Materialenlijst jobshop (tibom3110m000)

Deze sessie kunt u gebruiken om weer te geven waar de opgegeven materialen in de jobshop-lijst worden gebruikt tijdens de productie.

NB

Als u deze sessie wilt gebruiken, moet de parameter Jobshop per vestiging in de sessie Conceptactivering (tcemm4600m000) zijn ingesteld op Actief of In voorbereiding.

Vestiging

De ID van de vestiging.

Product

De ID van het product.

Stuklijst

De ID van de stuklijst waarvoor de materialenlijst wordt weergegeven.

Stuklijsthoeveelheid

Het aantal maakartikelen waarop een stuklijst van toepassing is. De stuklijsthoeveelheid stelt u in staat zeer kleine producthoeveelheden in de stuklijst op te nemen.

Voorbeeld

Om 1 liter verf met een speciale kleur (katoenwit) te produceren, moet u bepaalde kleurstoffen toevoegen. De hoeveelheden daarvan zijn echter bijzonder klein. Daarom voert u een stuklijsthoeveelheid in van 1000 liter. De hoeveelheden zijn dan als volgt:

Verf katoenwit, 1000 liter:
Wit 999 liter
Geel 0,6 liter
Rood 0,2 liter
Blauw 0,2 liter
Revisie

De revisie van de stuklijst.

Positie

Het nummer van de jobshop-stuklijstregel.

Artikel

De ID van het materiaal.

Magazijn

De ID van het magazijn.

Partijselectie

Dit veld is van toepassing op partijgestuurde artikelen. De waarde Willekeurige Zelfde of Specifieke heeft betrekking op de speciale condities voor de levering van partijgestuurde artikelen op orderregels. Deze waarden bepalen ook op welke wijze partijnummers worden toegekend.

Nettohoeveelheid

De hoeveelheid van een component of materiaal die theoretisch nodig is om een bepaalde hoeveelheid van een product te maken.

Dit is de nettohoeveelheid, omdat er wellicht meer hoeveelheid nodig is om het verlies aan materiaal of product tijdens het productieproces te compenseren.

Percentage afval

Het verwachte relatieve materiaalverlies, bijvoorbeeld wegens defecte componenten. De brutohoeveelheid moet worden verhoogd om deze materiaalverliezen te compenseren.

Hoeveelheid afval

De verwachte afval hoeveelheid tijdens de productie, onafhankelijk van de orderhoeveelheid. Dit wordt gebruikt om vast te leggen hoeveel materiaal telkens verloren gaat tijdens het starten van de productie, bijvoorbeeld om het materieel te testen.

Lengte

Met dit veld kunt u de nettohoeveelheid berekenen als de voorraadeenheid een Lengte of een oppervlakte-eenheid is. In het geval van een oppervlakte-eenheid wordt dit veld gebruikt in combinatie met een Breedte.

De velden Lengte Breedte, Maateenheid en Aantal eenheden zijn alleen van toepassing als het materiaal een lengte of een oppervlakte-eenheid heeft, zoals meter en vierkante meter. De voorraadeenheid wordt gedefinieerd in de sessie Artikelen (tcibd0501m000).

Breedte

Met dit veld kunt u de nettohoeveelheid berekenen als de voorraadeenheid een Breedte of een oppervlakte-eenheid is. In het geval van een oppervlakte-eenheid wordt dit veld gebruikt in combinatie met een Lengte.

De velden Lengte Breedte, Maateenheid en Aantal eenheden zijn alleen van toepassing als het materiaal een lengte of een oppervlakte-eenheid heeft, zoals meter en vierkante meter. De voorraadeenheid wordt gedefinieerd in de sessie Artikelen (tcibd0501m000).

Maateenheid

De maateenheid voor de velden Lengte en Breedte.

Aantal eenheden

Het aantal keren dat de benodigde hoeveelheid van het materiaal (opgegeven op het veld Lengte en/of het veld Breedte) in het product voorkomt.

Bewerking

De ID van de bewerking waarvoor het materiaal wordt gebruikt.

Er zijn materiaal/routing-relaties aanwezig

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, zijn er materiaal/routing-relaties aanwezig voor de jobshop-stuklijstcomponent.

Phantom

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, is het materiaal of de component een phantom.

Vervangt artikel

Het materiaal uit de vorige stuklijstrevisie, dat nu een op te gebruiken materiaal is. Zolang het op te gebruiken materiaal aanwezig is in de voorraad, wordt dit gebruikt in plaats van het opgegeven materiaal op het veld Artikel.

Alternatieven zijn aanwezig

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, zijn er alternatieve materialen gekoppeld aan de jobshop-stuklijstregel.

Meerdere alternatieven toestaan

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, kan LN de nettohoeveelheid van het materiaal over meerdere artikelen verdelen. Zo kan de nettohoeveelheid worden verdeeld over het op te gebruiken materiaal en het standaardmateriaal, of over het standaardmateriaal en een of meer alternatieve materialen. Indien dit selectievakje is uitgeschakeld, geeft LN slechts één artikel af voor de stuklijstregel ten behoeve van één productieorder.

Voor voorbeelden, zie Zoeken naar alternatieve materialen.

Op orderdocument afdrukken

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, wordt de jobshop-stuklijstcomponent afgedrukt op het orderdocument.

Standaardconfiguratie

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, maakt de jobshop-stuklijstregel deel uit van de standaardconfiguratie van het product.

NB

Als unit-effectivity wordt gebruikt, vertegenwoordigt eenheid 0 de standaardconfiguratie.

Uitzonderingen aanwezig

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, zijn aan deze jobshop-stuklijstregel uitzonderingen gekoppeld. Uitzonderingen maken deel uit van het concept unit-effectivity.

Reference designator is aanwezig

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, zijn er reference designators voor het artikel aanwezig.

Materiaal gereedmelden

Geef aan hoe materiaalgebruik wordt gemeld:

Toegestane waarden

  • Backflushen

    Dit is een automatische berekening op basis van gerapporteerde hoeveelheden.
  • Handmatig

    Gereedmelden vindt plaats door een medewerker met behulp van de sessie Werklijst machines (tisfc4600m000).
  • Niet gedefinieerd

    Dit geldt voor het converteren van stuklijsten. Gereedmelden is gebaseerd op de parameterwaarden Backflushen in de sessie Artikel - productie (tiipd0101m000).
Doorlooptijd-offset gebruiken

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, kunt u de doorlooptijd-offset opgeven.

Offset materialen

De doorlooptijd-offset In LN wordt de doorlooptijd-offset in CTP-berekeningen gebruikt (CTP: Capable-To-Promise). De datum waarop een component beschikbaar moet zijn, wordt bepaald door de doorlooptijd-offset af te trekken van de behoeftedatum van het eindproduct.

NB

U kunt de doorlooptijd-offset alleen invoeren indien het selectievakje Doorlooptijd-offset gebruiken is ingeschakeld.

Eenheid offset materialen

Selecteer Uren of Dagen als de tijdseenheid waarin u de doorlooptijd-offset wilt uitdrukken.

Geleverd door subcontractor

Als u een of meer bewerkingen uitbesteedt, kunt u aangeven of het te gebruiken materiaal voor het uitbestede artikel naar de toeleverancier moet worden verzonden.

Vraagpeg overerven

Als een productieorder vanuit Enterprise Planning wordt overgezet naar Jobshopbeheer, kan de order een vraagpeg hebben.

NB

Een specificatie wordt voor de peg gegenereerd.

U kunt dit veld gebruiken om vast te stellen of het materiaal ook deze vraag-peg moet hebben.

Door klant verstrekt materiaal

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, gaat het om een door klant verstrekt materiaal

NB

Dit veld is alleen zichtbaar wanneer de parameter Door klant verstrekte materialen is geselecteerd in de sessie Geïmplementeerde software-componenten (tccom0100s000).

Bevat door klant verstrekt materiaal

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, is het eindproduct een artikel dat is opgebouwd met behulp van één of meer door de klant verstrekte materialen.

Percentage benodigd

Het percentage grondstof dat beschikbaar moet zijn om met de bewerking te kunnen beginnen.

Magazijn overerven indien product als phantom wordt gebruikt

Bepaalt aan welk magazijn LN de behoeften voor deze component toewijst en vanuit welk magazijn de component wordt afgegeven als het een phantom betreft.

Tekst

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, is er tekst over het materiaal aanwezig.