Bewerkingen jobshop-routing (tirou4101m000)

Deze sessie kunt u gebruiken om jobshop-routingbewerkingen te beheren.

Deze sessie toont de gegevens uit de volgende sessies:

  • Bewerking jobshop-routing - bewerkingsstappen (tirou4110m000)
  • Routingbewerking - instructies (tirou4115m000)
  • Bewerking jobshop-routing - kennisgebieden (tirou4112m000)
  • Bewerking jobshop-routing - gereedschappen (tirou4111m000)
  • Bewerking jobshop-routing - procesvariabelen (tirou4113m000)
NB

Als u deze sessie wilt gebruiken, moet de parameter Jobshop per vestiging in de sessie Conceptactivering (tcemm4600m000) zijn ingesteld op Actief of In voorbereiding.

Product

De ID van het product.

Vestiging

De vestiging waarvoor de routing is gedefinieerd.

.
Routing

De volgorde van de bewerkingen die nodig is voor de productie van een artikel.

Voor elke bewerking worden de referentiebewerking, de machine en de afdeling opgegeven, plus informatie over de omsteltijd en cyclustijd.

Revisie

De routing revisie waarop de gerelateerde routingbewerking van toepassing is.

Status

De status van de routing.

Toegestane waarden

  • Nieuw
  • Vervallen
  • Goedgekeurd
Ingangsdatum

De datum waarop de routing geldig wordt.

Routinghoeveelheid

De hoeveelheid producten waarop de cyclustijd is gebaseerd.

Minimumhoeveelheid

De minimale hoeveelheid van het product waarvoor de routing wordt gebruikt.

Maximumhoeveelheid

De maximale hoeveelheid van het product waarvoor deze routing wordt gebruikt.

Orderlooptijd

De productietijd van een artikel uitgedrukt in uren of dagen, gebaseerd op de doorlooptijdelementen die zijn gedefinieerd in de routingbewerkingen.

.
Bewerking

De bewerkings-ID.

Vervolgbewerking

Als u een netwerkrouting hebt gedefinieerd, moet de opgegeven bewerking op dit veld worden uitgevoerd na de huidige bewerking.

Referentiebewerking

De code van de referentiebewerking.

Vestiging referentiebewerking

De vestiging waarvoor de referentiebewerking is opgegeven.

Machinesoort referentiebewerking

De code van de machinesoort waarvoor de referentiebewerking is opgegeven.

NB

U kunt dezelfde referentiebewerking opgeven voor een of meer machinesoorten, vestigingen of capaciteitsgroepen.

Afdeling referentiebewerking

De code van de afdeling waarvoor de referentiebewerking is opgegeven.

Plangroep

De planningsgroep waaraan de routing is gekoppeld.

Machinesoort

De machinesoort die tijdens de productie wordt gebruikt.

Afdeling

Een productiegebied dat uit een of meer mensen en/of machines bestaat en als één geheel wordt beschouwd. Een afdeling dient voor capaciteitsbehoefteplanningen en detailplanningen.

Vestiging afdeling

De code van de vestiging waartoe de afdeling behoort. Alleen voor uitbestedingsafdelingen die kunnen afwijken van de vestiging van de routing.

Arbeidsresources voor omstelling (FTE)

Het benodigde aantal medewerkers voor de omstelling, uitgedrukt in fulltime-equivalent (fte).

Arbeidsresources voor productie (FTE)

Het benodigde aantal medewerkers, uitgedrukt in fulltime-equivalent (fte).

Tekst

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, is er extra tekst aanwezig.

Productie
Omsteltijd

De tijd die nodig is voor de omstelling van een machine voordat een bewerking kan worden uitgevoerd. De omsteltijd kan lang zijn indien u overgaat van bijvoorbeeld zwarte verf naar witte. De omsteltijd kan kort zijn indien u overgaat van bijvoorbeeld witte verf naar gele. De omsteltijd moet een gemiddelde zijn van alle mogelijke omsteltijden.

Cyclustijd

De (gemiddelde) tijd tussen het gereedkomen van twee afzonderlijke producten, ongeacht het aantal machines. Bij een assemblagesnelheid van bijvoorbeeld 120 motoren per uur is de tijd tussen het gereedkomen van twee opeenvolgende motoren 30 seconden.

Productiesnelheid

Het aantal eenheden waarvoor de taak per tijdseenheid kan worden uitgevoerd in een afdeling. De eenheid is per uur of per minuut, afhankelijk van het veld Tijdseenheid productiesnelheid in de sessie Parameters basisgegevens jobshop (tirou0100m000). De productiesnelheid wordt overgenomen uit de cyclustijd omdat deze veranderlijk is.

Als de parameter Productiesnelheden gebruiken in de sessie Parameters basisgegevens jobshop (tirou0100m000) is ingeschakeld, kunt u de productiesnelheid invoeren waaruit de cyclustijd zal worden afgeleid.

Aantal machines

Het aantal machines dat tijdens de productie wordt gebruikt.

Verwerkingstijd

De procestijd tussen het gereedkomen van twee afzonderlijke productie-eenheden op een machine. Als een bewerking wordt uitgevoerd op twee machines en een cyclustijd van 4 minuten heeft, bedraagt de verwerkingstijd 8 minuten.

Logistiek
Buffertijd

De tijd dat een order op een afdeling aanwezig is voordat er een omstelling of bewerking voor wordt uitgevoerd.

De buffertijd dient voor het berekenen van doorlooptijden en wordt uitgedrukt in dagen of uren. De dagen of uren moeten geïnterpreteerd zijn als dagen en uren in de werktijdenkalender die aan de afdeling is gekoppeld.

Als het veld Tijdseenheid op Dagen staat, rondt LN de ingevoerde waarden van de doorlooptijd af op gehele getallen.

Wachttijd

De tijd dat een order op een afdeling blijft nadat een bewerking is gereedgemaakt .

LN plant geen wachttijden volgens een specifieke kalender. De planning van de wachttijd is gebaseerd op 7 dagen per week en 24 uur per dag.

Een typisch voorbeeld is de tijd die na het verven nodig is voor het drogen.

Als LN de start- en eindtijden van geplande orders berekent op basis van de routing, houdt LN rekening met de wachttijd. De wachttijd wordt uitgedrukt in dagen of uren. Dit zijn geen kalender-dagen of -uren. Er wordt uitgegaan van 24 uur per dag en 7 dagen per week.

Als het veld Tijdseenheid op Dagen staat, rondt LN de ingevoerde waarden van de doorlooptijd af op gehele getallen.

De planningsbuffer die ontstaat door de wachttijd, maakt het mogelijk een speling in te bouwen tussen opeenvolgende bewerkingen. Hierdoor kunt u met bewerkingen schuiven als de planning moet worden aangepast.

NB

Dit veld is niet toegankelijk als het veld Afdelingssoort is ingesteld op Kostprijscalculatie, Lijnstation of Buffer.

Verplaatsingstijd

De tijd die nodig is om een halffabricaat van de ene bewerking naar de andere te verplaatsen. Na de laatste bewerking is de verplaatsingstijd de tijd die nodig is om het eindproduct naar het magazijn over te zetten.

De verplaatsingstijd is een van de doorlooptijd-elementen waarmee LN plant met gebruikmaking van een bepaalde kalender.

Als het veld Tijdseenheid op Dagen staat, rondt LN de ingevoerde waarden van de doorlooptijd af op gehele getallen.

Tijdseenheid

De tijdseenheid die wordt gebruikt om de Buffertijd, Wachttijd en Verplaatsingstijd te definiëren.

Product gereedmelden

De gereedmeldingsmethoden zijn als volgt:

Toegestane waarden

  • Handmatig

    Gereedmelden vindt plaats door een medewerker.
  • Automatisch

    Gereedmelden vindt plaats door de gereedmelding van een andere bewerking.
  • Per machine

    Gereedmelden vindt plaats via machinebewerkingen en niet per bewerking.
Machine-uren gereedmelden

Geef op hoe machine-uren worden gemeld:

Toegestane waarden

  • Backflushen

    Dit is een automatische berekening op basis van gerapporteerde hoeveelheden.
  • Handmatig

    Gereedmelden vindt plaats door een medewerker.
  • Niet gedefinieerd

    Dit geldt voor Machine-uren gereedmelden op geconverteerde orders. Gereedmelden is gebaseerd op de waarde Manuren.
Manuren gereedmelden

Geef de methode op waarmee manuren worden gemeld tijdens de productie.

Toegestane waarden

  • Backflushen

    Dit is een automatische berekening op basis van gerapporteerde hoeveelheden.
  • Handmatig

    Gereedmelden vindt plaats door een medewerker.
Batchoverdracht gebruiken

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, kunt u gaan werken aan een routingbewerking voordat de vorige bewerking is voltooid.

Overdrachtshoeveelheid

De hoeveelheid van het product die gereed moet zijn voordat de volgende routingbewerking wordt gestart, indien het selectievakje Batchoverdracht gebruiken is ingeschakeld.

Vaste duur

Geeft aan of de productietijd vast is of dat deze afhankelijk is van de orderhoeveelheid. Als de productietijd een vaste duur heeft, is deze gelijk aan de cyclustijd. Als de productietijd geen vaste duur heeft, wordt de cyclustijd met de orderhoeveelheid vermenigvuldigd.

Bijvoorbeeld, het bakken van één brood kost 1 uur. Het bakken van 100 broden kost ook 1 uur.

DMS bij gereedmelden

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, wordt de planning van de rechtstreekse levering materiaal (DMS) uitgevoerd bij het gereedmelden van de bewerking.

Halffabrikaat

Een tussenliggend product in een productieproces dat niet als eindproduct wordt opgeslagen of verkocht, maar rechtstreeks naar de volgende bewerking gaat.

Voor uitbestedingen kan een producent een halffabricaat naar een toeleverancier verzenden om werkzaamheden voor het halffabricaat uit te voeren. Dit halffabricaat heeft een eigen artikelcode, die is gedefinieerd in de sessie Basisgegevens artikelen.

Nadat de werkzaamheden zijn voltooid, stuurt de toeleverancier het halffabricaat terug naar de producent. Ook dit herbewerkte halffabricaat heeft een eigen artikelcode, die is gedefinieerd in de sessie Basisgegevens artikelen.

Magazijn halffabrikaten

Het magazijn waaruit het halffabricaat wordt verzonden of waarin het halffabricaat wordt ontvangen.

Uitbesteding met materiaalstroom

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, wordt voor de productie van het artikel alleen uitbesteding met materiaalstroom gebruikt.

Kanban
Container

Een vorm waarin materiaal wordt opgeslagen of verplaatst.

Containermethode

Geeft aan hoe artikelen worden verpakt. Zo mag een stapel uit niet meer dan 10 lagen bestaan.

Containerhoeveelheid

Het aantal artikelen dat in de verpakkingsvorm op elkaar gestapeld is.

Aantal kanbans

Het aantal kanbans dat in het pullsysteem wordt toegepast.

Omschrijving op kanban

De omschrijving van de kanban tussen bewerkingen. Deze dient ter identificatie van de kanban.

Diversen
Activiteit

De projectactiviteit die is gedefinieerd in de sessie Activiteiten (tipcs4101m000) waaraan de bewerking is gerelateerd.

NB

Alleen van toepassing op klantspecifieke artikelen.

Vaste omsteltijd

De vaste tijd die nodig is om een machine in of om te stellen voor het uitvoeren van een specifieke bewerking.

Afval-instelling

Onbruikbaar materiaal of afgekeurde halffabricaten ontstaan bijvoorbeeld door het defect raken van componenten en door verliezen tijdens het knippen of zagen.

De brutobehoefte en/of de invoerhoeveelheid van een bewerking moeten worden vergroot om het verwachte verlies te compenseren.

Voor een bewerking kunt u het geplande afval definiëren als een vaste hoeveelheid (afval-instelling) of als een relatief verlies via de opbrengstsoort Discreet.

Soort opbrengst

Bepaalt of en hoe afgekeurde producten uit de productie komen indien het opbrengstpercentage lager is dan 100%.

Twee soorten opbrengst zijn aanwezig:

  • Discreet

    Producten die tijdens de productie verloren gaan, worden gezien als uitval.
  • Niet-discreet

    Producten gaan verloren door bijvoorbeeld verdamping.

Toegestane waarden

Niet-discreet

Het percentage van het product dat volledig verdwijnt. Bijv. verliezen door verdamping.

Discreet

Het percentage van het product dat verloren gaat als afgekeurde componenten.

Opbrengstpercentage

De bruikbare uitvoer van een bewerking, uitgedrukt in een percentage van de invoer.

Voorbeeld 1: Tijdens de productie van gloeilampen is het percentage opbrengst van een bewerking 98. Dus op elke 100 gloeilampen zijn er gemiddeld 98 in orde. De overige gloeilampen zijn defect en worden daarom afgevoerd.

Voorbeeld 2: Staaldraden worden in elkaar gedraaid om een staalkabel te produceren. Door het draaien wordt de kabel 10% korter dan de draden waaruit de kabel wordt gemaakt. Dus wordt de opbrengst op 90% gezet.

Als bewerkingen zijn gedefinieerd, moet de opbrengst per bewerking worden vastgelegd.

Uitzonderingen aanwezig

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, zijn aan deze routing uitzonderingen gekoppeld. Met andere woorden, unit-effectivity is van toepassing op de routing in kwestie. Als u de uitzonderingen van de routing in de module Unit-effectivity verwijdert, wordt het selectievakje uitgeschakeld.

NB

Voor een standaardrouting kunt u geen uitzonderingen vastleggen.

Standaardconfiguratie

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, maakt de routing deel uit van de standaardconfiguratie van een artikel. De kosten die gerelateerd zijn aan de routing, worden opgenomen in de standaard kostprijs. Als het selectievakje Standaardconfiguratie is uitgeschakeld, maakt de routing geen deel uit van de standaardconfiguratie van een artikel. De kosten die gerelateerd zijn aan de routing, worden niet opgenomen in de standaard kostprijs.

De combinatie van de selectievakjes Standaardconfiguratie en Geldig in de sessie Uitzonderingen (tcuef0105m000) geeft aan of de routing wordt gebruikt voor een specifieke effectivity unit.

  • Indien het selectievakje Standaardconfiguratie is ingeschakeld en het selectievakje Geldig is uitgeschakeld voor een uitzondering die aan de routing is gekoppeld, wordt die routing overgeslagen bij een specifieke effectivity unit of behoefte.
  • Indien het selectievakje Standaardconfiguratie is uitgeschakeld en het selectievakje Geldig is ingeschakeld voor een uitzondering die aan de routing is gekoppeld, wordt die routing toegevoegd voor een specifieke effectivity unit of behoefte.
NB

Als er aan de routing uitzonderingen zijn gekoppeld, terwijl u die uitzonderingen niet wilt gebruiken voor bijv. de verkoop van reserveonderdelen of voor een eindproduct dat niet unit effective is, kunt u het selectievakje uitschakelen.