Artikelen - verkopen-aan relatie per vestiging (tdisa0190m100)

Een groep artikelen met vergelijkbare kenmerken. Elk artikel behoort tot een bepaalde artikelgroep. De artikelgroep wordt in combinatie met de artikelsoort gebruikt om artikeldefaults in te stellen.

De omschrijving of naam die bij de code hoort.

De grondstoffen, halffabricaten, eindproducten en gereedschappen die kunnen worden ingekocht, opgeslagen, geproduceerd en verkocht.

Een artikel kan ook voor een set artikelen staan die als één kit worden verwerkt, of die aanwezig zijn in meerdere productvarianten.

U kunt ook niet-fysieke artikelen definiëren. Dit zijn artikelen die niet aanwezig zijn in de voorraad, maar die gebruikt kunnen worden om kosten te boeken of om diensten te factureren aan klanten. Dit zijn voorbeelden van niet-fysieke artikelen:

• Kostenartikelen (bijvoorbeeld elektriciteit)
• Serviceartikelen
• Onderaannemingsdiensten
• Lijstartikelen (menu's/opties)

De omschrijving of naam die bij de code hoort.

De relatie die goederen of diensten bestelt bij uw organisatie, die de eigenaar is van de configuraties die u onderhoudt of waarvoor u een project uitvoert. Doorgaans de afdeling Inkoop van een klant.

De overeenkomst met de verkopen-aan relatie kan het volgende omvatten:

• Default prijs- en kortingsovereenkomsten
• Defaults van verkooporders
• Leveringscondities
• De gerelateerde verzenden-aan en factureren-aan relatie

De omschrijving of naam die bij de code hoort.

De verzenden-aan relatie

De eerste dag waarop een record of een instelling geldig is. De ingangsdatum bevat vaak ook de ingangstijd.

De eerste datum waarop een record of een instelling niet meer geldig is. Bij de vervaldatum wordt vaak ook de vervaltijd vermeld.

Een bedrijfslocatie van een onderneming die haar eigen logistieke gegevens kan muteren. De locatie omvat een verzameling magazijnen, bedrijfsonderdelen en assemblagelijnen. Vestigingen worden gebruikt om de supply chain in een omgeving met meerdere vestigingen te modelleren.

Op vestigingen zijn de volgende beperkingen van toepassing:

• Een vestiging kan zich niet in meerdere landen bevinden. De magazijnen en bedrijfsonderdelen van de locatie moeten zich in hetzelfde land bevinden als de locatie.
• Een vestiging is gekoppeld aan één planningscluster. Alle magazijnen en afdelingen van een vestiging zijn dus onderdeel van hetzelfde planningscluster.
• Een vestiging is gekoppeld aan één logistiek bedrijf.

U kunt een vestiging aan een enterprise-eenheid koppelen of een enterprise-eenheid aan een vestiging.

Als een enterprise-eenheid aan een vestiging is gekoppeld, behoren de entiteiten van de vestiging tot de enterprise-eenheid. Omgekeerd behoren de entiteiten van de enterprise-eenheid tot de vestiging als een vestiging aan een enterprise-eenheid is gekoppeld.

De omschrijving of naam die bij de code hoort.

Geef voor elk artikel op of en wanneer de orderhoeveelheid automatisch moet worden toegewezen.

Toegestane waarden

Nee

De orderhoeveelheid is niet toegewezen.

Invoer orderregel

De orderhoeveelheid wordt automatisch toegewezen tijdens de invoer van de orderregel of componentregel.

Voorraadtoewijzingen kunnen ook handmatig of in een batch worden aangemaakt.

Batch

De orderhoeveelheid wordt toegewezen met de sessie Voorraadtoewijzingen genereren (whinp2200m000).

Voorraadtoewijzingen kunnen ook handmatig worden aangemaakt.

Handmatig

De orderhoeveelheid moet handmatig worden toegewezen.

De minimale hoeveelheid die moet worden gereserveerd in het geval van een gedeeltelijke toewijzing.

Als op zowel het veld Minimum hoeveelheid voor toewijzing als het veld Minimum percentage voor toewijzing een significante waarde is opgegeven, wordt de te reserveren hoeveelheid gecontroleerd op basis van beide velden. LN gebruikt de hoogste waarde.

De voorraadeenheid waarin de artikelvoorraadgegevens worden vastgelegd.

Het minimale percentage dat moet worden geleverd in het geval van een gedeeltelijke toewijzing.

Als op zowel het veld Minimum hoeveelheid voor toewijzing als het veld Minimum percentage voor toewijzing een significante waarde is opgegeven, wordt de te reserveren hoeveelheid gecontroleerd op basis van beide velden. LN gebruikt de hoogste waarde.

Het magazijn waar het verkoopartikel wordt opgeslagen.

De omschrijving of naam die bij de code hoort.

Het bedrijf dat verantwoordelijk is voor het vervoeren van goederen naar de verzenden-aan relatie.

De omschrijving of naam die bij de code hoort.

De emballagedefinitie voor het artikel of de artikelgroep.

De omschrijving of naam die bij de code hoort.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, is de emballagedefinitie bindend voor de uitslagorderregel.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, is de eenheid die op het veld Verkoopeenheid is opgegeven, bindend voor alle verkooporders met het artikel en de relatie.

Dit betekent dat de relatie de artikelen in de voorkeurseenheid ontvangt.

Voorbeeld

Een relatie bestelt een doos chocoladerepen. Een doos bevat 24 chocoladerepen. Als het selectievakje Hoeveelheidseenheid is bindend is ingeschakeld voor de combinatie van artikel en verkopen-aan relatie, is het niet mogelijk om 24 chocoladerepen aan de relatie te leveren. U moet de doos gebruiken als verkoopeenheid voor deze relatie.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, worden ATP-resultaten uitgedrukt in de verkoopordereenheid. Als een leverschema wordt gegenereerd, wordt de eenheid op de orderregel niet gewijzigd.

Indien dit selectievakje is uitgeschakeld, worden ATP-resultaten uitgedrukt in de voorraadeenheid. Als een leverschema wordt gegenereerd, wordt de maateenheid op de orderregel gewijzigd in de voorraadeenheid.

Voorbeeld

Er is een verkooporder met een hoeveelheid uitgedrukt in dozen. De voorraadeenheid is stuks. Als het selectievakje Hoeveelheidseenheid is bindend voor planning is ingeschakeld en een beschikbaarheidscontrole is uitgevoerd en geaccepteerd in de sessie Overzicht capable-to-promise (cprrp4899m000), wordt de orderregel opgesplitst in subleveringen met hoeveelheden die nog steeds worden uitgedrukt in dozen.

De eenheid waarin de houdbaarheid wordt uitgedrukt.

De periode na de ontvangst gedurende welke het artikel nog verkoopbaar of bruikbaar moet zijn voor de verkopen-aan relatie.

De houdbaarheid wordt gebruikt om de minimaal vereiste houdbaarheidsdatum te berekenen voor beperkt houdbare LIFO-/ FIFO-artikelen.

Voorbeeld

Houdbaarheid [perioden] wordt ingesteld op 4 dagen. Als de geplande ontvangstdatum voor het artikel maandag de eerste is, is de houdbaarheidsdatum vrijdag de vijfde. Dit betekent dat het artikel verkoopbaar/bruikbaar is tot vrijdag de vijfde.

Bij het uitslagadvies wordt rekening gehouden met Houdbaarheid [perioden]. Er worden alleen artikelen aangeraden waarvoor de houdbaarheidsdatum 4 dagen na de geplande ontvangstdatum ligt.

De code van de vestiging waarnaar het verkoopartikel wordt Verzonden.

Het magazijn waarnaar het artikel wordt verzonden.

Als de producent materiaal moet leveren aan de onderaannemer, staat dit magazijn voor het magazijn van de onderaannemer. Daardoor is het dus een administratief magazijn van de producent.

Default waarde

Dit magazijn wordt als default gebruikt voor het Verzenden-aan magazijn op de verkooporderregel als het volgende van toepassing is:

• Er wordt een verkooporderregel voor uitbesteding gegenereerd waarbij het veld Betaling op Geen betaling of Betalen bij gebruik staat.
• Er wordt handmatig een verkooporderregel ingevoerd waarbij het veld Betaling is ingesteld op Geen betaling of Betalen bij gebruik.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, moeten transportorders worden gegenereerd voor verkooporders met deze combinatie van artikel en verkopen-aan relatie.

Default waarde

De instelling van dit selectievakje wordt als default doorgegeven aan het selectievakje Transportorder uit verkoop genereren in de sessie Verkooporderregels (tdsls4101m000) en de sessie Leveringsregels verkooporder (tdsls4101m100), maar kan in die sessies worden overschreven.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, is naleving internationale handelsregelgeving van toepassing op het artikel en de verkopen-aan relatie.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, worden de verkoopafroepschemaregels die u ontvangt voor de combinatie van artikel en relatie, automatisch goedgekeurd.

U kunt de automatische goedkeuring alleen gebruiken voor verkoopafroepschema's met referentie. Dat betekent dat u het huidige selectievakje alleen kunt inschakelen als het selectievakje Afroepschema met referenties ook is ingeschakeld.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, wordt de geplande/werkelijke leverdatum meegenomen bij de afstemming van verkoopafroepschema's. LN berekent de verzonden cumulatieven op basis van de geplande/werkelijke leverdatum.

In dit geval worden de verzonden cumulatieven als volgt berekend:

Totale verzonden hoeveelheid voor het verkoopafroepschema - hoeveelheden die zijn verzonden, maar nog niet ontvangen. 

Met deze berekening kunt u voorkomen dat verschillen voortvloeien uit zendingen die worden ontvangen in een andere volgorde dan ze zijn verzonden. Dergelijke verschillen worden volgordeverschillen genoemd.

Hierdoor wordt het veld Leverdatum in de sessies Verzonden cumulatieven (tdsls3532m000) en Verkoopafroepschema's afstemmen (tdsls3131m000) ingevuld. De waarde op het veld is:

• De berekende ontvangstdatum als de zending is bevestigd.
• De werkelijke ontvangstdatum als de zending is ontvangen door de verkopen-aan relatie.

Indien dit selectievakje is uitgeschakeld, wordt de verzenddatum gebruikt bij het afstemmen van verkoopafroepschema's. De verzonden cumulatieven die worden doorgegeven wanneer de verzending is bevestigd, worden ingevoegd in LN. Als de verzonden hoeveelheid afwijkt van de ontvangen hoeveelheid, wordt altijd een verschil gegenereerd. LN houdt geen rekening met ontvangsten in een andere volgorde dan verzendingen.

Samen met het EDI-bericht dat u opgeeft in deze sessie en de Afroepschemasoort die is opgegeven in de sessie Verkoopafroepschema's (tdsls3111m000), bepaalt de time fence voor de mutatie het type behoefte van de verkoopafroepschemaregel.

Prestatieaspecten

De instelling van dit veld kan invloed hebben op de systeemprestaties en de databasegroei. Voor meer informatie, zie Time fence mutatie.

Het aantal dagen gerekend vanaf de huidige datum, gedurende welke u de hoeveelheid benodigde artikelen niet meer mag verhogen.

Het aantal dagen gerekend vanaf de huidige datum, gedurende welke u de hoeveelheid benodigde artikelen niet meer mag verlagen.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, voert LN een lineaire voorcalculatie uit om de nieuwe prognosehoeveelheid te bepalen voor een verkoopafroepschema van de soort Materiaalvrijgave, als dit verkoopafroepschema is voorafgegaan door een verkoopafroepschema van de soort Verzendschema of Verzendvolgordeschema.

Indien dit selectievakje is uitgeschakeld, gebruikt LN de niet-verbruikte vraag als de nieuwe prognose voor een verkoopafroepschema van de soort Materiaalvrijgave, als dit verkoopafroepschema is voorafgegaan door een verkoopafroepschema van de soort Verzendschema of Verzendvolgordeschema.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, zet Enterprise Planning de totale hoeveelheid op de startdatum voor de materiaalvrijgave.

Indien dit selectievakje is uitgeschakeld, spreidt Enterprise Planning de totale hoeveelheid van de materiaalvrijgave over het aantal dagen tussen de begindatum en de einddatum van de materiaalvrijgave.