Routingopties (tsacm1101m200)

Een reeks bewerkingen die kan worden uitgevoerd. De referentieactiviteiten op basis waarvan bewerkingen aan een hoofdrouting worden toegevoegd, moeten dezelfde kenmerken hebben, zoals artikel, functioneel element en serviceafdeling.

Voorbeeld

Alle inspecties, tests, reinigingsactiviteiten, assemblageactiviteiten, demontageactiviteiten en reparatieactiviteiten die u op een machine kunt uitvoeren.

De omschrijving van de hoofdrouting.

Een subset van de hoofdrouting. Een vooraf gedefinieerde reeks bewerkingen die kan worden uitgevoerd. Elke bewerking wordt door een uniek volgnummer aangegeven.

De omschrijving van de routingoptie.

Een alternatieve vorm van een omschrijving die het zoeken eenvoudiger maakt. Een zoekargument wordt meestal gevormd door een afkorting, een acroniem of een handig alternatief voor een volledige omschrijving.

De grondstoffen, halffabricaten, eindproducten en gereedschappen die kunnen worden ingekocht, opgeslagen, geproduceerd en verkocht.

Een artikel kan ook voor een set artikelen staan die als één kit worden verwerkt, of die aanwezig zijn in meerdere productvarianten.

U kunt ook niet-fysieke artikelen definiëren. Dit zijn artikelen die niet aanwezig zijn in de voorraad, maar die gebruikt kunnen worden om kosten te boeken of om diensten te factureren aan klanten. Dit zijn voorbeelden van niet-fysieke artikelen:

• Kostenartikelen (bijvoorbeeld elektriciteit)
• Serviceartikelen
• Onderaannemingsdiensten
• Lijstartikelen (menu's/opties)

De omschrijving van het artikel.

Een groep uitwisselbare artikelen met dezelfde functie. Functionele elementen kunnen in artikelspecificaties, fysieke specificaties en referentieactiviteiten worden gebruikt.

Voorbeeld

Het is bij de definitie van een onderhoudsactiviteit voor een configuratie mogelijk een functioneel element op te geven. Op die manier is de activiteit van toepassing op alle artikelen die door dat functionele element worden gedekt. Bovendien ontstaan er zo geen identieke referentieactiviteiten voor vergelijkbare artikelen.

De omschrijving van het functionele element.

De afdeling die voor de uitvoering van een werkorder verantwoordelijk is.

De omschrijving of naam die bij de code hoort.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, kunt u de Verkoopprijs instellen als de default waarde voor het gerelateerde object waaraan de Routingoptie is gekoppeld.

De verkoopprijs die wordt berekend op basis van de gerelateerde resourcebehoeften.

De valuta waarin de Verkoopprijs en de Berekende verkoopprijs worden uitgedrukt.

De verkoopprijs die wordt ingesteld als de default waarde voor de Routingoptie. U moet een numerieke waarde opgeven.

De naam van de gebruiker die de routingoptie heeft gedefinieerd.

De datum en de tijd waarop de routingoptie is aangemaakt.

De eerste dag waarop een record of een instelling geldig is. De ingangsdatum bevat vaak ook de ingangstijd.

De eerste datum waarop een record of een instelling niet meer geldig is. Bij de vervaldatum wordt vaak ook de vervaltijd vermeld.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, kunt u de default voor een Routingoptie instellen.