Veelgebruikte rekeningen voor het afletteren van rekeningen

  • Overige debiteuren- en crediteurenrekeningen

    Op deze rekening worden debet en credit bijgehouden die niet direct gekoppeld zijn aan het normale bedrijfsproces. Hierop worden bijvoorbeeld toegewezen kosten geregistreerd voor restitutie waarbij de boeking onzeker is op het moment van vastlegging. Dit record wordt ook gebruikt voor het registreren van inkopen voor derde partijen die niet naar de winst- en verliesrekening mogen worden geboekt.
  • Voorlopige rekeningen

    Een rekening waarop bewerkingen worden bijgehouden die niet definitief op een rekening kunnen worden geboekt. Deze rekeningen mogen echter niet voorkomen op de balans. Bijvoorbeeld: in het geval van een bankafstemming, waarbij het saldo van de rekening van het bedrijf in overeenstemming wordt gebracht met dat van de bank, worden niet-gespecificeerde mutaties (zoals betalingen door debiteuren) op bankafschriften geboekt naar een voorlopige rekening.
  • Rekeningen voor interne overboekingen

    Dit type tussenrekening wordt gebruikt voor praktische en gecontroleerde boekhoudkundige bewerkingen, zoals het overboeken van contant geld naar een bankrekening. Daarnaast worden dergelijke rekeningen gebruikt voor bewerkingen met verschillende journalen. Interne rekeningen mogen niet op de balans voorkomen.
  • Rekeningen voor verkopen tussen bedrijfseenheden

    Op deze rekeningen worden geleverde goederen en diensten gedebiteerd en ontvangen goederen en diensten gecrediteerd. De rekeningen van verschillende vestigingen van een bedrijf moeten salderen en mogen niet voorkomen op de balans.
  • Rekening voorschotten voor medewerkers

    Met behulp van deze rekening worden debetvoorschotten bijgehouden en vindt creditering plaats op de salarissen waarvan de voorschotten moeten worden afgetrokken.
  • Groepsrekeningen

    Op deze rekeningen worden tijdelijke voorschotten binnen bedrijven in dezelfde groep geboekt.

Voor bepaalde tussenrekeningen genereert LN automatisch de mutatiereferentie zodra de mutatie wordt aangemaakt. De mutatiereferentie kan bijvoorbeeld bestaan uit de herkomst van de mutatie en het ordernummer.

NB

Hoewel u grootboekmutaties kunt afletteren voor rekeningen die voor integratiemutaties worden gebruikt, wordt u geadviseerd het afstemmingsproces te gebruiken.