Bonussen berekend per cumulatieve verkopen (tdcms1505m000)

Deze sessie kunt u gebruiken om de cumulatieve verkopen voor bonussen op te vragen.

NB

Als u deze sessie hebt gestart door te zoomen, kunt u alleen een record zoeken en selecteren.

Verkopen-aan relatie

De relatie die goederen of diensten bestelt bij uw organisatie, die de eigenaar is van de configuraties die u onderhoudt of waarvoor u een project uitvoert. Doorgaans de afdeling Inkoop van een klant.

De overeenkomst met de verkopen-aan relatie kan het volgende omvatten:

  • Default prijs- en kortingsovereenkomsten
  • Defaults van verkooporders
  • Leveringscondities
  • De gerelateerde verzenden-aan en factureren-aan relatie
Relatie

Een korte aanduiding voor handelsrelatie (handelspartner). Relatie is een globale term voor een medewerker of een kopen-van relatie die recht heeft op een provisie en een verkopen-aan relatie die recht heeft op een bonus. Relaties kunnen gegroepeerd worden in relatieteams waaraan vervolgens dezelfde overeenkomststructuren gekoppeld kunnen worden.

Relatiesoort

Een classificatie die bepaalt of er sprake is van een bonus of provisie en hoe provisies betaald moeten worden. De relatie is een verkopen-aan relatie waaraan een bonus wordt toegekend of een kopen-van relatie (agent) of medewerker (vertegenwoordiger) waaraan provisie wordt uitbetaald.

Overeenkomstgroep

De code die een overeenkomstgroep identificeert.

Project

Een opdracht met een speciaal doel dat bereikt moet worden binnen de voorgeschreven tijd- en geldbeperkingen en die toegewezen is voor definitie of uitvoering.

Artikel

De grondstoffen, halffabricaten, eindproducten en gereedschappen die kunnen worden ingekocht, opgeslagen, geproduceerd en verkocht.

Een artikel kan ook voor een set artikelen staan die als één kit worden verwerkt, of die aanwezig zijn in meerdere productvarianten.

U kunt ook niet-fysieke artikelen definiëren. Dit zijn artikelen die niet aanwezig zijn in de voorraad, maar die gebruikt kunnen worden om kosten te boeken of om diensten te factureren aan klanten. Dit zijn voorbeelden van niet-fysieke artikelen:

  • Kostenartikelen (bijvoorbeeld elektriciteit)
  • Serviceartikelen
  • Onderaannemingsdiensten
  • Lijstartikelen (menu's/opties)
Bonusgroep

Een set artikelen die zijn gegroepeerd en vervolgens gekoppeld aan een overeenkomst.

Periodetabel

Een tabel die bestaat uit een aantal tijdseenheden, bijvoorbeeld maanden of weken.

Een periode wordt gebruikt om de tijdshorizon te definiëren gedurende welke bijvoorbeeld een afroepschema geldig is.

Jaar

Het jaar waarin de periode valt.

Zoekprioriteit provisie/bonus

Deze zoekprioriteit wordt ingevoerd in de sessie Parameters provisies/bonussen (tdcms0100s000).

Zoekprioriteit provisie/bonus

Deze zoekprioriteit wordt ingevoerd in de sessie Parameters provisies/bonussen (tdcms0100s000).

Zoekprioriteit provisie/bonus

Deze zoekprioriteit wordt ingevoerd in de sessie Parameters provisies/bonussen (tdcms0100s000).

Zoekprioriteit provisie/bonus

Deze zoekprioriteit wordt ingevoerd in de sessie Parameters provisies/bonussen (tdcms0100s000).

Periode

Het nummer dat de periode identificeert.

Verkooporder

Het ordernummer dat de verkooporder identificeert.

Positie

Het positienummer dat een orderregel identificeert.

Volgnummer

Het nummer dat wordt gebruikt om een gegevensrecord of een stap in een aantal opeenvolgende activiteiten aan te duiden. Volgnummers worden gebruikt in vele contexten. LN genereert doorgaans het volgnummer voor het volgende artikel of de volgende stap. Afhankelijk van de context kunt u dit nummer overschrijven.

Volgnr. werkelijke leveringsregel

Het nummer van de werkelijke leveringsregel voor de verkooporder.

NB

Dit veld staat op nul als Calculatiemethode in de sessie Relaties (tdcms0110s000) op Verkooporder staat.

Factuurregel

Het nummer van de verkoopfactuurregel.

NB

Dit veld staat op nul als Calculatiemethode in de sessie Relaties (tdcms0110s000) op Verkooporder staat.

Serienummer

Het identificatienummer van de bonus.

Hoeveelheid

De artikelhoeveelheid die volgens de condities op de orderregel moet worden geleverd aan de relatie. Deze hoeveelheid wordt uitgedrukt in de verkoopeenheid van het artikel.

Verkooporderbedrag

Het bedrag waarop de berekening van de bonus gebaseerd is.

Bedrag in verkoopordervaluta

Het bonusbedrag, uitgedrukt in de verkoopordervaluta.

Verkoopordervaluta

De valuta die wordt gebruikt op en als default waarde is opgehaald uit de verkooporder.

Bedrag in factuurvaluta

Het bonusbedrag, uitgedrukt in de factuurvaluta.

Factuurvaluta

De valuta waarin het factuurbedrag wordt uitgedrukt.

Default waarde

De default voor de factuurvaluta wordt opgehaald uit de gegevens voor de relatie.

Bedrag ineigen valuta

Het bonusbedrag, uitgedrukt in de eigen valuta.

Bedrag in eigen valuta

Een van de basisvaluta's van een bedrijf waarin LN bedragen registreert en rapporteert.

In een multi-currency systeem kunnen drie eigen valuta's worden gedefinieerd:

  • De lokale valuta
  • Twee rapporteringsvaluta's

Cumulatief verwerkt [j/n]

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, is de bonus berekend voor deze regel met cumulatieve verkopen.

Mutatiesoort verkoopfactuur

Een door de gebruiker gedefinieerde code van drie tekens die wordt gebruikt om documenten mee aan te duiden. Het volgnummer van de documenten is afkomstig van de serie die aan de mutatiesoort is gekoppeld.

Factuurnummer

Het factuurnummer dat is toegewezen toen de verkooporder werd gefactureerd.