Detailgegevens vrijgaveregels verkoop (tdsls3515m000)
Deze sessie kunt u gebruiken om detailgegevens van verkoopvrijgaveregels op te vragen, in te voeren en te muteren.
Detailgegevens van verkoopvrijgaveregels bevatten voornamelijk informatie over hoeveelheden.
- In deze sessie worden alleen detailgegevens voor vrijgaveregels weergegeven waarvoor Vrijgavesoort is ingesteld op Materiaalvrijgave of Verzendschema.
- Detailgegevens van verkoopvrijgaveregels verwijzen naar een verkoopafroepschemaregel.
- Deze sessie wordt bijgewerkt wanneer de detailgegevens van de vrijgaveregel worden verwerkt tot een verkoopafroepschemaregel.
- Als Status op Verwerkt staat, kunt u de detailgegevens van de verkoopvrijgaveregel niet meer bijwerken.
- Vrijgavenummer
-
Identificeert met één vrijgavenummer de verkoopafroepschema's die de volgende kenmerken delen:
- Verkopen-aan relatie
- Verzenden-aan relatie
- Verzenden-aan adres
- Vrijgavesoort (materiaalvrijgave, verzendschema, verzendvolgordeschema, ophaalbon).
- Op verzending of ontvangst gebaseerd schema
- Qualifier afroepschemahoeveelheid
- Begin en eind prognosehorizon
- Herkomst verkoopvrijgave
- Vrijgave klant
- (Klantorder)
- Referentie klantcontract
- Revisie
-
Een nummer waarmee de revisie van de vrijgave voor verkoop wordt geïdentificeerd. De verkoopvrijgaverevisie identificeert de bijgewerkte gegevens die naar de relatie zijn verzonden.
- Vrijgavepositie
-
Het nummer dat de verkoopvrijgaveregel identificeert.
- Volgnummer
-
Het nummer dat de detailgegevens van de verkoopvrijgaveregel identificeert.
NBEr wordt een vaste stapgrootte van 1 toegepast.
- Vrijgavesoort
-
Een classificatie die wordt gebruikt om de soort op te geven van de vrijgave op basis waarvan afroepschemabehoeften kunnen worden gegroepeerd en EDI-berichten kunnen worden gegenereerd. Deze berichten worden aangegeven door het gebruikte afroepschema.
Toegestane waarden
- Materiaalvrijgave
- Verzendschema
- Verzendvolgordeschema
- Ophaalbon
- Artikelgegevens
-
De grondstoffen, halffabricaten, eindproducten en gereedschappen die kunnen worden ingekocht, opgeslagen, geproduceerd en verkocht.
Een artikel kan ook voor een set artikelen staan die als één kit worden verwerkt, of die aanwezig zijn in meerdere productvarianten.
U kunt ook niet-fysieke artikelen definiëren. Dit zijn artikelen die niet aanwezig zijn in de voorraad, maar die gebruikt kunnen worden om kosten te boeken of om diensten te factureren aan klanten. Dit zijn voorbeelden van niet-fysieke artikelen:
- Kostenartikelen (bijvoorbeeld elektriciteit)
- Serviceartikelen
- Onderaannemingsdiensten
- Lijstartikelen (menu's/opties)
- Klantartikel
-
De artikelcode van de klant.
In de sessie Artikelcoderingssysteem - artikelen (tcibd0104m000) kunt u externe en interne artikelcodes opgeven.
- Revisie klantartikel
-
De revisie van de artikelcode van de klant.
In de sessie Artikel relatie - revisies (tcibd0114m000) kunt u revisies voor artikelcodes van klanten opgeven.
- Hoeveelheid
-
De hoeveelheid van het artikel die voor de verkoopafroepschemaregel nodig is.
- Verkoopeenheid
-
De eenheid waarin een artikel wordt verkocht.
- Partij
-
De partijcode die van toepassing is voor de aangegeven behoefte.
- Constructierevisie
-
De revisie code van een revisiegestuurd artikel.
- Lengte
-
Als de grootheid van de verkoopeenheid Lengte, Oppervlakte (m2) of Volume is, wordt op dit veld de lengte van het artikel weergegeven. U definieert de grootheid op het veld Grootheid van de sessie Eenheden (tcmcs0101m000).
- Breedte
-
Als de grootheid van de verkoopeenheid Lengte, Oppervlakte (m2) of Volume is, wordt op dit veld de breedte van het artikel weergegeven. U definieert de grootheid op het veld Grootheid van de sessie Eenheden (tcmcs0101m000).
- Hoogte
-
Als de grootheid van de verkoopeenheid Lengte, Oppervlakte (m2) of Volume is, wordt op dit veld de hoogte van het artikel weergegeven. U definieert de grootheid op het veld Grootheid van de sessie Eenheden (tcmcs0101m000).
- Geplande ontvangstdatum
-
De datum waarop de goederen naar verwachting aankomen in het bestemmingsmagazijn.
Als het verkoopafroepschema:
- Gebaseerd op verzendmoment is, moet uw relatie de artikelen bij uw magazijn ophalen. Hierdoor is de Geplande ontvangstdatum gelijk aan de Startdatum.
-
Op ontvangstniveau is, moet u de artikelen bij het magazijn van uw relatie afleveren. Op basis van de Geplande ontvangstdatum, berekent LN als volgt de default Startdatum en Einddatum:
- Haalt het adres van het Magazijn op.
- Haalt het Verzenden-aan adres op uit de sessie Overzicht vrijgaven verkoop (tdsls3512m000).
- Berekent de transporttijd tussen deze twee adressen.
- Bepaalt de Startdatum door vanaf de Geplande ontvangstdatum met de transporttijd terug te plannen.
- Bepaalt de Einddatum door vanaf de Startdatum met de Tijdseenheid vooruit te plannen.
- Startdatum
-
De startdatum en aanvangstijd van de verkoopafroepschemaregel. De startdatum is de eerste datum van de periode waarvoor de verkoopafroepschemaregel van toepassing is.
De volgende beperkingen zijn van toepassing op de startdatum van de verkoopafroepschemaregel.
- De startdatum mag niet vóór de Genereerdatum van het verkoopafroepschema liggen.
- De startdatum mag niet vóór de einddatum van de vorige verkoopafroepschemaregel van hetzelfde verkoopafroepschema liggen. Dit mag alleen als het bij de verkoopafroepschemaregel een behoefte van het type Onmiddellijk betreft.
- Als het verkoopafroepschema is gekoppeld aan een verkoopcontract, kan de startdatum van de verkoopafroepschemaregel niet vóór de Ingangsdatum van het verkoopcontract liggen.
- De verkopen-aan relatie en de verzenden-aan relatie moeten actief zijn op de startdatum.
De startdatum van de verkoopafroepschemaregel is ook de datum waarop de benodigde artikelen gereed moeten zijn om te worden verzonden. Als het verkoopafroepschema:
- Gebaseerd op verzendmoment is, moet uw relatie de artikelen bij uw magazijn ophalen. Hierdoor is de Geplande ontvangstdatum gelijk aan de Startdatum.
- Op ontvangstniveau is, moet u de artikelen bij het magazijn van uw relatie afleveren. In dat geval berekent LN de default Startdatum op basis van de Geplande ontvangstdatum.
- Tijdseenheid
-
De hoeveelheid tijd die de Einddatum later is dan de Startdatum.
Tijdseenheid
-
Uren
De einddatum is één uur later dan de startdatum. -
Dagen
De einddatum is één dag later dan de startdatum. -
Weken
De einddatum is één week later dan de startdatum. -
Maanden
De einddatum is één maand later dan de startdatum. -
Vier weken
De einddatum is vier weken later dan de startdatum. -
Niet van toepassing
De einddatum is gelijk aan de startdatum.
-
- Einddatum
-
De einddatum en eindtijd van de verkoopafroepschemaregel. De einddatum is de laatste datum van de periode waarvoor de verkoopafroepschemaregel van toepassing is. Als de Einddatum en de Startdatum niet gelijk zijn, wordt de behoefte geaggregeerd.
- Laatste leverdatum
-
De laatste datum waarop u goederen voor de verkoopafroepschemaregel hebt verzonden.
- Tekst
-
Als dit selectievakje is ingeschakeld, is er tekst aanwezig.
- Verzenden-aan relatie
-
De verzenden-aan relatie waarnaar u de goederen gaat verzenden.
- Verzenden-aan adres
-
Het adres van de verzenden-aan relatie.
- Magazijn
-
Het magazijn van waaruit de goederen worden verzonden.
- Doklocatie
-
Het lijnstation van de relatie waar de artikelen moeten worden afgeleverd.
- Leveringspunt
-
Het leveringspunt van de relatie waarop de artikelen moeten worden afgeleverd.
- Referentie
-
De referentie die u hebt ontvangen van uw relatie.
NBDe referentie wordt alleen opgegeven als het verkoopafroepschema een schema met referentie is.
- Zendingreferentie
-
Een referentie die is doorgegeven door de klant en die de zending identificeert, zoals een transportnummer of een zendingsnummer van de klant. Als u ophaalbonnen gebruikt, wordt dit nummer gebruikt om de ophaalbon te identificeren waaraan de verkoopafroepschemaregel is gekoppeld.
Deze referentie wordt gebruikt als een algemene referentie in deze sessie.
- Verpakkingsreferentie A
-
Een criterium voor het opbouwen van pakketten, die naar de distributiezone of routingcode verwijst.
- Verpakkingsreferentie B
-
Een criterium voor het opbouwen van pakketten, die naar het verbruikspunt of het punt van bestemming verwijst.
- Tussenliggende ontvanger
-
Een distributiecentrum waar goederen die door de leverancier zijn verzonden, worden geconsolideerd en vaak opnieuw worden verpakt voordat ze worden verzonden naar de eindbestemming bij de klant. Bij een tussenontvanger is sprake van eigendom van de klant of van een vervoerder die optreedt namens de klant.
- Adres
-
Het adres van de tussenontvanger.
- Vrijg.nr v. klant
-
Het vrijgavenummer van de relatie. Dit nummer kan als referentie worden gebruikt.
Default waarde
De default waarde voor dit veld wordt opgehaald uit de sessie Vrijgaveregels verkoop (tdsls3508m000).
- Vrijgaverevisie klant
-
Het revisienummer dat de relatie gebruikt voor de vrijgave. Dit nummer kan als referentie worden gebruikt.
Default waarde
De default waarde voor dit veld wordt opgehaald uit de sessie Vrijgaveregels verkoop (tdsls3508m000).
- Vrijgavepositie klant
-
Het nummer dat de relatie gebruikt voor de vrijgaveregel. Dit nummer kan als referentie worden gebruikt.
Default waarde
De default waarde voor dit veld wordt opgehaald uit de sessie Vrijgaveregels verkoop (tdsls3508m000).
- Detailgegevens vrijgavepositie klant
-
Het nummer dat de relatie gebruikt voor de detailgegevens van de vrijgaveregel. Dit nummer kan als referentie worden gebruikt.
- Afroepschemanummer klant
-
Het afroepschemanummer van de relatie. Dit veld wordt alleen als referentie gebruikt.
- Positie afroepschema klant
-
Het afroepschemaregelnummer van de relatie. Dit veld wordt alleen als referentie gebruikt.
- Soort behoefte klant
-
De behoeftesoort voor de verkoopafroepschemaregel.
Toegestane waarden
- Hard
-
harde behoefte
- Onmiddellijk
-
onmiddelijke behoefte
- Gepland
-
geplande behoefte
- Status
-
De status van de detailgegevens van de verkoopvrijgaveregel.
Toegestane waarden
- Aangemaakt
-
De verkoopvrijgave of de verkoopvrijgaveregel is aangemaakt.
- Verwerking in uitvoering
-
De verkoopvrijgave bevat vrijgaveregels die zijn verwerkt en regels die nog niet zijn verwerkt tot een verkoopafroepschema(regel).
- Verwerkt
-
De verkoopvrijgave bevat vrijgaveregels die allemaal zijn verwerkt tot een verkoopafroepschema(regel).
De verkoopvrijgaveregel bevat detailgegevens die allemaal zijn verwerkt tot verkoopafroepschemaregels.
- [unused]
-
De verkoopvrijgaveregel kon niet worden verwerkt tot een verkoopafroepschema(regel) omdat de huidige vrijgaverevisie is vervangen door een nieuwere vrijgaverevisie. Er is een fout opgetreden tijdens het verwerken omdat de vrijgaverevisie niet meer geldig is.
Als alle regels van een verkoopvrijgave buiten werking zijn gesteld, wordt de status van de verkoopvrijgave ook ingesteld op [unused].
- Uitzondering
-
De verkoopvrijgaveregel kan niet worden verwerkt tot een verkoopafroepschema(regel). Er is een fout opgetreden bij de verwerking.
- Afroepschema
-
Het verkoopafroepschema waarnaar de verkoopvrijgaveregel verwijst.
- Revisie afroepschema
-
Een nummer waarmee de revisie van het verkoopafroepschema wordt geïdentificeerd. Het revisienummer van een verkoopafroepschema geeft de updates aan die door uw relatie zijn verstuurd.
- Positie afroepschema
-
De verkoopafroepschemaregel waarnaar de detailgegevens van de verkoopvrijgaveregel verwijzen. Een verkoopafroepschemaregel identificeert elke behoefte voor een artikel dat op een bepaalde datum en tijd aan een relatie moet worden geleverd.
- Prijs
-
De verkoopprijs van het artikel, uitgedrukt in de valuta die wordt weergegeven in het veld Valuta.
- Valuta
-
De valuta waarin de bedragen in het verkoopafroepschema worden uitgedrukt.
- /
-
De eenheid waarop de verkoop- of inkoopprijs van toepassing is.
- Vrijgesteld
-
Indien dit selectievakje is ingeschakeld, is belastingvrijstelling van toepassing.
NBHet volgende gebeurt als de parameter Niveau belastingvrijstelling in de sessie Parameters belasting (tctax0100m000) op de genoemde waarden staat.
- Als de parameter op Beperkt staat en u dit selectievakje handmatig inschakelt, wordt de default waarde voor Belasting opgehaald uit het veld Verkoop (vrijgesteld) van de sessie Belastingafhandeling (tctax0138m000). Als u dit selectievakje handmatig uitschakelt, wordt de belastingcode niet gewijzigd.
- Als de parameter op Uitgebreid staat en u dit selectievakje handmatig inschakelt, wordt de Belasting niet gewijzigd. Als u dit selectievakje handmatig uitschakelt, worden de velden Reden vrijstelling en Vrijstellingscertificaat gewist en uitgeschakeld.
- Belastingland
-
Het land dat wordt gebruikt voor belastingdoeleinden.
- Belasting
-
De belastingcode die van toepassing is op de verkoopafroepschemaregel.
NBU kunt op dit veld alleen een belastingcode van de soort BTW invoeren.
- Belastingland relatie
-
Het land waarin de relatie het belastingnummer heeft.
- Vrijstellingscertificaat
-
Het vrijstellingscertificaat dat door de belastingdienst aan de verkopen-aan relatie is toegewezen.
NB- Dit veld is alleen van toepassing als de parameter Niveau belastingvrijstelling in de sessie Uitgebreid op Parameters belasting (tctax0100m000) staat.
- De default waarde op dit veld wordt bepaald door de methode waarmee belastinggegevens worden opgehaald. Deze methode wordt gedefinieerd in het groepsvak Zoekvolgorde belasting-library's van de sessie Parameters belasting (tctax0100m000).
- Reden vrijstelling
-
De redencode die aangeeft waarom een relatie voor een bepaalde mutatie of bepaald rechtsgebied kan worden vrijgesteld van belasting.
NB- LN drukt de redenen voor de vrijstelling af op verkoopfacturen.
- Dit veld is alleen van toepassing als de parameter Niveau belastingvrijstelling in de sessie Uitgebreid op Parameters belasting (tctax0100m000) staat.
- De default waarde op dit veld wordt bepaald door de methode waarmee belastinggegevens worden opgehaald. Deze methode wordt gedefinieerd in het groepsvak Zoekvolgorde belasting-library's van de sessie Parameters belasting (tctax0100m000).
- De redencode moet van het type Belastingvrijstelling zijn en moet geldig zijn op de Geplande ontvangstdatum.
- Additioneel veld
-
Door de gebruiker gedefinieerde velden met verschillende structuren die kunnen worden toegevoegd aan verschillende sessies. Gebruikers kunnen de velden in die sessies bewerken. Aan de inhoud van deze velden is geen functionele logica gekoppeld.
Velden met additionele informatie kunnen worden gekoppeld aan databasetabellen. Bij koppeling aan een tabel worden de velden weergegeven in de sessies die overeenkomen met de databasetabellen. Een veld gedefinieerd voor de tabel whinh200 wordt bijvoorbeeld als een extra veld weergegeven in de sessie Magazijnorders (whinh2100m000).
De inhoud van additionele velden kan worden overgedragen tussen databasetabellen. Voorbeeld: de informatie opgegeven door een gebruiker in additioneel informatieveld A in de sessie Magazijnorders (whinh2100m000) wordt overgedragen naar additioneel informatieveld A in de sessie Zendingen (whinh4130m000). Hiervoor moeten er velden voor additionele informatie met een identieke veldstructuur en veldnaam A aanwezig zijn voor de tabellen whinh200 en whinh430 (whinh430 behoort bij de sessie Zendingen (whinh4130m000)).