Beheer productiemodel instellen

Een productiemodel bevat de informatie nodig is om producten te maken in RPT.

  1. Geef het artikel op

    Selecteer in de sessie Artikel - productie (tiipd0101m000) het artikel waarvoor het productiemodel wordt gegenereerd.

  2. Geef de werkcel op

    Selecteer in de sessie Werkcellen (tirpt0140m000) de werkcel die verantwoordelijk is voor het maken van het product.

  3. Geef de nummergroep op

    Selecteer in de sessie Eerste vrije nummers (tcmcs0150m000) de nummergroep die het productiemodel gebruikt.

  4. Selecteer de soort productiemodel

    Enkelvoudig product

    • Soort productiemodel waarmee één eindproduct is gemaakt.
    • Meerdere producten

      Soort productiemodel waarmee twee verschillende eindproducten kunnen worden gemaakt in verschillende hoeveelheden.
  5. Geef de ingangs- en vervaldatums op

    Geef de periode op waarin het productiemodel actief is.

  6. Geef Voor planning gebruiken/Voor nacalculeren gebruiken op

    Er kunnen diverse productiemodellen tegelijk in gebruik zijn, maar slechts één kan er worden gebruikt voor planningsdoeleinden en kostencalculaties. De selectievakjes Voor planning gebruiken en Voor nacalculeren gebruiken worden gebruikt om het productiemodel voor deze doeleinden te selecteren.

    NB: Deze selectievakjes kunnen slechts voor één productiemodel tegelijk worden ingeschakeld.

  7. Geef gedetailleerde rapportage op

    Als tijdens het productieproces uitgebreide rapportage is vereist, kunt u het selectievakje Rapport werkstations inschakelen.

    NB: Deze optie is alleen beschikbaar als het selectievakje Rapport werkstations in de sessie Parameters Repetitive Manufacturing (tirpt0100m000) is ingeschakeld.

  8. Definieer productieproces

    Definieer het productieproces voor het model in de sessie Productieproces (tirpt2110m000).

  9. Definieer materialenlijst

    Definieer de lijst met materialen die nodig zijn om het product te maken in de sessie Materialen (tirpt2120m000).