Gerelateerde parameters (tcemm0115m000)
Deze sessie kunt u gebruiken om de parameters op te geven die voor een functie zijn vereist. U kunt een parameter aan meerdere functies koppelen, vooropgesteld dat alle functies hetzelfde aspect hebben.
Voor een overzicht van de parameters per functie klikt u in het beeldmenu op Sorteren op en vervolgens op Functie, Parameter.
Voor een overzicht van de functies waaraan elke parameter is gekoppeld, klikt u in het beeldmenu op Sorteren op en vervolgens op Parameter, Functie.
- Functie
-
De functie waaraan de parameters zijn gekoppeld.
- Functie
-
De omschrijving of naam die bij de code hoort.
- Parameter
-
De parameter die moet worden ingesteld op een specifieke waarde om de functie te kunnen implementeren.
- Parameter
-
De omschrijving of naam die bij de code hoort.
- Volgnummer
-
De volgorde waarin de parameters tijdens de verwerking op de nieuwe waarden moeten worden gezet.
De parameter met het laagste volgnummer wordt het eerst verwerkt. De waarde moet hoger zijn dan nul. Indien de parameters in willekeurige volgorde op de nieuwe waarden kunnen worden ingesteld, kunt u alle volgnummers dezelfde waarde geven.