Bewerking jobshop-routing - procesvariabelen (tirou4113m000)

Deze sessie kunt u gebruiken om de procesvariabelen van een bewerking te beheren.

Vestiging

De ID van de vestiging.

NB

Alleen zichtbaar als de functionaliteit voor meerdere vestigingen actief is.

Product

Het artikel dat wordt geproduceerd.

Routing

De routing-ID.

Revisie

De revisie waarvoor de routing wordt gebruikt.

Bewerking

Een van een reeks stappen binnen een routing die achtereenvolgens moet worden uitgevoerd om een artikel te produceren.

Tijdens een routingbewerking worden de volgende gegevens verzameld:

  • De taak. Bijvoorbeeld, zagen.
  • De machine waarmee de taak wordt uitgevoerd (optioneel). Bijvoorbeeld, een zaagmachine.
  • De plaats waar de taak wordt uitgevoerd (afdeling). Bijvoorbeeld, houtbewerking.
  • Het aantal medewerkers dat nodig is voor het uitvoeren van de taak.

Met deze gegevens worden orderlooptijden berekend, productieorders gepland en kostprijzen berekend.

Bewerkingsstap

Een deelbewerking die aan een routingbewerking is gekoppeld.

Aan een bewerkingsstap kan informatie worden gekoppeld, zoals instructies, procesgegevens en gereedschapsgegevens.

Procesvariabele

Een instelling of invoerwaarde die gerelateerd is aan gegevens (zoals een machine, een gereedschap of een proceskenmerk) die relevant zijn voor het uitvoeren van een bewerking of bewerkingsstap. Bijvoorbeeld knipdiepte, knipsnelheid en temperatuur.

Soort grens

Geef de waarde op waarin de default grens wordt uitgedrukt.

Toegestane waarden

Absoluut

De onder- en bovengrens van de afwijking ten opzichte van de doelwaarde wordt uitgedrukt in een absolute waarde.

  • Grens

    Als de bovengrens wordt uitgedrukt in een absolute waarde, is dit de waarde waarmee de doelwaarde van de procesvariabele maximaal mag worden overschreden.

    Als de norm bijvoorbeeld 30 is en de bovengrens is 33, wordt op dit veld 33 weergegeven.

  • Percentage

Percentage

De onder- en bovengrens van de afwijking ten opzichte van de doelwaarde wordt bepaald door een percentage.

  • Grens

    Als de bovengrens wordt uitgedrukt in een percentage, is dit het percentage waarmee de doelwaarde van de procesvariabele maximaal mag worden overschreden.

    Als de norm bijvoorbeeld 30 is en de bovengrens is 33, wordt op dit veld 10% weergegeven.

  • Percentage

    Als de ondergrens wordt uitgedrukt in een percentage, is dit het percentage waarmee de invoerwaarde van de procesvariabele lager mag zijn dan de norm.

    Als de norm bijvoorbeeld 30 is en de ondergrens is 27, toetst u op dit veld 10% in.

Norm

De doelwaarde van de procesvariabele.

Ondergrens

De ondergrens van de procesvariabele, uitgedrukt als een absolute waarde of als een percentage.

Bovengrens

De bovengrens van de procesvariabele, uitgedrukt als een absolute waarde of als een percentage.

Ondermarge

De ondergrens van de procesvariabele als een percentage.

Bovenmarge

De bovengrens van de procesvariabele als een percentage.

Omschrijving inspectie

Omschrijving van het inspectieproces.

Registratiesoort

De soort registratie die van toepassing is op de meetwaarden van de procesvariabelen.

Toegestane waarden

Optionele registratie

De registratie van de meetwaarden is optioneel.

Verplichte registratie

De registratie van de meetwaarden is verplicht.

Alleen instructie

Default wordt de registratiesoort op deze optie gezet, bijvoorbeeld wanneer de productieorders zijn gemigreerd uit eerdere functiepakketten.

Steekproeffrequentie

De steekproeffrequentie heeft betrekking op de totale hoeveelheid die moet worden gemeten en wordt uitgedrukt als een percentage.