Seriedragende artikelen in Productie

Serienummers kunt u gebruiken voor het tracken en traceren van de artikelen op voorraad, productieorders, inkooporders, verkooporders, service, enzovoort. U kunt bijvoorbeeld bepalen tot welke productieorder een bepaald eindproduct behoort, welke componenten zijn gebruikt en waaruit de componenten afkomstig zijn.

Instellen van seriedragende artikelen

Indien u in LN gebruik wilt maken van serienummers, moet u eerst de gegevens instellen. Voor meer informatie, zie Seriedragende artikelen instellen.

Voor het gebruik van serienummers in Productie, moet u een aantal parameters in de sessie Parameters productieorders (tisfc0100s000) instellen:

  • Serienummers genereren
  • Alleen seriedrag. en partijgestuurde art. in as-built componenten
  • Beheer as-built status.

As-built structuur

De as-built structuur is een belangrijk concept voor seriedragende (eind)producten in Productie. De as-built structuur weerspiegelt de configuratie van een product. Hierbij zijn twee begrippen belangrijk:

  • As-built kopregels

    De as-built kopregel bevat de afzonderlijke seriedragende eindproducten voor een bepaalde productie- of assemblageorder.
  • As-built component

    Vanuit de as-built kopregel van een bepaald seriedragend artikel kunt u zoomen naar de as-built componenten, dat wil zeggen de componenten die in de configuratie worden gebruikt. De componenten kunnen seriedragend of niet-seriedragend zijn. Afhankelijk van de instelling van het veld Alleen seriedrag. en partijgestuurde art. in as-built componenten in de sessie Parameters productieorders (tisfc0100s000), kunnen alle componenten of alleen de seriedragende en partijgestuurde componenten worden weergegeven.

U kunt de as-built structuur en de serienummers in de structuur voor verschillende doeleinden gebruiken:

  • Voor informatie over de manier waarop het product is geassembleerd en welke componenten zijn gebruikt. Indien u de serienummers alleen wilt gebruiken om informatie over de configuratie op te vragen, kunt u het selectievakje Tracking serienummers in de detailsessie Artikel - magazijnbeheer (whwmd4600m000) desgewenst uitschakelen. In dat geval worden de gegevens niet opgeslagen voor tracking en tracering.
  • Als basis voor een productstructuur (fysieke specificatie), die u in Service kunt gebruiken voor service- en mutatiedoeleinden. Zie voor meer informatieEen fysieke specificatie aanmaken op basis van een as-built structuur en Fysieke specificaties muteren. Voor servicemedewerkers kan het handig zijn om anonieme artikelen weer te geven in de as-built structuur. In dat geval moet u het selectievakje Alleen seriedrag. en partijgestuurde art. in as-built componenten in de sessie Parameters productieorders (tisfc0100s000) uitschakelen.
  • Voor het bijwerken van trackingsessies in Magazijnbeheer, zodat u de seriedragende artikelen die u in productie hebt gebruikt, kunt tracken en traceren naar inkooporders, verkooporders, enzovoort. U moet het selectievakje Tracking serienummers in de detailsessie Artikel - magazijnbeheer (whwmd4600m000) inschakelen om serienummers voor tracking-doeleinden te kunnen gebruiken.

Serienummers

Medewerkers in de jobshop voeren de serienummers meestal in de as-built structuur in. De nummers kunnen worden ingevoerd door streepjescodes te typen of te scannen. U kunt de serienummers voor eindproducten ook genereren in de as-built kopregel. In dat geval moet u een masker definiëren. Op welk moment serienummers in de kopregel worden gegenereerd, hangt af van de instelling van het veld Serienummers genereren in de sessie Parameters productieorders (tisfc0100s000). Deze parameter is belangrijk omdat u hiermee zelf kunt bepalen op welk moment in het productieproces serienummers kunnen worden toegekend aan de artikelen in een productieorder.

U kunt de as-built kop opvragen en muteren in de sessie Seriedragend eindproduct - as-built kopregels (timfc0110m000) en de as-built componenten in de sessie Seriedr. eindproduct - as-built componenten (timfc0111m000). Zie As-built kopregels en as-built componenten muteren voor meer informatie.

Maskers voor seriedragende artikelen

Als u serienummers wilt genereren, moet u maskers gebruiken. U kunt maskers definiëren op de volgende niveaus:

  • Artikel - vestiging

    U kunt een masker voor een artikel en vestiging vastleggen in de sessie Masker per artikel/artikelgroep/vestiging (tcibd4505m100).
  • Artikelgroep - vestiging

    U kunt een masker voor een artikelgroep en vestiging vastleggen in de sessie Masker per artikel/artikelgroep/vestiging (tcibd4505m100).
  • Artikel

    U kunt een masker voor een artikel vastleggen in de sessie Masker per artikel/artikelgroep/vestiging (tcibd4505m100)of, als de meerdere vestigingen-concepten inactief zijn, in de sessie Masker per artikel/artikelgroep (tcibd4505m000).
  • Artikelgroep

    U kunt een masker voor een artikelgroep vastleggen in de sessie Masker per artikel/artikelgroep/vestiging (tcibd4505m100)of, als de meerdere vestigingen-concepten inactief zijn, in de sessie Masker per artikel/artikelgroep (tcibd4505m000).
  • Bedrijfsniveau

    U kunt een masker voor een bedrijf vastleggen in de sessie Parameters basisgegevens artikelen (tcibd9199m000).

Bij het genereren van serienummers zoekt LN in deze volgorde naar een masker:

  1. Artikel per vestiging
  2. Artikelgroep per vestiging
  3. Artikel
  4. Artikelgroep
  5. Bedrijf

Als er geen masker is gedefinieerd, wordt er geen as-built structuur gegenereerd en moet u serienummers handmatig opgeven, bijvoorbeeld door deze te typen of te scannen. Zonder masker is de parameter Serienummers genereren in de sessie Parameters productieorders (tisfc0100s000) niet meer van toepassing.

Zie ook Een masker definiëren.

Serienummers gebruiken tijdens het productieorderproces

De verwerking van serienummers maakt in Productie deel uit van het productieorderproces. Het veld Beheer as-built status in de sessie Parameters productieorders (tisfc0100s000) bepaalt hoe in Productie wordt omgegaan met seriedragende artikelen:

  • Automatisch Als het veld Beheer as-built status op Automatisch staat en er acties op de productieorder worden uitgevoerd, wordt de status van het seriedragende eindproduct gewijzigd. Als bijvoorbeeld een aantal artikelen van een productieorder gereed wordt gemeld of afgekeurd, wordt de status van die artikelen in de as-built kop automatisch gewijzigd in Handmatig.
  • Handmatig

    Als het veld Beheer as-built status op Handmatig staat, moet u eerst de status van de artikelen in de as-built kop bijwerken om de artikelen van de laatste bewerking van een productieorder of de productieorder zelf te kunnen melden als gereed of afgekeurd. Als u bijvoorbeeld twee seriedragende artikelen gereed hebt gemeld en een ander artikel hebt afgekeurd, moet u eerst de status van de twee artikelen in de as-built kop wijzigen in Toegekend. Daarna kunt deze hoeveelheden pas gereedmelden en afkeuren op de productieorder.

Zie voor meer informatieWerken met seriedragende artikelen in Productie.

Als u seriedragende artikelen zo gedetailleerd mogelijk wilt afhandelen, gebruikt u de sessie Productiemagazijnorders (timfc0101m000). Deze sessie is vooral handig voor het afgeven, terugsturen en annuleren van seriedragende componenten voor een specifiek eindproduct.