Een micro-routing vastleggen

In de module Routing kunt u bewerkingsstappen definiëren voor een microrouting, en instructies, gereedschappen of procesvariabelen aan de bewerkingsstappen koppelen.

Instructies

Instructies aan een bewerkingsstap koppelen:

  1. Definieer instructies in de sessie Instructies (tirou0106m000).
  2. Selecteer een routingbewerking in de sessie Routingbewerkingen (tirou1102m000).
  3. Klik op Bewerkingsstappen in het betreffende menu om bewerkingsstappen te koppelen aan de bewerking in de sessie Bewerkingsstappen (tirou1105m000).
  4. Selecteer een bewerkingsstap in de sessie Bewerkingsstappen (tirou1105m000).
  5. Klik op Instructies in het betreffende menu om instructies te koppelen aan de bewerkingsstap in de sessie Bewerking(sstap) - instructies (tirou1112m000).
NB

Als u instructies rechtstreeks aan de routingbewerking wilt koppelen, klikt u op Instructies in het betreffende menu van de sessie Routingbewerkingen (tirou1102m000). Daarmee wordt de sessie Bewerking(sstap) - instructies (tirou1112m000) gestart, waarin u instructies aan de bewerking kunt koppelen.

Gereedschappen

Gereedschappen aan een bewerkingsstap koppelen:

  1. Definieer gereedschappen in de module Gereedschapsbehoefteplanning.
  2. Als de gereedschappen tot een specifieke machine behoren, kunt u in de sessie Machine - gereedschappen (tirou0110m000) default gereedschappen aan een machine koppelen.
  3. Indien u in de sessie Taakrelaties (tirou0104m000) een taakrelatie hebt gedefinieerd, kunt u in de sessie Taakrelatie - gereedschappen (tirou0115m000) de gereedschappen aan de taakrelatie koppelen.
  4. Selecteer een routingbewerking in de sessie Routingbewerkingen (tirou1102m000).
  5. Klik op Bewerkingsstappen in het betreffende menu om bewerkingsstappen te koppelen aan de bewerking in de sessie Bewerkingsstappen (tirou1105m000).
  6. Selecteer een bewerkingsstap in de sessie Bewerkingsstappen (tirou1105m000).
  7. Klik op Gereedschappen in het betreffende menu om gereedschappen te koppelen aan de bewerkingsstap in de sessie Bewerking/bewerkingsstap - gereedschappen (tirou1110m000).
NB
  • Als u gereedschappen rechtstreeks aan de routingbewerking wilt koppelen, klikt u op Gereedschappen in het betreffende menu van de sessie Routingbewerkingen (tirou1102m000). Daarmee wordt de sessie Bewerking/bewerkingsstap - gereedschappen (tirou1110m000) gestart, waarin u gereedschappen aan de bewerking kunt koppelen.
  • U kunt de sessie Bewerking/bewerkingsstap - gereedschappen (tirou1110m000) ook gebruiken om extra default gereedschapsgegevens te definiëren voor een bewerking van een lopende productieorder, die aanwezig is in de sessie Voorgecalculeerde gereedschapsbehoefte (titrp0111m000).

Procesvariabelen

Procesvariabelen aan een bewerkingsstap koppelen:

  1. Definieer procesvariabelen in de sessie Procesvariabelen (tirou0105m000).
  2. Indien u in de sessie Taakrelaties (tirou0104m000) een taakrelatie hebt gedefinieerd, kunt u in de sessie Taakrelatie - procesvariabelen (tirou0116m000) de procesvariabelen aan de taakrelatie koppelen.
  3. Selecteer een routingbewerking in de sessie Routingbewerkingen (tirou1102m000).
  4. Klik op Bewerkingsstappen in het betreffende menu om bewerkingsstappen te koppelen aan de bewerking in de sessie Bewerkingsstappen (tirou1105m000).
  5. Selecteer een bewerkingsstap in de sessie Bewerkingsstappen (tirou1105m000).
  6. Klik op Procesvariabelen in het betreffende menu om procesvariabelen te koppelen aan de bewerkingsstap in de sessie Bewerking(sstap) - procesvariabelen (tirou1111m000).
NB
  • Als u wilt voorkomen dat een procesvariabele ooit volledig wordt verwijderd uit een micro-routing, schakelt u het selectievakje Verplicht in de sessie Taakrelatie - procesvariabelen (tirou0116m000) in.
  • Als u procesvariabelen rechtstreeks aan de routingbewerking wilt koppelen, klikt u in het betreffende menu van de sessie Routingbewerkingen (tirou1102m000) op Procesvariabelen. Daarmee wordt de sessie Bewerking(sstap) - procesvariabelen (tirou1111m000) gestart, waarin u procesvariabelen aan de bewerking kunt koppelen.