Inspectieprotocol assemblage (tiapl1120m000)
Deze sessie kunt u gebruiken om meerdere procesvariabelen te muteren voor een specifieke Bewerking en een specifiek lijnstation. U kunt de waarden van de procesvariabele definiƫren, zoals de doelwaarde, de ondergrens en de bovengrens. Met behulp van het inspectieprotocol kunt u de kwaliteit van het productieproces inspecteren en de resultaten registreren.
- Bewerking
-
De code van de bewerking die aan het lijnstation is gekoppeld.
- Lijnstation
-
De code van het lijnstation waar de bewerking wordt uitgevoerd.
- Omschrijving
-
De omschrijving van het lijnstation.
- Volgnummer
-
Een nummer dat specificaties aanduidt die zijn gedefinieerd voor dezelfde combinatie van lijnstation en bewerking.
- Artikel
-
De code van het te assembleren artikel.
- Omschrijving
-
De omschrijving van het assemblageartikel.
- Procesvariabele
-
De code van de procesvariabele.
- Omschrijving
-
De omschrijving van de procesvariabele.
- Norm
-
De doelwaarde van de procesvariabele.
- Eenheid
-
De eenheid waarin de waarde van de procesvariabele wordt gemeten.
- Omschrijving inspectie
-
De omschrijving van de inspectiemethode.
- Soort grens
-
Selecteer hoe de maatafwijking wordt uitgedrukt.
NB- Als Absoluut is geselecteerd, moet u de boven- en ondergrens opgeven. Daarmee worden de over- en onderschrijdingstoleranties berekend.
- Als Percentage is geselecteerd, moet u de over- en onderschrijdingstolerantie opgeven. Daarmee worden de boven- en ondergrenzen berekend.
Toegestane waarden
- Absoluut
-
De onder- en bovengrens van de afwijking ten opzichte van de doelwaarde wordt uitgedrukt in een absolute waarde.
-
Grens
Als de bovengrens wordt uitgedrukt in een absolute waarde, is dit de waarde waarmee de doelwaarde van de procesvariabele maximaal mag worden overschreden.
Als de norm bijvoorbeeld 30 is en de bovengrens is 33, wordt op dit veld 33 weergegeven.
-
Percentage
-
- Percentage
-
De onder- en bovengrens van de afwijking ten opzichte van de doelwaarde wordt bepaald door een percentage.
-
Grens
Als de bovengrens wordt uitgedrukt in een percentage, is dit het percentage waarmee de doelwaarde van de procesvariabele maximaal mag worden overschreden.
Als de norm bijvoorbeeld 30 is en de bovengrens is 33, wordt op dit veld 10% weergegeven.
-
Percentage
Als de ondergrens wordt uitgedrukt in een percentage, is dit het percentage waarmee de invoerwaarde van de procesvariabele lager mag zijn dan de norm.
Als de norm bijvoorbeeld 30 is en de ondergrens is 27, toetst u op dit veld 10% in.
-
- Ondergrens
-
De ondergrens van de procesvariabele als een absolute waarde.
- Bovengrens
-
De bovengrens van de procesvariabele als een absolute waarde.
- Ondermarge
-
De ondergrens van de procesvariabele als een percentage.
- Bovenmarge
-
De bovengrens van de procesvariabele als een percentage.
- Registratiesoort
-
De registratiesoort geeft aan of de resultaten (metingen) moeten worden opgeslagen.
Toegestane waarden
- Optionele registratie
-
De registratie van de meetwaarden is optioneel.
- Verplichte registratie
-
De registratie van de meetwaarden is verplicht.
- Alleen instructie
-
Default wordt de registratiesoort op deze optie gezet, bijvoorbeeld wanneer de productieorders zijn gemigreerd uit eerdere functiepakketten.