Prestatiemetingen activiteit (tpppc5540m000)
Deze sessie kunt u gebruiken om gegevens over de prestatiemeting op te vragen.
- Project
-
De identificatiecode van het project waarvoor de prestatiemetingsgegevens worden weergegeven.
- Omschrijving
-
De omschrijving of naam die bij de code hoort.
- Genereercode
-
De gegenereerde codes slaan de gegevens voor de prestatiemeting op.
- Valuta
-
De weergegeven valuta is een van de eigen valuta's. In prestatiemetingen kunt u maximaal vier valuta's gebruiken. Bij een independent-currency systeem kunt u schakelen tussen deze vier valuta's. Ook in een dependent-currency systeem is het mogelijk om de andere eigen valuta's weer te geven. Het bedrag vermenigvuldigd met de weergegeven valutakoers wordt in dat geval echter niet weergegeven als berekend bedrag; bovendien wordt de vermenigvuldiging berekend aan de hand van de referentievaluta.
- Valuta
-
De omschrijving of naam die bij de code hoort.
- Activiteit
-
De identificatiecode van de activiteit.
- Omschrijving
-
De omschrijving of naam die bij de code hoort.
- Kostenperiode
-
Het jaar van de kostenbewakingsperiode. Dit is een weergaveveld.
- Kostenbewakingsperiode
-
Het volgnummer van de periode die is gekoppeld aan de bedragen.
- Cumulatief incl. verplichtingen
-
- Geplande waarde
-
De cumulatieve geplande waarde inclusief de gegevens van harde verplichtingen.
- Earned Value
-
De cumulatieve earned value inclusief de gegevens van harde verplichtingen.
- Nacalculatie
-
De cumulatieve nacalculatie inclusief de gegevens van harde verplichtingen.
- Planningsverschil
-
Het cumulatieve planningsverschil. De volgende formule wordt gebruikt:
Planningsverschil = Earned Value - Geplande waarde
- Kostenverschil
-
Het cumulatieve kostenverschil inclusief de gegevens van harde verplichtingen. De volgende formule wordt gebruikt:
Kostenverschil = Earned Value - nagecalculeerde kosten
- SPI
-
De cumulatieve planningsprestatie-index (SPI).
NBDe planningsprestatie-index wordt bepaald door de verkregen waarde (earned value, EV) af te zetten tegen de geplande waarde (planned value, PV).
SPI = EV / PV
Als de uitkomst kleiner is dan 1,0, ligt het project achter op schema. Als de uitkomst hoger is dan 1,0, ligt het project vóór op schema.
- CPI
-
De cumulatieve kostenprestatie-index (CPI) inclusief de gegevens van harde verplichtingen.
NBEen maateenheid voor de rentabiliteit van een project. De kostenprestatie-index wordt bepaald door de earned value (EV) af te zetten tegen de werkelijke kosten (AC):
CPI = EV / AC
Als de uitkomst kleiner is dan 1,0, zijn de kosten hoger dan begroot. Als de uitkomst groter is dan 1,0, zijn de kosten lager dan begroot.
- Cumulatief excl. verplichtingen
-
- Nacalculatie
-
De cumulatieve nacalculatie exclusief de gegevens van verplichtingen.
- Kostenverschil
-
Het cumulatieve kostenverschil exclusief de gegevens van verplichtingen.
- Periode incl. verplichtingen
-
- Earned Value
-
De earned value voor de opgegeven periode, inclusief de gegevens van harde verplichtingen.
- Nacalculatie
-
De nacalculatie voor de opgegeven periode, inclusief de gegevens van harde verplichtingen.
- Planningsverschil
-
Het planningsverschil voor de opgegeven periode.
- Kostenverschil
-
Het kostenverschil voor de opgegeven periode, inclusief de gegevens van harde verplichtingen.
- Periode excl. verplichtingen
-
- Kostenverschil
-
Het kostenverschil voor de opgegeven periode, exclusief de gegevens van verplichtingen.
- Bij oplevering
-
- Begroting einde werk
-
De begroting einde werk voor het project.
- Prognose einde werk
-
De prognose einde werk voor het project, geaccumuleerd per periode.
- Kostenverschil bij oplevering
-
Het VAC (Kostenverschil bij oplevering).