Etiketlayout en afdrukken
Met een etiketlay-out wordt de inhoud van een etiket gedefinieerd. In de sessie Etiketlayouts (whwmd5520m000) kunt u etiketten aanmaken en muteren die kunnen worden gebruikt voor het volgende:
- Kanban-etiketten afdrukken
- Etiketten voor logistieke eenheden afdrukken
- Rechtstreekse levering materiaal
In de sessie Etikellayout per activiteit (whwmd5121m000) kunt u de etiketlayouts voor afzonderlijke activiteiten voor uitslag, ontvangsten, zendingen of inspecties aanpassen.
U kunt etiketlayouts afdrukken in de sessie Etiketlayouts afdrukken (whwmd5420m000).
Als u een etiketlay-out wilt definiëren, voert u de volgende stappen uit in de sessie Etiketlayouts (whwmd5520m000):
- Geef de code en omschrijving van de etiketlayout op in de velden Etiketlayout en Omschrijving.
- Geef desgewenst de Soort streepjescode en de Hoogte streepjescode [regels] op.
- Selecteer de etiketlayout en start de teksteditor via de werkbalk.
-
Geef in de teksteditor de expressies, en indien nodig de expressies voor de streepjescodes, op van de velden met de inhoud die u wilt opnemen in het etiket.
U kunt de etiketexpressies vinden in de kolom Expressie naast de kolommen Veld in de tabellen in het huidige onderwerp. De expressies voor streepjescodes worden vermeld in de kolommen Expressies voor streepjescodes.
Zie Streekpjescodes afdrukken voor informatie over het opnemen van streepjescodes in etiketlayouts.
Labelcodes gebruiken
Een etiketlay-out kan een aantal labelvelden bevatten in de vorm van Labelcodes die expressies worden genoemd. Een expressie moet worden voorafgegaan door een hekje (#), "lb," en een punt ( #lb.
).
Op het afgedrukte etiket wordt de etiketcode vervangen door de waarde van het bijbehorende etiketveld.
Voorbeeld: met #lb.item.desc
wordt een streepjescode van de artikelomschrijving afgedrukt.
Wanneer een etiket wordt afgedrukt, wordt de veldwaarde afgedrukt op de exacte plaats van het hekje-teken (# ) dat u in de teksteditor hebt geplaatst.
Om te voorkomen dat veldwaarden elkaar overlappen op het afgedrukte etiket, moet u voldoende ruimte tussen de #-tekens toestaan in de lay-outdefinitie.
Als de #-tekens op verschillende regels in de lay-outdefinitie worden geplaatst, is het overlappen van de veldwaarden onwaarschijnlijk. In het volgende voorbeeld worden de velden voor het artikel en de artikelomschrijving op verschillende regels afgedrukt:
ARTIKEL: | #lb.item |
OMSCHR.: | #lb.item.desc |
Er kan sprake zijn van overlappende velden, als u de labelvelden op dezelfde regel plaatst, zoals in dit voorbeeld:
#lb.item.desc#lb.quan.inv
De #lb.quan.inv-expressie staat voor de artikelhoeveelheid in de voorraadeenheid.
In dit voorbeeld is de ruimte tussen beide #-tekens 12 posities. In de teksteditor staat één ruimte voor één positie.
Als de afgedrukte veldwaarde van #lb.item.desc meer is dan 12 posities, overschrijft de waarde van de #lb.quan.inv-expressie de waarde van de #lb.item.desc-expressie.
Om het vereiste aantal posities tussen de #-tekens te bepalen, moet u de veldlengte controleren van de velden die u gebruikt als labelvelden.
Dit gebeurt door de domeinlengte van het veld te controleren dat u als labelveld gebruikt. In het voorbeeld gebruikt het item.desc-veld het domein tcitem.dscrit dat een lengte heeft van 60 posities.
Om te voorkomen dat #lb.quan.inv overlapt en de waarde van #lb.item.desc overschrijft, moet de ruimte tussen de #-tekens van beide velden daarom ten minste 61 posities zijn.
Als u echter zeker weet dat de veldwaarde van #lb.item.desc nooit groter is dan 10 posities, is een ruimte van 11 posities tussen de #-tekens voldoende.
Streepjescodes afdrukken
Als u een streepjescode wilt afdrukken, voegt u 'bc.' in tussen het hekje en 'lb', zoals #bc.lb.[streepjescode]
.
: met #bc.lb.item.desc
wordt een streepjescode van de artikelomschrijving afgedrukt.
- Streepjescodes worden niet op het scherm weergegeven.
- Zorg ervoor dat de juiste cartridge is geïnstalleerd.
Etiketten voor logistieke eenheden afdrukken
Als u logistieke eenheden, bijvoorbeeld containers, artikelen, pakketten, enzovoort, een unieke identificatie wilt geven, kunt u in LN etiketten afdrukken. Voor hoogwaardige afdrukken kunt u ook een programma voor het afdrukken van etiketten gebruiken en de invoer door LN laten leveren. NB: een etiket bestaat niet alleen uit een streepjescode, maar is gewoonlijk een combinatie van een artikelcode en een nummer van een logistieke eenheid (zowel cijfers als streepjescodes).
Als u een etiket wilt aanmaken voor een specifieke logistieke eenheid, schakelt u het selectievakje Geëtiketteerd in op het tabblad Status in de sessie Logistieke eenheden (whwmd5130m000).
Met de sessie Etiketten afdrukken (whwmd5430m100) kunt u etiketten afdrukken voor logistieke eenheden. De etiketten worden afgedrukt op basis van de layout die is opgegeven in de sessie Etiketlayouts (whwmd5520m000). Serienummers worden alleen in de volgende gevallen op het etiket afgedrukt:
- Het selectievakje Tracking serienummers in de sessie Artikel - magazijnbeheer (whwmd4600m000) is ingeschakeld.
- Er is één seriedragend artikel aan de zendingsregel gekoppeld.
- Serienummers zijn bedoeld voor lage volumes.
Ontvangst- en zendingsetiketten afdrukken zonder logistieke eenheden
Als geen logistieke eenheden worden gebruikt, kunt u etiketten afdrukken voor:
- Ontvangen artikelen
- Te verzenden artikelen
Zie voor meer informatie Ontvangst- en zendingsetiketten afdrukken zonder logistieke eenheden.
Als u emballagedefinities gebruikt, kunt u opgeven dat er automatisch etiketten worden aangemaakt voor specifieke delen van de structuur voor een logistieke eenheid.
Inslagprocedures
Voor de inslagprocedures kunt u de volgende velden afdrukken op de etiketten:
Veld | Expressie | Expressie streepjescode |
---|---|---|
Verzenden-van soort | lb.shfr.type | bc.lb.shfr.type |
Verzenden-van code | lb.shfr.code | bc.lb.shfr.code |
Verzenden-aan soort | lb.shto.type | bc.lb.shto.type |
Verzenden-aan code | lb.shto.code | bc.lb.shto.code |
Verzenden-van locatie | lb.shfr.loca | bc.lb.shfr.loca |
Verzenden-aan locatie | lb.shto.loca | bc.lb.shto.loca |
Runnummer | lb.run.number | bc.lb.run.number |
Ronde | lb.mission | bc.lb.mission |
Artikel | lb.item | bc.lb.item |
Zoekargument I artikel | lb.item.sr.ky1 | bc.lb.item.sr.ky1 |
Zoekargument II artikel | lb.item.sr.ky2 | bc.lb.item.sr.ky2 |
Artikelsignalering | lb.item.qi | bc.lb.item.MagF |
Omschrijving artikelsignalering | lb.item.sgnl.d | bc.lb.item.sgnl.d |
Artikelhoeveelheid | lb.quan.str | bc.lb.quan.str |
Voorraadeenheid artikelhoeveelheid | lb.quan.inv | bc.lb.quan.inv |
Alternatieve artikelcode | lb.cus.itm | bc.lb.cus.itm |
Revisie artikel relatie | lb.cus.itm.rev | bc.lb.cus.itm.rev |
Eenheid | lb.unit | bc.lb.unit |
Orderherkomst | lb.order.orig | bc.lb.order.orig |
Ordernummer | lb.order | bc.lb.order |
Orderset | lb.order.set | bc.lb.order.set |
Orderregel | lb.order.line | bc.lb.order.line |
Orderregelvolgorde | lb.order.seq | bc.lb.order.seq |
Adviesnummer | lb.advice | bc.lb.advice |
Eigenaar | lb.owner | bc.lb.owner |
Naam eigenaar | lb.owner.name | bc.lb.owner.name |
Partijcode | lb.lot | bc.lb.lot |
Serienummer | lb.serial | bc.lb.serial |
Voorraaddatum | lb.inv.date | bc.lb.inv.date |
Emballagedefinitie | lb.pack.def | bc.lb.pack.def |
Assemblagekit | lb.ass.kit | bc.lb.ass.kit |
Lijnstation | lb.ln.station | bc.lb.ln.station |
Volgnummer assemblagetaak | lb.job.seq | bc.lb.job.seq |
Serienr. parent | lb.parent.seri | bc.lb.parent.seri |
Assemblageorder | lb.ass.order | bc.lb.ass.order |
Orderreferentie | lb.reference | bc.lb.reference |
Stuklijstregel | lb.bom.line | bc.lb.bom.line |
Artikelomschrijving | lb.item.desc | bc.lb.item.desc |
Producent | lb.manuf | bc.lb.manuf |
Omschrijving producent | lb.manuf.desc | bc.lb.manuf.desc |
Artikelnr. producent | lb.manuf.prt.n | bc.lb.manuf.prt.n |
Omschrijving artikelnr. producent | lb.manuf.prt.d | bc.lb.manuf.prt.d |
Ontvangstdatum | lb.rec.date | bc.lb.rec.date |
Uitslagprocedures
Voor de uitslagprocedures kunt u de volgende velden afdrukken op de etiketten:
Veld | Expressie | Expressie streepjescode |
---|---|---|
Verzenden-van soort | lb.shfr.type | bc.lb.shfr.type |
Verzenden-van code | lb.shfr.code | bc.lb.shfr.code |
Verzenden-aan soort | lb.shto.type | bc.lb.shto.type |
Verzenden-aan code | lb.shto.code | bc.lb.shto.code |
Verzenden-van locatie | lb.shfr.loca | bc.lb.shfr.loca |
Verzenden-aan locatie | lb.shto.loca | bc.lb.shto.loca |
DUNS-nummer | lb.duns.number | bc.lb.duns.number |
Runnummer | lb.run.number | bc.lb.run.number |
Ronde | lb.mission | bc.lb.mission |
Artikel | lb.item | bc.lb.item |
Zoekargument I artikel | lb.item.sr.ky1 | bc.lb.item.sr.ky1 |
Zoekargument II artikel | lb.item.sr.ky2 | bc.lb.item.sr.ky2 |
Artikelsignalering | lb.item.qi | bc.lb.item.MagF |
Omschrijving artikelsignalering | lb.item.sgnl.d | bc.lb.item.sgnl.d |
Alternatieve artikelcode | lb.cus.itm | bc.lb.cus.itm |
Revisie artikel relatie | lb.cus.itm.rev | bc.lb.cus.itm.rev |
Effectivitiy unit | lb.eff.unit | bc.lb.eff.unit |
Hoeveelheid in opslageenheid | lb.quan.str | bc.lb.quan.str |
Hoeveelheid in voorraadeenheid | lb.quan.inv | bc.lb.quan.inv |
Eenheid | lb.unit | bc.lb.unit |
Orderherkomst | lb.order.orig | bc.lb.order.orig |
Ordernummer | lb.order | bc.lb.order |
Orderset | lb.order.set | bc.lb.order.set |
Orderregel | lb.order.line | bc.lb.order.line |
Orderregelvolgorde | lb.order.seq | bc.lb.order.seq |
Adviesnummer | lb.advice | bc.lb.advice |
Eigenaar | lb.owner | bc.lb.owner |
Naam eigenaar | lb.owner.name | bc.lb.owner.name |
Partij | lb.lot | bc.lb.lot |
Serienummer | lb.serial | bc.lb.serial |
Voorraaddatum | lb.inv.date | bc.lb.inv.date |
Emballagedefinitie | lb.pack.def | bc.lb.pack.def |
Assemblagekit | lb.ass.kit | bc.lb.ass.kit |
Lijnstation | lb.ln.station | bc.lb.ln.station |
Volgnummer assemblagetaak | lb.job.seq | bc.lb.job.seq |
Serienr. parent | lb.parent.seri | bc.lb.parent.seri |
Assemblageorder | lb.ass.order | bc.lb.ass.order |
Orderreferentie | lb.reference | bc.lb.reference |
Stuklijstregel | lb.bom.line | bc.lb.bom.line |
Artikelomschrijving | lb.item.desc | bc.lb.item.desc |
Afleverpunt | lb.del.point | bc.lb.del.point |
Omschrijving 1 leveringspunt | lb.dp.dsca.1 | bc.lb.dp.dsca.1 |
Omschrijving 2 leveringspunt | lb.dp.dsca.2 | bc.lb.dp.dsca.2 |
Machine | lb.machin | bc.lb.machin |
Omschrijving machine | lb.machin.desc | bc.lb.machin.desc |
Bewerking | lb.operation | bc.lb.operation |
Taak | lb.task | bc.lb.task |
Taakomschrijving | lb.task.desc | bc.lb.task.desc |
Afdeling | lb.work.cent | bc.lb.work.cent |
Omschrijving afdeling | lb.work.c.desc | bc.lb.work.c.desc |
Inspecties
Voor inspecties kunt u de volgende velden afdrukken op de etiketten:
Veld | Expressie | Expressie streepjescode |
---|---|---|
Datum goedgekeurd | lb.insp.date | bc.lb.inv.date |
Tijdzone inspectiedatum logistieke eenheid | lb.insp.date.t | bc.lb.insp.date.t |
Inspectiedatum logistieke eenheid (UTC) | lb.insp.date.u | bc.lb.insp.date.u |
Reden vernietiging | lb.insp.dest.r | bc.lb.insp.dest.r |
Goedgekeurde hoeveelheid in voorraadeenheid | lb.insp.appr.q | bc.lb.insp.appr.q |
Vernietigde hoeveelheid | lb.insp.dest.q | bc.lb.insp.dest.q |
Afgekeurde hoeveelheid in voorraadeenheid | lb.insp.reje.q | bc.lb.insp.reje.q |
Reden afkeuring | lb.insp.reje.r | bc.lb.insp.reje.r |
Gebruiker | lb.insp.user | bc.lb.insp.user |
Inspectie 1 | lb.inspect | bc.lb.inspect |
De etiketten worden voor inslag- en uitslaginspecties ingevuld vanuit de sessie Inspectieregels (whinh2131m000). Voor voorraadinspecties worden de etiketten ingevuld vanuit de Voorraadinspectie verwerking logistieke eenheden (whinh2533m000).
Logistieke eenheden
Voor de logistieke eenheden kunt u de volgende velden afdrukken op de etiketten:
Veld | Expressie | Expressie streepjescode |
---|---|---|
Logistieke eenheid | lb.handl.unit | bc.lb.handl.unit |
Van logistieke eenheid | lb.from.huid | bc.lb.from.huid |
Versie logistieke eenheid | lb.version | bc.lb.version |
Zichtbaar | lb.visible | bc.lb.visible |
Verzenden-van soort | lb.shfr.type | bc.lb.shfr.type |
Verzenden-van code | lb.shfr.code | bc.lb.shfr.code |
Verzenden-van bedrijf | lb.shfr.comp | bc.lb.shfr.comp |
Verzenden-aan soort | lb.shto.type | bc.lb.shto.type |
Verzenden-aan code | lb.shto.code | bc.lb.shto.code |
Verzenden-aan bedrijf | lb.shto.comp | bc.lb.shto.comp |
Referentie | lb.reference | bc.lb.reference |
Logistieke parent-eenheid | lb.parent.huid | bc.lb.parent.huid |
Status | lb.status | bc.lb.status |
Gereed | lb.complete | bc.lb.complete |
Afgekeurd | lb.rejected | bc.lb.rejected |
Meerdere artikelen | lb.multi.item | bc.lb.multi.item |
Artikel | lb.item | bc.lb.item |
Artikelomschrijving | lb.item.desc | bc.lb.item.desc |
Effectivity-unit | lb.eff.unit | bc.lb.eff.unit |
Zoekargument I artikel | lb.item.sr.ky1 | bc.lb.item.sr.ky1 |
Zoekargument II artikel | lb.item.sr.ky2 | bc.lb.item.sr.ky2 |
Artikelsignalering | lb.item.qi | bc.lb.item.MagF |
Omschrijving artikelsignalering | lb.item.sgnl.d | bc.lb.item.sgnl.d |
Partij | lb.lot | bc.lb.lot |
Voorraaddatum | lb.inv.date | bc.lb.inv.date |
Serienummer | lb.serial | bc.lb.serial |
Hoeveelheid in opslageenheid | lb.quan.str | bc.lb.quan.str |
Eenheid | lb.unit | bc.lb.unit |
Hoeveelheid in voorraadeenheid | lb.quan.inv | bc.lb.quan.inv |
Emballagedefinitie | lb.pack.def | bc.lb.pack.def |
Emballageartikel | lb.pack.item | bc.lb.pack.item |
Activumtag | lb.asset.tag | bc.lb.asset.tag |
Hoeveelheid emballageartikel | lb.quan.pack | bc.lb.quan.pack |
Alternatieve artikelcode | lb.cus.itm | bc.lb.cus.itm |
Revisie artikel relatie | lb.cus.itm.rev | bc.lb.cus.itm.rev |
Magazijn | lb.warehouse | bc.lb.warehouse |
Locatie | lb.location | bc.lb.location |
Brutogewicht | lb.gross.wght | bc.lb.gross.wght |
Nettogewicht | lb.net.wght | bc.lb.net.wght |
Gewichtseenheid | lb.weight.unit | bc.lb.weight.unit |
Volume | lb.volume | bc.lb.volume |
Vloeroppervlak | lb.floor.space | bc.lb.floor.space |
Hoogte | lb.height | bc.lb.height |
Breedte | lb.width | bc.lb.width |
Diepte | lb.depth | bc.lb.depth |
Dimensie-eenheid | lb.dim.unit | bc.lb.dim.unit |
Geblokkeerd | lb.blocked | bc.lb.blocked |
Geblokkeerd voor inventarisatie | lb.counting | bc.lb.counting |
Mutatiedatum | lb.trans.date | bc.lb.trans.date |
Naam logbestand | lb.log.name | bc.lb.log.name |
Producent | lb.manuf | bc.lb.manuf |
Omschrijving producent | lb.manuf.desc | bc.lb.manuf.desc |
Artikelnr. producent | lb.manuf.prt.n | bc.lb.manuf.prt.n |
Omschrijving artikelnr. producent | lb.manuf.prt.d | bc.lb.manuf.prt.d |
Eigenaar | lb.owner | bc.lb.owner |
Naam eigenaar | lb.owner.name | bc.lb.owner.name |
Eigendom | lb.ownership | bc.lb.ownership |
Meerdere eigenaars | lb.multi.owner | bc.lb.multi.owner |
Orderherkomst | lb.order.orig | bc.lb.order.orig |
Ordernummer | lb.order | bc.lb.order |
Orderset | lb.order.set | bc.lb.order.set |
Orderregel | lb.order.line | bc.lb.order.line |
Volgnummer order | lb.order.seq | bc.lb.order.seq |
Stuklijstregel | lb.bom.line | bc.lb.bom.line |
Ontvangst | lb.receipt | bc.lb.receipt |
Ontvangstregel | lb.receipt.ln | bc.lb.receipt.ln |
Zending | lb.shipment | bc.lb.shipment |
Zendingsregel | lb.shipment.ln | bc.lb.shipment.ln |
Lading | lb.load | bc.lb.load |
Container | lb.container | bc.lb.container |
Assemblagekit | lb.ass.kit | bc.lb.ass.kit |
Lijnstation | lb.ln.station | bc.lb.ln.station |
Volgnummer assemblagetaak | lb.job.seq | bc.lb.job.seq |
Serienr. parent | lb.parent.seri | bc.lb.parent.seri |
Assemblageorder | lb.ass.order | bc.lb.ass.order |
Inspectie | lb.inspect | bc.lb.inspect |
Crossdocking | lb.crossdock | bc.lb.crossdock |
Bestemmingslocatie | lb.dest.loc | bc.lb.dest.loc |
Vervoerder ontvangst | lb.rec.carr | bc.lb.rec.carr |
Naam 1 verzenden-van adres | lb.sf.ad01 | bc.lb.sf.ad01 |
Naam 2 verzenden-van adres | lb.sf.ad02 | bc.lb.sf.ad02 |
Verzenden-van adres 1 | lb.sf.ad03 | bc.lb.sf.ad03 |
Verzenden-van adres 2 | lb.sf.ad04 | bc.lb.sf.ad04 |
Huisnummer verzenden-van adres | lb.sf.ad05 | bc.lb.sf.ad05 |
Postbusnummer verzenden-van adres | lb.sf.ad06 | bc.lb.sf.ad06 |
Plaats verzenden-van adres | lb.sf.ad07 | bc.lb.sf.ad07 |
Plaats 2 verzenden-van adres | lb.sf.ad08 | bc.lb.sf.ad08 |
Postcode verzenden-van adres | lb.sf.ad09 | bc.lb.sf.ad09 |
Land verzenden-van adres | lb.sf.ad10 | bc.lb.sf.ad10 |
Naam 1 verzenden-aan adres | lb.st.ad01 | bc.lb.st.ad01 |
Naam 2 verzenden-aan adres | lb.st.ad02 | bc.lb.st.ad02 |
Verzenden-aan adres 1 | lb.st.ad03 | bc.lb.st.ad03 |
Verzenden-aan adres 2 | lb.st.ad04 | bc.lb.st.ad04 |
Huisnummer verzenden-aan adres | lb.st.ad05 | bc.lb.st.ad05 |
Postbusnummer verzenden-aan adres | lb.st.ad06 | bc.lb.st.ad06 |
Plaats verzenden-aan adres | lb.st.ad07 | bc.lb.st.ad07 |
Plaats 2 verzenden-aan adres | lb.st.ad08 | bc.lb.st.ad08 |
Postcode verzenden-aan adres | lb.st.ad09 | bc.lb.st.ad09 |
Land verzenden-aan adres | lb.st.ad10 | bc.lb.st.ad10 |
Lading ontvangst | lb.rec.load | bc.lb.rec.load |
Zending ontvangst | lb.rec.shpm | bc.lb.rec.shpm |
Leveringscondities zending | lb.shpm.tod | bc.lb.shpm.tod |
Punt van eigendomsoverdracht zending | lb.shpm.potp | bc.lb.shpm.potp |
PRO-nummer vervoerder zending | lb.shpm.cpro | bc.lb.shpm.cpro |
Traceernummer | lb.track.nr | bc.lb.track.nr |
Geplande leverdatum zending | lb.shpm.deld | bc.lb.shpm.deld |
Geplande ontvangstdatum zending | lb.shpm.prdt | bc.lb.shpm.prdt |
Waarde zending voor douane | lb.shpm.cval | bc.lb.shpm.cval |
Valuta waarde zending voor douane | lb.shpm.curr | bc.lb.shpm.curr |
Vervoerder/LDV lading | lb.load.carr | bc.lb.load.carr |
Route lading | lb.load.route | bc.lb.load.route |
Zendingsreferentie | lb.ship.ref | bc.lb.ship.ref |
Afleverpunt | lb.del.point | bc.lb.del.point |
Omschrijving 1 leveringspunt | lb.dp.dsca.1 | bc.lb.dp.dsca.1 |
Omschrijving 2 leveringspunt | lb.dp.dsca.2 | bc.lb.dp.dsca.2 |
Gereserveerd voor relatie | lb.alloc.bp | bc.lb.alloc.bp |
Gereserveerd voor ordertherkomst | lb.alloc.oorg | bc.lb.alloc.oorg |
Gereserveerd voor order | lb.alloc.order | bc.lb.alloc.order |
Gereserveerd voor orderreferentie | lb.alloc.oref | bc.lb.alloc.oref |
Gereserveerd voor referentie | lb.alloc.ref | bc.lb.alloc.ref |
Afkeuring | lb.quarantine | bc.lb.quarantine |
Productvariant | lb.prod.var | bc.lb.prod.var |
Additioneel informatieveld 1 | lb.addinfo.1 | bc.lb.addinfo.1 |
Additioneel informatieveld 2 | lb.addinfo.2 | bc.lb.addinfo.2 |
Additioneel informatieveld 3 | lb.addinfo.3 | bc.lb.addinfo.3 |
Additioneel informatieveld 4 | lb.addinfo.4 | bc.lb.addinfo.4 |
Additioneel informatieveld 5 | lb.addinfo.5 | bc.lb.addinfo.5 |
Additioneel informatieveld 6 | lb.addinfo.6 | bc.lb.addinfo.6 |
Additioneel informatieveld 7 | lb.addinfo.7 | bc.lb.addinfo.7 |
Additioneel informatieveld 8 | lb.addinfo.8 | bc.lb.addinfo.8 |
Additioneel informatieveld 9 | lb.addinfo.9 | bc.lb.addinfo.9 |
Additioneel informatieveld 10 | lb.addinfo.10 | bc.lb.addinfo.10 |
Voor structuren voor logistieke eenheden worden etiketten afgedrukt voor logistieke eenheden op het onderste niveau. Als een logistieke eenheid op het onderste niveau meerdere voorraadpunten bevat, worden de voorraadpuntgegevens niet afgedrukt op het etiket. Dit komt doordat het veld Etiket slechts één code kan bevatten. Als de logistieke eenheid bijvoorbeeld drie voorraadpunten bevat en de etiketdefinitie bevat het veld Voorraaddatum (lb.inv.date), wat een voorraadpuntgegeven is, 'weet' LN niet welke van de drie voorraaddatums moet worden afgedrukt.
UTC-datum- en tijdzonevelden
Voor inslagprocedures, uitslagprocedures en logistieke eenheden kunt u de UTC-datum- en tijdzonevelden afdrukken op etiketten. Op de datumvelden die worden afgedrukt, wordt de UTC-weergave van de datum afgedrukt en op de tijdzonevelden wordt de tijdzone van het magazijn, de verzenden-van of verzenden-aan adressen afgedrukt.
U kunt de volgende UTC-datum- en tijdzonevelden afdrukken op de etiketten:
UTC en tijdzone: Logistieke eenheden
Veld | Expressie | Expressie streepjescode |
---|---|---|
Mutatiedatum logistieke eenheid (UTC) | lb.trns.date.u | bc.lb.trns.date.u |
Tijdzone mutatiedatum logistieke eenheid | lb.trns.date.t | bc.lb.trns.date.t |
Tijdzone inspectiedatum logistieke eenheid | lb.insp.date.t | bc.lb.insp.date.t |
Inspectiedatum logistieke eenheid (UTC) | lb.insp.date.u | bc.lb.insp.date.u |
De velden voor inspectiedatum logistieke eenheid worden afgedrukt voor voorraadinspecties van een logistieke eenheid.
UTC en tijdzone: Inslag, uitslag en logistieke eenheid
Veld | Expressie | Expressie streepjescode |
---|---|---|
Voorraaddatum UTC | lb.inv.date.u | bc.lb.inv.date.u |
Voorraaddatum tijdzone | lb.inv.date.t | bc.lb.inv.date.t |
UTC en tijdzone: Inslag
Veld | Expressie | Expressie streepjescode |
---|---|---|
Ontvangstdatum UTC | lb.rec.date.u | bc.lb.rec.date.u |
Tijdzone ontvangstdatum | lb.rec.date.t | bc.lb.rec.date.t |
UTC en tijdzone: Uitslag
Veld | Expressie | Expressie streepjescode |
---|---|---|
Geplande leverdatum zending (UTC) | lb.shpm.deld | bc.lb.shpm.deld.u |
Tijdzone geplande leverdatum zending | lb.shpm.deld | bc.lb.shpm.deld.t |
Geplande ontvangstdatum verzending (UTC) | lb.shpm.prdt | bc.lb.shpm.prdt.u |
Tijdzone geplande ontvangstdatum zending | lb.shpm.prdt | bc.lb.shpm.prdt.t |
Kanban
Voor Kanban kunt u de volgende velden afdrukken op de etiketten:
Veld | Expressie | Expressie streepjescode |
---|---|---|
Artikel | lb.item | bc.lb.item |
Emballageartikel | lb.pack.item | bc.lb.pack.item |
Hoeveelheid in voorraadeenheid | lb.quan.inv | bc.lb.quan.inv |
Eenheid | lb.unit | bc.lb.unit |
Verzenden-van soort | lb.shfr.type | bc.lb.shfr.type |
Verzenden-van code | lb.shfr.code | bc.lb.shfr.code |
Verzenden-aan soort | lb.shto.type | bc.lb.shto.type |
Verzenden-aan code | lb.shto.code | bc.lb.shto.code |
Opmerking afhandeling | lb.hand.rmrk | bc.lb.hand.rmrk |
Kanban-ID | lb.kanban.id | bc.lb.kanban.id |
Locatie | lb.location | bc.lb.location |
Gang van locatie voor overboeking | lb.dloc.row | bc.lb.dloc.row |
Laag locatie voor overboeking | lb.dloc.lev | bc.lb.dloc.lev |
Vak van locatie voor overboeking | lb.dlob.bin | bc.lb.dlob.bin |
Omschrijving van locatie voor overboeking | lb.dloc.desc | bc.lb.dloc.desc |
Artikelomschrijving | lb.item.desc | bc.lb.item.desc |
Afdeling | lb.work.cent | bc.lb.work.cent |
Leverende locatie | lb.supp.loc | bc.lb.supp.loc |
Gang van leverende locatie | lb.sloc.row | bc.lb.sloc.row |
Laag van leverende locatie | lb.sloc.lev | bc.lb.sloc.lev |
Vak van leverende locatie | lb.sloc.bin | bc.lb.sloc.bin |
Omschrijving van leverende locatie | lb.sloc.desc | bc.lb.sloc.desc |
Leveringslocatie
De leveringslocatie is de vaste locatie zoals gedefinieerd voor het toevoermagazijn en artikel in de sessie Vaste locaties (whwmd3502m000). De gebruiker kan dit veld alleen op het etiket afdrukken als de goederen worden geleverd vanuit een magazijn. Zie voor meer informatieInstellingen lijntoevoer
Als er meer dan één vaste locatie bestaat voor elk magazijn/artikel, wordt de vaste locatie met de hoogste prioriteit (met andere woorden de laagste waarde) afgedrukt.
Gang, laag en vak zijn onderdeel van de locatiedefinitie in de sessie Magazijn - locatie (whwmd3100s000).
Kanban-leveringen worden in feite gedaan aan het productiemagazijn dat de afdeling ondersteunt. De afdeling kan alleen worden afgedrukt als het productiemagazijn een afdeling ondersteunt.