Bewerkingen gereedmelden of afkeuren

U kunt een bewerking in één keer gereedmelden of afkeuren, maar u kunt dat ook in delen doen. De belangrijkste procedures worden hieronder beschreven.

Gereedmelding van een bewerking in één keer

De overzichtssessie Bewerkingen gereedmelden (tisfc0130m000) toont alle bewerkingen van een productieorder. U kunt de gereedgemelde of afgekeurde producthoeveelheden voor een bepaalde bewerking rechtstreeks invoeren in de overzichtssessie Bewerkingen gereedmelden (tisfc0130m000) op de velden Extra hoeveelheid gereedgemeld en Extra hoeveelheid afgekeurd. Nadat u een hoeveelheid hebt ingevoerd, wordt die hoeveelheid ook getoond op het veld Gereedgemeld (cum.) of het veld Afgekeurd (cum.).

Als u backflushing toepast, vraagt LN of u de volgende gegevens wilt backflushen:

  • Materialen/uren direct backflushen?

Als u voor de laatste bewerking een hoeveelheid intoetst en deze opslaat, stelt LN een aantal vragen, zoals:

  • Hoofdartikel direct op voorraad bijboeken?

    Zie voor meer informatie Nacalculatie voor ontvangstboekingen in Productie

  • Wilt u bij het activeren van de magazijnorderinslagregel de ontvangst automatisch bevestigen?

Als u voor elke bewerking gegevens intoetst, houdt LN bij wat de voortgang van de bewerking is en welk materiaal wordt gebruikt.

Als u de bewerkingsstatus wilt wijzigen in Gereed klikt u op Bewerking gereedmelden.

Gereedmelding van een bewerking in delen

U kunt ook deelhoeveelheden van een productieorder gereedmelden door een starthoeveelheid op te geven op het veld Extra hoeveelheid gereedgemeld of Extra hoeveelheid afgekeurd. Wanneer u de bewerking opslaat, wordt de opgegeven hoeveelheid weergegeven op het veld Gereedgemeld of het cumulatieve veld Afgekeurd.

Wanneer u de laatste bewerking van de productieorder uitvoert en een deelhoeveelheid invoert op het veld Extra hoeveelheid gereedgemeld of Extra hoeveelheid afgekeurd, kunt u de bewerking opslaan, waarna deze deelhoeveelheid kan worden toegevoegd aan de voorraad.

Extra functies tijdens het gereedmelden van bewerkingen

Als u meer gerichte acties op de routingbewerkingen wilt uitvoeren, moet u de detailsessie Bewerkingen gereedmelden (tisfc0130m000) starten door op een bewerking dubbel te klikken.

Met de detailsessie kunt u bewerkingen gereedmelden of afkeuren. De sessie is echter vooral bedoeld voor acties als:

  • Het afsluiten van een bewerking. Als een bewerkingsstatus Afgesloten is, de bewerking financieel afgehandeld.
  • Blokkeren of deblokkeren van een bewerking.
  • Bewerkingen gereedmelden voor producten met phantoms. Dit betekent dat u bewerkingen kunt gereedmelden voor hoofdartikelen of halffabrikaten. Voor een toelichting, zie verder.

Gereedmelden van hoeveelheden van hoofdartikelen of halffabrikaten.

Als een component van het te produceren hoofdartikel een phantom-artikel is, worden de routingbewerkingen voor de productie van het phantom-artikel toegevoegd aan de routingbewerkingen voor de productie van het hoofdartikel. De sessie Bewerkingen gereedmelden (tisfc0130m000) toont dan de bewerkingen voor zowel het hoofdartikel als het phantom-artikel.

Als u een bewerking gereedmeldt voor een phantom-bewerking, kunt u gebruikmaken van de sessie Bewerkingen gereedmelden (tisfc0130m000). In deze detailsessie kunt u de gereed te melden hoeveelheden intoetsen als hoeveelheden van het hoofdartikel of van het halffabrikaat.

Daartoe klikt u op Wisselen hoeveelheid hoofdartikel/halffabrikaat in de sessie Bewerkingen gereedmelden (tisfc0130m000). In het kader 'Gerapporteerde hoeveelheden' toont het kopje van de linkerkolom of u hoeveelheden voor halffabrikaten of hoofdartikelen intoetst.

Voorbeeld

Een bepaald type kast heeft drie laden. In de stuklijst van de kast zijn deze laden gedefinieerd als phantom-artikelen. Omdat de 10 kasten in totaal dertig laden bevatten, gelden de volgende uitspraken:

  • Een bewerking kan worden gereedgemeld voor 30 laden (hoeveelheid halffabrikaat).
  • Een bewerking kan worden gereedgemeld voor 10 kasten (hoeveelheid hoofdartikel).

Met andere woorden, u kunt ervoor kiezen een bewerking gereed te melden voor 10 artikelen (hoeveelheid hoofdartikel) of 30 artikelen (hoeveelheid halffabrikaat).

Partijgestuurde, unit-effective of seriedragende artikelen

Als een eindproduct partijgestuurd, unit-effective en/of seriedragend is, kunt u niet eenvoudig een hoeveelheid intoetsen om de laatste bewerking gereed te melden. De artikelen van de laatste bewerking moeten worden opgegeven aan de hand van resp. de partij waartoe ze behoren, de gekoppelde effectivity-unit en/of het serienummer. Dus betekent dat bepaalde stappen moeten worden uitgevoerd om de laatste bewerking voor partijgestuurde, unit-effective en/of seriedragende artikel gereed te melden.

Partijgestuurd

Als het eindproduct van de productieorder partijgestuurd is, zult u zien dat het pictogram Partij genereren voor de laatste bewerking is ingeschakeld. U moet een partijcode aan de artikelen toekennen. Daartoe voert u de volgende stappen uit:

  1. Voer het aantal gereed te melden artikelen in op het veld Extra hoeveelheid gereedgemeld van de laatste bewerking.
  2. Voer een partijcode in op het veld Partijcode of klik in de werkbalk op Partij genereren.

Unit-effectivity

Als het eindproduct van de productieorder unit-effective is, moet u effectivity-units invoeren voor de gereed te melden artikelen. U zult merken dat u geen waarde kunt invoeren om de artikelen van de laatste bewerking gereed te melden, maar dat wel het pictogram Verdeling productieorders op de werkbalk actief is als u de laatste bewerking selecteert. Voer de volgende stappen uit:

  1. Selecteer de laatste bewerking van de productieorder.
  2. Klik op Verdeling productieorders op de werkbalk. Daarmee start u de sessie Verdeling productieorders (tisfc0105m000).
  3. In de sessie Verdeling productieorders (tisfc0105m000) toetst u de gereedgemelde of afgekeurde hoeveelheden in. U moet artikelen gereedmelden of afkeuren per effectivity-unit.

Seriedragende artikelen

Als de eindproducten van de productieorder seriedragend zijn, wordt aan elk afzonderlijk eindproduct een serienummer toegewezen.

Als de eindproducten van de productieorder seriedragend zijn en het veld Beheer as-built status in de sessie Parameters productieorders (tisfc0100s000) op Handmatig staat, moet u de artikelen afzonderlijk gereedmelden in de sessie Seriedragend eindproduct - as-built kopregels (timfc0110m000).

Als het veld Beheer as-built status op Handmatig staat, moet u de artikelen als volgt gereedmelden:

  1. Selecteer de laatste bewerking van de productieorder.
  2. Klik op Serienummers op de werkbalk. Daarmee start u de sessie Seriedragend eindproduct - as-built kopregels (timfc0110m000).
  3. De gereed te melden of af te keuren artikelen worden weergegeven in de sessie Seriedragend eindproduct - as-built kopregels (timfc0110m000). Om de artikelen gereed te melden zet u de Status serienummer op Toegekend.

Als het veld Beheer as-built status op Handmatig staat, moet u de artikelen als volgt afkeuren:

  1. Selecteer een willekeurige bewerking van de productieorder.
  2. Klik op Serienummers op de werkbalk. Daarmee start u de sessie Seriedragend eindproduct - as-built kopregels (timfc0110m000).
  3. De gereed te melden of af te keuren artikelen worden weergegeven in de sessie Seriedragend eindproduct - as-built kopregels (timfc0110m000). U keurt de artikelen af door de Status serienummer op Geweigerd te zetten.

Als het veld Beheer as-built status op Automatisch staat, moet u de artikelen als volgt gereedmelden:

  1. Selecteer de laatste bewerking van de productieorder.
  2. Voer het serienummer in op het veld Serienummer.

Als het veld Beheer as-built status op Automatisch staat, moet u de artikelen als volgt gereedmelden:

  1. Selecteer een willekeurige bewerking behalve de laatste bewerking van de productieorder.
  2. Voer het serienummer in op het veld Serienummer.

Zie voor meer informatieWerken met seriedragende artikelen in Productie

Parameters

De gereedgemelde hoeveelheid van een bewerking is de invoerhoeveelheid van de volgende bewerking. De uitvoerhoeveelheid van een bewerking kan dus nooit groter zijn dan de invoerhoeveelheid. Dit betekent dat het totaal van de hoeveelheid gereed, afgekeurd en extra niet groter kan zijn dan de gereedgemelde hoeveelheid van de vorige bewerking. Het veld Methode gereedmelden vorige bewerking in de sessies Parameters productieorders (tisfc0100s000) en Methode gereedmelden vorige bewerkingProductie-instellingen per vestiging (timfc0180m000) bepaalt wat er gebeurt als u voor een bewerking een hoeveelheid gereedmeldt, maar de vorige bewerking nog niet is gereedgemeld:

  • Automatisch

    Als een bewerking is gereedgemeld, wordt de gereedgemelde hoeveelheid van de voorgaande bewerking automatisch aangepast aan de gereedgemelde hoeveelheid van de huidige bewerking.
  • Interactief

    Als een bewerking is gereedgemeld, verschijnt de vraag of de gereedgemelde hoeveelheid van de voorgaande bewerking moet worden aangepast aan de gereedgemelde hoeveelheid van de huidige bewerking.
  • Geen

    De gereedgemelde hoeveelheid van de voorgaande bewerking wordt niet aangepast, maar moet eerst handmatig worden gereedgemeld.
NB

Als de Methode gereedmelden vorige bewerking is ingesteld op Automatisch en de Bij vorige bewerkingen gereedgemelde hoev. op Gereedgemeld, worden de gereedgemelde hoeveelheden bijgewerkt wanneer een latere bewerking wordt gereedgemeld. De afgekeurde hoeveelheden worden in dit geval bevroren en kunnen niet op een latere datum worden bijgewerkt.