Alternatieve structuren voor logistieke eenheden
In sommige bedrijfstakken worden goederen gepickt uit een anonieme voorraad, hetgeen wil zeggen dat er in de voorraad geen logistieke eenheden aanwezig zijn, en verplaatst naar het uitslaggebied. In het uitslaggebied worden de laatste voorbereidingen getroffen om de goederen klaar te maken voor verzending. De goederen worden verpakt in emballagematerialen als kratten en pallets.
In dit bedrijfsscenario worden de logistieke eenheden automatisch aangemaakt tijdens het bevestigen van de pick. LN maakt logistieke eenheden aan op basis van de emballagedefinitie op de uitslagregel van de magazijnorder. De default emballagedefinitie die wordt doorgegeven aan de uitslagregel van de magazijnorder is doorgaans de emballagedefinitie die van toepassing is voor het artikel of de combinatie van artikel en relatie.
Soms kan er een tekort aan emballagematerialen optreden. In de meeste gevallen kan niet met de verzending van de goederen worden gewacht totdat de juiste emballagematerialen beschikbaar zijn. In de praktijk worden dan alternatieve emballagematerialen gebruikt, zoals dozen van een ander type of met andere afmetingen of een andere pallet.
Dit betekent dat er een alternatieve emballagedefinitie of sjabloon voor logistieke eenheden moet worden gebruikt.
Hiertoe selecteert u in het geschikte menu van de sessie Zendingregels (whinh4131m000) de optie en een van de volgende opties:
-
Raadpleeg de online Help van de sessie Alternatieve emballagedefinitie selecteren (whinh4231m400) voor meer informatie.
-
Zie voor meer informatieSjabloon zendingsregels specifieke logistieke eenheden
In de volgende situaties zijn beide opties niet beschikbaar:
-
Het veld Emballagedefinitie in de sessie Zendingregels (whinh4131m000) is niet van het type Variabel of is leeg.
- Het selectievakje Emballagedefinitie bindend in de sessie Uitslagorderregels (whinh2120m000) is ingeschakeld.
-
De status van de zendingsregel is niet Openstaand.
-
De logistieke eenheid verwijst niet naar voorraad. De logistieke eenheid gekoppeld aan de zendingsregel bevat informatie over de gekoppelde partijen. In dit scenario is het niet toegestaan om logistieke eenheden te verwijderen op het niveau van de zendingsregel omdat dan informatie met betrekking tot voorraadkenmerken verloren gaat. Die informatie is namelijk alleen aanwezig in de logistieke eenheid die aan de zendingsregel is gekoppeld. Deze informatie is niet opgeslagen op de zendingsregel.
-
In de volgende situaties is het genereren van logistieke eenheden niet toegestaan:
- De zendingsregel is in de sessie Handmatig gemarkeerd als Zendingregels (whinh4131m000).
- Het magazijn is WMS-gestuurd.
- Het handmatige uitslagproces is niet toegestaan.
- Logistieke eenheden worden niet gebruikt in zendingen.
- De hoeveelheid Niet-verzonden hoeveelheid in de sessie Zendingregels (whinh4131m000) is groter dan nul.