Magazijnen (tcmcs0503m000)

Een plaats voor goederenopslag. Voor elk magazijn kunt u adresgegevens en gegevens met betrekking tot de soort invoeren.

De magazijnsoort geeft aan waarvoor het magazijn kan worden gebruikt. Ook wordt hiermee bepaald welke gegevens en instellingen u voor het magazijn kunt definiëren.

Toegestane waarden

Normaal

Een magazijn waar normale voorraad wordt opgeslagen.

Service

Een magazijn waar de vereiste voorraad voor een rayon wordt opgeslagen.

Eigendom serviceklant

Een magazijn waar de vereiste voorraad voor een rayon wordt opgeslagen. De hele opgeslagen voorraad is eigendom van de klant.

Service (afgekeurde goederen)

Een magazijn gebruikt door Service waarin defecte artikelen worden opgeslagen die zijn ontvangen van klanten.

Productie

Een magazijn waarin tussenvoorraad voor levering aan werkcellen, afdelingen of lijnstations wordt opgeslagen. Een productiemagazijn is gekoppeld aan een afzonderlijke werkcel, één of meer afdelingen of één of meer lijnstations. Voor dit doel wordt het productiemagazijn gekoppeld aan de geschikte waarde van het veld Gebruikt in in de sessie Magazijnen (whwmd2500m000).

Consignatie (geen eigendom)

Een magazijn waar consignatie-materialen worden opgeslagen die al wel zijn geleverd, maar nog niet eigendom van het bedrijf zijn.

Consignatie (eigendom)

Een magazijn waar consignatie-materialen worden opgeslagen die zijn geleverd, en ook al door het bedrijf zijn gebruikt of in eigendom zijn verkregen voor de productie van een specifieke order.

Project

Een magazijn waar alleen materialen voor een specifiek project worden opgeslagen.

Financieel

financieel magazijn

Het DUNS-nummer van het magazijn.

Het DUNS-nummer wordt afgedrukt op de volgende verzenddocumenten:

• Vrachtbrief
• Pakbon
• Leveringsnota
• De verzendlijst
• Verzendmanifest
• Laadlijst

Als er geen DUNS-nummer aanwezig is voor het magazijn, wordt het DUNS-nummer van de enterprise-eenheid van het magazijn afgedrukt op de verzenddocumenten. Indien niet aanwezig voor de enterprise-eenheid, wordt het DUNS-nummer van het bedrijf afgedrukt.

De context waarin het productiemagazijn wordt gebruikt.

Toegestane waarden

Werkcel

Het productiemagazijn is toegewezen aan een afzonderlijke werkcel. Zie ook: Productiemagazijn - werkcel.

Afdeling

Het productiemagazijn wordt gebruikt om meerdere afdelingen in een jobshop te bevoorraden.

Lijnstation

Het productiemagazijn wordt gebruikt voor een assemblagelijn.

Niet van toepassing

Het magazijn is geen productiemagazijn.

Een bedrijfslocatie van een onderneming die haar eigen logistieke gegevens kan muteren. De locatie omvat een verzameling magazijnen, bedrijfsonderdelen en assemblagelijnen. Vestigingen worden gebruikt om de supply chain in een omgeving met meerdere vestigingen te modelleren.

Op vestigingen zijn de volgende beperkingen van toepassing:

• Een vestiging kan zich niet in meerdere landen bevinden. De magazijnen en bedrijfsonderdelen van de locatie moeten zich in hetzelfde land bevinden als de locatie.
• Een vestiging is gekoppeld aan één planningscluster. Alle magazijnen en afdelingen van een vestiging zijn dus onderdeel van hetzelfde planningscluster.
• Een vestiging is gekoppeld aan één logistiek bedrijf.

U kunt een vestiging aan een enterprise-eenheid koppelen of een enterprise-eenheid aan een vestiging.

Als een enterprise-eenheid aan een vestiging is gekoppeld, behoren de entiteiten van de vestiging tot de enterprise-eenheid. Omgekeerd behoren de entiteiten van de enterprise-eenheid tot de vestiging als een vestiging aan een enterprise-eenheid is gekoppeld.

De omschrijving of naam die bij de code hoort.

Het planningscluster van de vestiging van het magazijn.

De omschrijving of naam die bij de code hoort.

De enterprise-eenheid waarbij het magazijn hoort.

Het operationele bedrijf van het magazijn.

Geeft aan of dit magazijn is gekoppeld aan een WMS.

Het adres van het magazijn zoals vastgelegd in de sessie Adressen (tccom4530m000).

Het project waaraan het magazijn is gekoppeld.

Het financiële bedrijf van het magazijn.

De default aanvullende Intrastat-infoset voor magazijnoverboekingsorders vanuit dit magazijn.

Voor overige magazijnorders wordt default de aanvullende Intrastat-informatieset gebruikt die u in de sessie Bedr.ond. (tcmcs0165s000) voor het verkoopbureau of inkoopbureau hebt opgegeven. Op de magazijnorderregels kunt u desgewenst een andere aanvullende Intrastat-informatieset opgeven.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, worden de mutaties die voor dit magazijn zijn geregistreerd, meegenomen in de sessie Hoofdplanning genereren (cprmp1202m000) en de sessie Orderplanning genereren (cprrp1210m000) in Enterprise Planning. Indien dit selectievakje is uitgeschakeld, worden de werkelijke voorraad en de geplande magazijnmutaties die voor dit magazijn zijn geregistreerd, niet meegenomen in het planningsproces. Verder blijft de voorraad in dit magazijn buiten beschouwing wanneer bij invoer van verkooporders en offertes de ATP-controle wordt uitgevoerd. U kunt een dergelijk magazijn gebruiken om afgekeurde artikelen en andere voorraad die niet is bedoeld voor het opvangen van de vraag naar artikelen, op te slaan.

Default waarde

Als het veld Magazijnsoort op Normaal, Productie of Consignatie (geen eigendom) staat, is het selectievakje default ingeschakeld. Is het veld Magazijnsoort ingesteld op Service, dan is het selectievakje default uitgeschakeld.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, beheert LN de voorraad van het huidige magazijn.

Indien dit selectievakje is uitgeschakeld,: de voorraad van het huidige magazijn wordt beheerd door een externe partij, zoals een leverancier, een klant of een logistieke dienstverlener (LSP). Verder geldt het volgende:

• Als het veld Handmatig inslagproces toegestaan in deze sessie is ingesteld op Nee, worden alle inslagactiviteiten van magazijnprocedures die betrekking hebben op het huidige magazijn, automatisch uitgevoerd en zijn diverse activiteiten niet beschikbaar. Voor meer informatie, zie Activiteiten per inslagorderregel (whinh2114m000)
• Als het veld Handmatig uitslagproces toegestaan in deze sessie is ingesteld op Nee, worden alle uitslagactiviteiten van magazijnprocedures die betrekking hebben op het huidige magazijn, automatisch uitgevoerd en zijn diverse activiteiten niet beschikbaar. Voor meer informatie, zie Activiteiten per uitslagorderregel (whinh2124m000).

Dit selectievakje is uitgeschakeld voor de volgende soorten magazijnen:

• consignatie (eigendom)
• financieel

Dit selectievakje is ingeschakeld voor de volgende soorten magazijnen:

• consignatie (geen eigendom)
• service (eigendom klant)
• service (afgekeurde goederen)

De relatie die het huidige magazijn beheert, zoals een leverancier of een logistieke dienstverlener (LSP). Dit veld is beschikbaar als het selectievakje Voorraadbeheer is uitgeschakeld.

Als het huidige magazijn een financieel magazijn is, wordt op dit veld de interne relatie weergegeven van het magazijn waaraan het huidige magazijn is gekoppeld. Deze interne relatie is echter niet altijd de relatie die het voorraadbeheer uitvoert voor het magazijn waaraan het financiële magazijn is gekoppeld.

In de sessie Financiële magazijnen per magazijn (tcmcs1103m000) kunt u financiële magazijnen koppelen aan een niet-financieel magazijn.

Met dit veld wordt aangegeven of het huidige magazijn bij uw bedrijf hoort. Als dit veld de waarde Ja heeft, hoort het magazijn bij een ander bedrijf. Is de waarde Nee, dan hoort het magazijn bij uw bedrijf. Is de waarde Niet van toepassing, dan is het magazijn een financieel magazijn.

De relatie die eigenaar is van het magazijn, maar niet noodzakelijkerwijs ook van de voorraad. Bij een consignatiemagazijn is dit meestal de verzenden-aan relatie of een logistieke dienstverlener.

De relatie die de bestelde goederen verzendt naar uw organisatie. Dit is meestal een distributiecentrum of magazijn van de leverancier. De definitie omvat het default magazijn waar u de goederen wilt ontvangen, of u de goederen wilt inspecteren, de vervoerder die zorgt voor het transporteren en de gerelateerde kopen-van relatie.

De relatie waarbij u goederen of diensten bestelt. Meestal is dit een verkoopafdeling bij de leverancier. De definitie omvat de default prijs- en kortingsovereenkomsten, defaults voor inkooporders, leveringsvoorwaarden en de gerelateerde verzenden-van en factureren-door relatie.

De verzenden-aan relatie

De relatie die goederen of diensten bestelt bij uw organisatie, die de eigenaar is van de configuraties die u onderhoudt of waarvoor u een project uitvoert. Doorgaans de afdeling Inkoop van een klant.

De overeenkomst met de verkopen-aan relatie kan het volgende omvatten:

• Default prijs- en kortingsovereenkomsten
• Defaults van verkooporders
• Leveringscondities
• De gerelateerde verzenden-aan en factureren-aan relatie

De code van de taal waarin de documenten over het magazijn worden afgedrukt. Indien er geen document beschikbaar is, wordt het document in de bedrijfstaal gebruikt.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, kan het magazijn worden gebruikt om projectgerelateerde leveringen aan een relatie te verzenden.

Via de sessie Projectleveringen (tppdm7100m000) kunt u projectgerelateerde leveringen verzenden:

• Vanuit het OHW-magazijn van het project aan de relatie.
• Vanuit de projectlocatie via het OHW-magazijn van het project aan de relatie.