDF-uitvoer aan gebruiker 'Harry' verzenden.	EmailWorksheet("PDF","Nauwkeurigheidsanalyse prognoses","Harry","Merk A","","Rollende weken").

Validatie en uitvoering

Bij succesvolle validatie en uitvoering van de macro wordt het werkblad geladen met het geselecteerde artikel, de geselecteerde locatie en de geselecteerde periode en naar de opgegeven gebruiker verzonden. Dit zijn de validatieregels:

Als de macroparameters null zijn, wordt de default waarde gebruikt die is opgegeven in het werkblad voor de artikel-, locatie- en periodeselecties.
Als de macroparameters en de default werkbladparameters voor artikel, locatie en periode null zijn, worden de bovenste knooppuntselecties van artikel, locatie en periode gebruikt.

Validatie- en foutmeldingen

De volgende tabel toont de cyclusperiode en de scenariostatus en de bijbehorende validatieberichten:


Status cyclusperiode	Scenariostatus	Uitvoeren mogelijk?	Validatiebericht
In afwachting	Niet van toepassing	Nee	Macro {0} kan niet worden uitgevoerd, omdat Cyclusperiode de status "In afwachting" heeft.
Actief	Willekeurig	Ja	Niet van toepassing
Onderbroken	Willekeurig	Nee	Macro {0} kan niet worden uitgevoerd, omdat Cyclusperiode de status "Onderbroken" heeft
Voltooid	Willekeurig	Ja	Niet van toepassing
Afgebroken	Willekeurig	Ja	Niet van toepassing
Gearchiveerd	Willekeurig	Nee	Macro {0} kan niet worden uitgevoerd, omdat Cyclusperiode de status "Gearchiveerd" heeft.

Validatie wordt uitgevoerd wanneer u de macro EmailWorksheet uitvoert. Als de validatie mislukt, wordt de macro afgebroken en wordt de bijbehorende foutmelding weergegeven. De volgende tabel toont de foutmeldingen die worden weergegeven voor de verschillende validatiefouten:


Validatievoorwaarde	Foutmelding
Controleer of het werkblad geldig is voor de huidige gebruiker en module.	Werkblad {0} is niet ingeschakeld voor module {1} of gebruiker {2}.
Het toevoegen van een screenshot van een werkblad wordt alleen ondersteund voor standaardwerkbladen. Werkbladen met meerdere panelen worden nog niet ondersteund.	Ongeldige parameterwaarde {0}. Werkblad is niet van type = Standaard.
Zorg ervoor dat het type export overeenkomt met de beschikbare indelingen.	Ongeldige parameterwaarde {0}. Type export moet PDF of XLS zijn.
Controleer of de opgegeven gebruiker geldig is en een geldig e-mailadres heeft.	Gebruiker {0} is niet aanwezig.
Zorg ervoor dat de opgegeven gebruiker toegangsrechten heeft voor het vereiste werkblad.	Gebruiker {0} heeft geen toegangsrechten voor werkblad {1}
Controleer of de artikelknooppunten (indien opgegeven) geldig zijn.	Artikel {0} is niet aanwezig.
Controleer of de locatieknooppunten (indien opgegeven) geldig zijn.	Locatie {0} is niet aanwezig.
Controleer of de periodeknooppunten (indien opgegeven) geldig zijn.	Periodelabel {0} is niet aanwezig.
Zorg ervoor dat de waarden voor artikelknooppunten (indien opgegeven) kunnen worden geëvalueerd. In bepaalde gevallen kan de werkbladparameter rv_item_passed niet worden gebruikt om de macroparameter te initialiseren.	Doorgegeven artikel kan niet worden geëvalueerd. U kunt een alternatieve selectie definiëren.
Zorg ervoor dat de waarden voor locatieknooppunten (indien opgegeven) kunnen worden geëvalueerd. In bepaalde gevallen kan de werkbladparameter rv_location_passed niet worden gebruikt om de macroparameter te initialiseren.	Doorgegeven locatie kan niet worden geëvalueerd. U kunt een alternatieve selectie definiëren.
Zorg ervoor dat de waarden voor periodeknooppunten (indien opgegeven) kunnen worden geëvalueerd. In bepaalde gevallen kan de werkbladparameter rv_period_passed niet worden gebruikt om de macroparameter te initialiseren.	Doorgegeven periode kan niet worden geëvalueerd. U kunt een alternatieve selectie definiëren.