FASB 52-valutaomrekening

FASB 52 is een richtlijn voor valutaomrekening die is opgesteld door de FASB (Financial Accounting Standards Board).

U kunt FASB 52-valutaomrekening uitvoeren voor een bepaald koerstype en een bepaalde grootboekrekening. Voor het koppelen van koerstypen aan grootboekrekeningen moet u omrekeningscorrectieschema's definiëren.

Werken met omrekeningscorrectieschema's

U kunt één omrekeningscorrectieschema gebruiken, maar het is ook mogelijk om twee omrekeningscorrectieschema's na elkaar te gebruiken:

Valuta 1 -> [omrekeningscorrectieschema A] -> valuta 2 ->[omrekeningscorrectieschema B] -> valuta 3

LN haalt de valutakoersen op uit de sessie Valutakoersen (tcmcs0108m000).

Als u echter twee omrekeningscorrectieschema's gebruikt, moet u de valutakoersen voor de koerstypen van het tweede omrekeningscorrectieschema definiëren in de sessie Extra valutakoersen (tfgld5106m000).

Als u werkt met een dependent valutasysteem EN de valutabasis (invoervaluta) de referentievaluta is, moet u in de sessie ook de valutakoersen voor de koerstypen van het eersteExtra valutakoersen (tfgld5106m000) omrekeningscorrectieschema definiëren.

NB:Als u werkt met een onafhankelijk valutasysteem, mag de invoervaluta niet overeenkomen met een van de volgende valuta's:

  • Lokale valuta
  • Rapporteringsvaluta 1
  • Rapporteringsvaluta 2

De berekende correctiebedragen worden opgeslagen in de gedefinieerde grootboekrekening.

NB

Het saldobedrag van alle winst- en verliesrekeningen wordt geboekt op basis van de parameters die in de sessie Parameters financieel bedrijf (tfgld0503m000) zijn ingesteld.

Afhankelijk van de salderingsmethode wordt het saldobedrag op een of meer rekeningen geboekt. Er worden geen mutaties geboekt in periode nul. Dit is het beginsaldo.

Voorbeeld

Voor een FASB 52-valutaomrekening zijn mogelijk de volgende berekeningen vereist:

  Invoervaluta Uitvoervaluta
Omrekeningscorrectieschema A Lokale valuta Functionele valuta
Omrekeningscorrectieschema B Functionele valuta Valuta voor FASB-rapportage

waarbij het volgende geldt:

Invoer-/uitvoervaluta = de bron- en doelvaluta.

Lokale valuta = bijvoorbeeld de lokale valuta van de dochteronderneming.

Functionele valuta = de meest gebruikte valuta in de organisatie. Als bijvoorbeeld 70% van uw verkopen in EUR wordt uitgedrukt, is dat de functionele valuta.

Valuta voor FASB-rapportage = een van de eigen valuta's van het moederbedrijf, bijvoorbeeld USD.