Workbench JSC-operator (tisfc8350m000)

Deze sessie kunt u gebruiken om omstel- en stuktijden voor productiebewerkingen vast te leggen, gereedgemelde en afgekeurde hoeveelheden te registreren en bewerkingen gereed te melden. U kunt bewerkingsgegevens van productieorders weergeven, zoals bewerkingsstappen, instructies, materialen, gereedschappen, teksten en gerelateerde documenten.

NB

Deze workbench is niet bedoeld voor productieorders met een orderverdeling.

Gebruik de sessie Orders gereedmelden (tisfc0120s000) of de sessie Orders collectief gereedmelden (tisfc0206m000) voor productieorders met een orderverdeling.

Selectie
Afdelingen selecteren

Selecteer een of meer afdelingen voor het huidige bedrijf. Productieorderbewerkinggegevens worden weergegeven voor de geselecteerde afdelingen.

NB

De afdelingen moeten zijn gedefinieerd in de sessie Afdelingen (tirou0101m000), zodat ze kunnen worden geselecteerd.

De afdeling waaraan de ingelogde medewerker is gerelateerd, zoals is gedefinieerd in de sessie Medewerkers - Algemene gegevens (tccom0101m000).

Een geplande productiestartdatum/-tijd selecteren

Selecteer de datum en starttijd voor de uitvoering van de productieorderbewerkingen. Alleen orders met de status Gereed voor uitvoering, Gestart, Actief en Geblokkeerd worden getoond.

NB

Productieorderbewerkingen tot en met de geselecteerde datum en tijd worden getoond.

Productieorderbewerkingen waarvoor de uren al zijn gebackflushed, worden niet getoond.

Selectie van de operator
De operator selecteren

De operator wordt geselecteerd uit een lijst van medewerkers, zoals deze is gedefinieerd in de sessie Medewerkers - Algemene gegevens (tccom0101m000). Voor de geselecteerde medewerker moet het type bedrijfsonderdeel zijn ingesteld op 'Afdeling'.

NB

De medewerker moet zijn gedefinieerd in de sessie Medewerkers - Medewerkersbeheer (bpmdm0101m000).

Alle wijzigingen in de tijdregistratie voor de productieorderprocessen worden voor de geselecteerde operator gelogd.

De registratie van hoeveelheden verloopt onafhankelijk van de geselecteerde operator. In LN wordt niet geregistreerd welke operator de hoeveelheden opgeeft of de bewerking voltooit.

Acties
Registratie omsteltijden

De omsteltijd wordt geregistreerd voor de geselecteerde operator.

U kunt als volgt de tijdregistratie instellen:

  • Klik op knop Omsteltijd om de registratie te starten.
  • De tijdregistratie stopt wanneer op de knop Stoppen of Uitvoeren wordt geklikt.
  • Als u de tijdregistratie wilt hervatten, selecteert u de bewerking waarvoor u de tijd wilt registreren en klikt u op de knop Omsteltijd.

U kunt de omsteltijd registreren voor meerdere operators voor één bewerking. Geef hiervoor in het deelvenster Bewerking selecteren een andere operator op, voordat u op Omsteltijd klikt voor een bewerking waarvoor de tijdregistratie is gestopt.

De omsteltijd wordt geregistreerd in de sessie Uren productieorders (bptmm1120m000).

NB

  • De parameter Uren voor omstelling en productie uitsplitsen moet worden geselecteerd in de sessie Parameters productieorders (tisfc0500m000).
  • De parameter Manuren gereedmelden is niet geselecteerd voor de productieorderbewerking waarvoor tijdregistratie is ingesteld.
  • De geselecteerde productieorderbewerking kan niet volledig worden Geblokkeerd. De bewerking is volledig geblokkeerd wanneer de blokkeerredenen aangeven dat de bewerking niet gereedgemeld kan worden. Er kunnen geen hoeveelheden worden gereedgemeld of afgekeurd.
Tijdregistratie starten

Als u op de knop Uitvoeren klikt, wordt de registratie van de stuktijd voor een bewerking en operator gestart.

U kunt als volgt de registratie van de stuktijd starten:

  • Klik op de knop Uitvoeren in het venster Actie.
  • Klik op de knop Stoppen om de registratie te stoppen.
  • Als u de registratie wilt hervatten, selecteert u de bewerking waarvoor de registratie moet worden hervat en klikt u op de knop Uitvoeren.

U kunt de stuktijd registreren voor meerdere operators voor één bewerking Geef hiervoor in het deelvenster Bewerking selecteren een andere operator op, voordat u op Uitvoeren klikt voor een bewerking waarvoor de tijdregistratie is gestopt.

De stuktijd wordt geregistreerd in de sessie Uren productieorders (bptmm1120m000).

De stuktijd wordt op dezelfde wijze geregistreerd als de omsteltijd, met uitzondering van het veld Omsteltijd. Voor de stuktijd moet het veld Omsteltijd de waarde Nee hebben.

NB
  • De parameter Manuren gereedmelden is niet geselecteerd voor de productieorderbewerking waarvoor tijdregistratie is ingesteld.
  • De geselecteerde productieorderbewerking kan niet volledig worden Geblokkeerd. De bewerking is volledig geblokkeerd wanneer de blokkeerredenen aangeven dat de bewerking niet gereedgemeld kan worden. Er kunnen geen hoeveelheden worden gereedgemeld of afgekeurd.
Tijdregistratie beëindigen

Wanneer de gebruiker op de knop Beëindigen klikt, wordt de registratie van de omsteltijd en de stuktijd beëindigd.

De volgende velden worden bijgewerkt in de sessie Uren productieorders (bptmm1120m000) wanneer de tijdregistratie wordt beëindigd:

  • Einddatum
  • Mutatiedatum
  • Mutatiestatus
  • Eenheid
  • Werktijd
  • Machinetijd
  • Percentage gereed
NB

De tijdregistratie wordt alleen beëindigd voor de geselecteerde operator. De tijdregistratie voor andere operators gaat door tenzij u deze specifiek selecteert en afzonderlijk beëindigt.

Alle tijdregistratie voor een bewerking wordt automatisch beëindigd wanneer de bewerking is voltooid.

Hoeveelheden registreren

Met de knop Hoeveelheden registreren kan de operator gereedgemelde hoeveelheden en afgekeurde hoeveelheden voor de geselecteerde bewerking registreren.

Hoeveelheden kunnen worden geregistreerd als:

  • Extra gereedgemeld
  • Extra afgekeurd
  • Cumulatief gereedgemeld
  • Cumulatief afgekeurd

Alle hoeveelheidsvelden kunnen als de default worden ingesteld door op de knop Default te klikken. Het proces is hetzelfde als in de sessie Bewerkingen gereedmelden (tisfc0130m000).

Op het veld Reden afkeuring kunt u een reden opgeven. De reden kan worden geselecteerd in de sessie Redenen (tcmcs0105m000).

NB

U kunt geen reden voor afkeuring opgeven wanneer Redencodes voor afgekeurde artikelen gebruiken is ingesteld op Nooit in de sessie Parameters productieorders (tisfc0100s000).

Bewerking gereedmelden

Door een bewerking te selecteren en op de knop Bewerking gereedmelden te klikken. Hoeveelheden moeten op dezelfde wijze worden geregistreerd als bij het gebruik van Hoeveelheden registreren. De status van de bewerking wordt Gereed.

NB

Wanneer de bewerking wordt gereedgemeld, wordt de tijdregistratie voor alle operators stopgezet.

NB

Wanneer bewerkingen worden gereedgemeld, vindt zo nodig backflushing van uren en materialen plaats. Dit werkt op dezelfde wijze als de sessie Bewerkingen gereedmelden (tisfc0130m000).

De materialen/uren worden alleen gebackflusht als het veld Methode backflushing is ingesteld op Automatisch. De waarde Interactief word niet door de workbench ondersteund.

Backflushen moet worden uitgevoerd met Materialen en uren backflushen (tisfc0220m000) wanneer de parameter is ingesteld op Interactief of Handmatig.

Bewerkingen
Status

Dit veld toont niet de huidige status, maar een symbool dat een van de volgende acties aangeeft:

  • Bewerking is niet gestart.
  • Omstellen - in uitvoering
  • Productie - in uitvoering
  • Bewerking is gereed
.

Het deelvenster Bewerkingen bevat een aantal kolommen. De volgorde van de kolommen kan worden aangepast aan de voorkeuren van de operator. De weergegeven gegevens zijn afkomstig uit Bewerkingen productieorder.

Bewerkingen weergeven

De bewerkingen van de geselecteerde afdelingen tot en met de geselecteerde geplande productiestart worden weergegeven. In het deelvenster worden alleen bewerkingen getoond voor vrijgegeven productieorders.

Toegestane waarden

De bewerkingen moeten een van de volgende statussen hebben:

  • Gereed voor uitvoering
  • Gestart
  • Actief
  • Geblokkeerd

Operators die tijd hebben geregistreerd

Toont de operators die tijd hebben geregistreerd voor de specifieke bewerking. Een blauwe pion geeft de geselecteerde operator aan, de grijze pionnen geven de andere operators aan.

Indicator voor het registreren van de stuktijd en/of omsteltijd

Deze indicator geeft aan wanneer tijd wordt geregistreerd in de vorm van een klok die in de kolom wordt weergegeven. De blauwe kleur geeft aan dat de record van toepassing is op de huidige operator, het grijze pictogram geeft alle andere operators aan.

Start geplande productie

De geplande productiestartdatum en -tijd van de bewerking.

NB

De datumnotatie is afhankelijk van de regio-instellingen op de computer van de gebruiker.

Taak

De taak die voor de bewerking moet worden uitgevoerd. De taakcode en omschrijving kunnen worden weergegeven.

Als er tekst voorkomt die aan de taak is gerelateerd, wordt dat door een informatiepictogram in dezelfde kolom aangegeven.

Artikel

Omschrijving en artikelcode van het artikel dat wordt geproduceerd.

Gepland

De geplande uitvoerhoeveelheid.

Gereed

De hoeveelheid die is gereedgemeld.

Afgekeurd

De hoeveelheid die is afgekeurd.

Eenheid

De eenheid waarin de hoeveelheden worden uitgedrukt.

NB

Dit is de voorraadeenheid van het artikel.

Productieorder

De productieorder.

Als er tekst voorkomt die aan de productieorder is gerelateerd, wordt dat door een informatiepictogram in dezelfde kolom aangegeven.

Bewerking

Het bewerkingsnummer.

Als er tekst voorkomt die aan de bewerking is gerelateerd, wordt dat door een informatiepictogram in dezelfde kolom aangegeven.

Volgende bewerking

De bewerking die na de huidige bewerking moet worden uitgevoerd.

Werkelijke productiestart

De werkelijke datum en tijd waarop de productie is gestart.

NB

De datumnotatie is afhankelijk van de regio-instellingen op de computer van de gebruiker.

Resterende prod.td

De resterende productietijd in uren.

NB

De uureenheid zoals die is gedefinieerd in Parameters Medewerkersbeheer (bpmdm0100m000), wordt weergegeven in de kolomkop.

Afdeling

De afdeling waar de bewerking wordt uitgevoerd. Zowel de afdelingscode als de omschrijving wordt weergegeven.

Machine

De machine waarmee de bewerking wordt uitgevoerd. Zowel de machinecode als de omschrijving wordt weergegeven.

Bewerkingsstappen en -instructies.
.

In dit deelvenster worden de bewerkingsstappen en de instructies per bewerkingsstap voor de geselecteerde bewerking weergegeven.

De volgende kolommen worden weergegeven:

  • stap

    De bewerkingsstap.
  • Omschrijving

    De omschrijving van de bewerkingsstap. De aanwezigheid van aanvullende tekst over de bewerkingsstap wordt aangegeven door een informatiepictogram in dezelfde kolom.

Wanneer er instructies voor de bewerkingsstappen voorkomen, dan wordt dat in de kolom aangegeven door een plusteken (+) die vóór de stap wordt weergegeven.

Wanneer u op het plusteken klikt, wordt deze lijst met instructies uitgevouwen en worden de instructiecode en de omschrijving van de instructies getoond. U kunt de kolommen ordenen, sorteren en filteren.

Materialen
.

In het deelvenster worden de benodigde materialen voor de geselecteerde bewerking weergegeven.

De volgende kolommen worden weergegeven:

  • Positie
  • Artikel
  • Omschrijving
  • Magazijn
  • Nettohoeveelheid
  • Hoeveelheid VC
  • Voorraadeenheid
  • Partij
Gereedschappen
.

In het gereedschappendeelvenster worden de benodigde gereedschappen voor de geselecteerde bewerking weergegeven.

De volgende kolommen worden weergegeven:

Tekst
.

In het tekstdeelvenster wordt tekst weergegeven die is toegevoegd aan een productieorder, bewerking, taak of bewerkingsstap.

NB

Het deelvenster wordt weergegeven wanneer u op het informatiepictogram in een van de kolommen klikt.

Het informatiepictogram kan worden weergegeven in de volgende velden:

  • Productieorder
  • Bewerking
  • Taak
  • Omschrijving bewerkingsstap
Workspace Content Assistant

De Workbench JSC-operator (tisfc8350m000) wordt alleen uitgevoerd in Infor Ming.le. De Infor Ming.le-LN Plug-in bevat een Content Assistant die in-context informatie weergeeft.

De volgende inhoud wordt weergegeven wanneer u een bewerking selecteert:

  • Inhoud gekoppeld aan de productieorder
  • Inhoud gekoppeld aan de bewerking
  • Inhoud gekoppeld aan het artikel van de bewerking

De volgende inhoud wordt weergegeven wanneer u een bewerkingsstap selecteert:

  • Inhoud gekoppeld aan de productieorder
  • Inhoud gekoppeld aan de bewerking
  • Inhoud gekoppeld aan het artikel van de bewerking
  • Inhoud gekoppeld aan de bewerkingsstap

De volgende inhoud wordt weergegeven wanneer u een materiaal selecteert:

  • Inhoud gekoppeld aan de productieorder
  • Inhoud gekoppeld aan de bewerking
  • Inhoud gekoppeld aan het artikel van de bewerking
  • Inhoud gekoppeld aan de materiaalregel
  • Inhoud gekoppeld aan het materiaal

De volgende inhoud wordt weergegeven wanneer u een gereedschap selecteert:

  • Inhoud gekoppeld aan de productieorder
  • Inhoud gekoppeld aan de bewerking
  • Inhoud gekoppeld aan het artikel van de bewerking
  • Inhoud gekoppeld aan het gereedschap
  • Inhoud gekoppeld aan de gereedschapssoort/het artikel
Groeperen van kolommen

De deelvensters van de workbench kunnen kolommen bevatten die kunnen worden geordend, gesorteerd, gefilterd en gegroepeerd naargelang de wensen van de gebruiker.

  • Ordenen

    De kolomvolgorde kan worden gewijzigd door de kolom naar een andere positie te slepen.
  • Sorteren

    U kunt de kolommen sorteren door een of meerdere keren op de kolomkop te klikken. U kunt meer dan één kolom sorteren door de SHIFT-toets ingedrukt te houden, terwijl u op een andere kolomkop klikt voordat u de kolommen sorteert.
  • Filteren

    Er kan op de meeste kolommen een filter worden toegepast. U kunt het filter instellen door op het trechterpictogram in de kolomkop te klikken.
  • Groeperen

    U kunt de gegevens indelen op specifieke kolommen door de kolomkop naar de balk boven het raster te slepen die de tekst bevat Versleep een kolomkop en zet die hier neer om op die kolom te groeperen. U kunt de gegevens op meer dan één kolom indelen.
  • Bevroren kolommen

    Als de kolommen gegevens bevatten, wordt aan de linkerkant van het raster er een balk weergegeven. Dit is het scheidingsteken voor bevroren kolommen. Wanneer dit op het raster wordt gesleept, worden alle kolommen bevroren die zich aan de rechterkant van het scheidingsteken bevinden.
  • Deelvensters docken

    Een deelvenster kan in een andere dan de default positie worden gedockt door de titelbalk van het deelvenster te verslepen. Een dockingkompas geeft aan waar het deelvenster kan worden geplaatst en een schaduw geeft aan waar het deelvenster wordt geplaatst wanneer u het loslaat.
  • Deelvensters vastpinnen/verwijderen (automatisch verbergen)

    U kunt een vastgepind deelvenster verwijderen door op het punaisepictogram in de rechterbovenhoek van het deelvenster te klikken. Het deelvenster verdwijnt en alleen een tabblad met de deelvenstertitel blijft zichtbaar. Het deelvenster wordt weer weergegeven wanneer u er met de muis overheen beweegt.
  • Een deelvenster sluiten

    U kunt een deelvenster sluiten door op het x-pictogram in de rechterbovenhoek van het deelvenster te klikken. Deze optie is alleen beschikbaar voor het tekstdeelvenster.

De lay-out van de workbench kan worden opgeslagen door de optie Defaults opslaan te selecteren in het instellingenmenu in de rechterbovenhoek.

De volgende gegevens worden opgeslagen:

  • De positie van de deelvensters
  • De kolomvolgorde van alle rasters
  • De kolomsortering van alle rasters
  • De positie van het scheidingsteken voor bevroren kolommen

De lay-out voor het huidige bedrijf en de huidige gebruiker wordt opgeslagen in de sessie Personalisatie sessies (ttadv9100m000).

De workbench wordt altijd gestart met de opgeslagen lay-out. U kunt tussen de defaults schakelen door Defaults ophalen te selecteren en een opgeslagen lay-out op te halen. U kunt van een opgeslagen lay-out naar de oorspronkelijke lay-out van de workbench schakelen door Defaults wissen te selecteren.