Meerdere voorraadpunten in sjabloon voor logistieke eenheid toestaan

Met het selectievakje Meerdere voorraadpunten toestaan in de sessie Sjablonen logistieke eenheid (whwmd4160m000) kunt u voor een knooppuntniveau in een sjabloon voor een logistieke eenheid opgeven of er meerdere voorraadpunten zijn toegestaan. Dit is van toepassing op logistieke eenheden die:

  • Tot dit knooppuntniveau behoren
  • Zijn aangemaakt tijdens het verzenden of picken
  • Artikelen bevatten waarop een van de volgende situaties van toepassing is:

    • Laag-volume seriedragend of partijgestuurd
    • De uitslagmethode is First In First Out (FIFO) of Last In First Out (LIFO).

Als u meerdere voorraadpunten toestaat voor een of meer componentniveaus in een sjabloon logistieke eenheid, is dat van invloed op de structuren van logistieke eenheden die zijn aangemaakt op basis van de betreffende sjabloon. Indien toegestaan voor logistieke eenheden op het onderste niveau, is dit van invloed op verschillende procedures in logistieke eenheden voor mutaties en zendingen:

  • Registratie van partij- en serienummers voor logistieke eenheden

    Voor een zendingsregel met logistieke eenheden die partijgestuurde artikelen in kleine volumes en seriedragende artikelen in grote volumes bevatten, moet de registratie van serienummers in de sessies Voorraadpuntgegevens zendingregels (whinh4133m000) en Voorraadpuntgegevens logistieke eenheid (whwmd5136m000) worden gesynchroniseerd om een logistieke eenheid geheel of gedeeltelijk te kunnen instellen op Niet-verzonden. Als de registratie van serienummers is voltooid voor de voorraadpuntgegevens voor zendingsregels, moet ook de registratie van partij- en serienummers worden voltooid in de sessie Voorraadpuntgegevens logistieke eenheid (whwmd5136m000) om een logistieke eenheid op het onderste niveau te kunnen instellen op Niet-verzonden.

  • Logistieke eenheden op het onderste niveau instellen op Niet-verzonden

    U kunt een logistieke eenheid geheel of gedeeltelijk instellen op Niet-verzonden als de logistieke eenheid de status Klaargezet heeft. Met de opdracht Instellen op Niet-verzonden in de sessie Logistieke eenheden (whwmd5130m000) kunt u een logistieke eenheid geheel instellen op Niet-verzonden.

    Als u een logistieke eenheid gedeeltelijk wilt instellen op Niet-verzonden, gebruikt u de sessie Voorraadpuntgegevens logistieke eenheid (whwmd5136m000). U kunt deze sessie starten vanuit de sessie Logistieke eenheden (whwmd5130m000) of Boomstructuur logistieke eenheden.

  • Acceptatie zending

    Voor acceptatie van de herkomst gebruikt u de sessie Voorraadpuntgegevens logistieke eenheid (whwmd5136m000). In die sessie kunt u artikelhoeveelheden in logistieke eenheden op het onderste niveau met meerdere voorraadpunten goedkeuren of afkeuren.
  • Logistieke eenheid samenstellen

    U kunt een logistieke eenheid naar een andere logistieke parent-eenheid verplaatsen als de nieuwe logistieke parent-eenheid meerdere voorraadpunten toelaat of als de voorraadpuntgegevens van beide logistieke eenheden hetzelfde zijn.

    Voorbeeld: logistieke eenheid A bevat partij A. Voor logistieke eenheid B zijn meerdere voorraadpunten toegestaan. In dat geval kunt u logistieke eenheid A verplaatsen naar parent B. Ook als meerdere voorraadpunten niet zijn toegestaan voor logistieke eenheid B, maar logistieke eenheid B wel logistieke eenheid A bevat, mag u logistieke eenheid A verplaatsen naar logistieke eenheid B.

    Als meerdere voorraadpunten niet zijn toegestaan voor logistieke eenheid B en logistieke eenheid B partij C bevat, mag u logistieke eenheid A niet verplaatsen naar logistieke eenheid B. Als meerdere voorraadpunten niet zijn toegestaan voor logistieke eenheid B en logistieke eenheid A meerdere partijen bevat, mag u logistieke eenheid A niet verplaatsen naar logistieke eenheid B.

  • Etiketten afdrukken

    Voor structuren voor logistieke eenheden worden etiketten afgedrukt voor logistieke eenheden op het onderste niveau. Als een logistieke eenheid op het onderste niveau meerdere voorraadpunten bevat, worden de voorraadpuntgegevens niet afgedrukt op het etiket. Dit komt doordat het veld Etiket slechts één code kan bevatten. Als de logistieke eenheid bijvoorbeeld drie voorraadpunten bevat en de etiketdefinitie bevat het veld Voorraaddatum (lb.inv.date), wat een voorraadpuntgegeven is, 'weet' de applicatie niet welke van de drie voorraaddatums moet worden afgedrukt.