Projectvoortgang vastleggen
Tijdens het project kunt u de mate van voltooiing van het project of van delen van het project vastleggen. Deze gegevens over de productiestand kunnen worden gebruikt voor het factureren van klanten of voor kostenbewaking.
U kunt de voortgang van een project op de volgende manieren evalueren:
- Werkelijke productiestand
- Tijdgerelateerde productiestand
De werkelijke productiestand is de echte productiestand die u kunt vaststellen op basis van verbruikte hoeveelheden of werk dat gereed is. Stel bijvoorbeeld dat u een weg wilt aanleggen met een lengte van tien kilometer en dat er één kilometer gereed is. De productiestand is dan 10% of 1 kilometer. Deze soort productiestand houdt geen rekening met de tijd en kan worden gebruikt voor facturering. U kunt de productiestand factureren met behulp van de Earned Value, de facturering o.b.v. eenheidsprijzen of termijnmotivering.
In de volgende tabel wordt de relatie uitgelegd tussen een Earned Value-methode en de productiestand van een project:
| Earned Value-methode | Productiestand |
|---|---|
| Mijlpaal | Mijlpaal is bereikt |
| Begin- en eindpercentage | Activiteit is voltooid. Percentages worden toegekend aan het begin en aan het einde van de activiteiten. |
| Percentage gereed | De productiestand wordt gemeten op basis van activiteit/kostensoort |
| Mate van inspanning | Geen productiestand (Geplande waarde = Earned Value) |
| Verdeeld | De productiestand is indirect (de productiestand wordt bepaald via de gekoppelde activiteit) |
U kunt de productiestand voor structuurdelen, activiteiten en verrekenposten op de volgende niveaus vastleggen:
- Structuurdeel/activiteit/verrekenposten
- Structuurdeel/activiteit/verrekenposten per kostensoort
- Structuurdeel/activiteit/verrekenposten per kostendrager of bewakingscode
Het niveau waarop de productiestand wordt vastgelegd voor structuurdelen, activiteiten of verrekenposten, is afhankelijk van de volgende scenario's:
- Als een structuurdeel is gedefinieerd in de sessie Structuurdelen (tpptc1100m000), kunt u het selectievakje Werkelijke productiestand gebruiken om aan te geven of de productiestand voor het structuurdeel moet worden vastgelegd. Als dit selectievakje is uitgeschakeld, accumuleert het project de productiestandgegevens van de lagere niveaus in de elementenstructuur en worden de gegevens toegekend aan het topstructuurdeel.
- Als een activiteit is gedefinieerd in de sessie Activiteiten (tppss2100m000), kunt u het veld Niveau werkelijke productiestand gebruiken om aan te geven welke soort productiestand moet worden vastgelegd.
- Als een verrekenpost is vastgelegd in de sessie Verrekenpost (tpptc0110s000), kunt u het veld Registratie werkelijke productiestand gebruiken om aan te geven welke soort productiestand moet worden vastgelegd.
Tijdgerelateerde productiestand is altijd een voorcalculatie van de productiestand. U kunt de calculatie handmatig opgeven in het veld Percentage gereed van de sessie Activiteiten (tppss2100m000) of via het externe planningspakket. Tijdgerelateerde productiestand kan worden gebruikt voor planningsdoeleinden. U kunt de Earned Value berekenen en deze waarde gebruiken om termijnen voor facturering te triggeren. U kunt de productiestand echter alleen factureren nadat de werkelijke productiestand is gegenereerd met de sessie Werkelijke productiestanden vanuit planning genereren (tpppc1240m000).
De factuurgegevens kunnen alleen worden gebruikt voor activiteiten waarvoor het veld Soort activiteit op Werkpakket of Verzamelrekening is ingesteld in de sessie Activiteiten (tppss2100m000).