Schemacode verbinden op basis van schemabasis

Classificatieschemacode voor artikelen, schemabasis – goederen en services

U kunt een artikel aan een schemacode koppelen met de sessie Classificaties voor artikelen (tccls1100m000). Mogelijke scenario's:

• Wanneer het land is opgegeven en Schemabasis is ingesteld op Goederen, kan deze sessie worden gebruikt om schemacodes voor een land te koppelen. De mutatie moet betrekking hebben op de verkoop of inkoop van voorraadartikelen.
• Wanneer het land niet is opgegeven en Schemabasis is ingesteld op Goederen, kan deze sessie worden gebruikt om schemacodes op mondiaal niveau te koppelen (voor alle landen). De mutatie moet betrekking hebben op de verkoop of inkoop van voorraadartikelen.
• Wanneer het land is opgegeven en Schemabasis is ingesteld op Service, kan deze sessie worden gebruikt om schemacodes voor een land te koppelen. De mutatie is gerelateerd aan service van voorraadartikelen of het artikel is een serviceartikel.
• Wanneer het land niet is opgegeven en Schemabasis is ingesteld op Service, kan deze sessie worden gebruikt om schemacodes op mondiaal niveau te koppelen (voor alle landen). De mutatie is bedoeld voor service van voorraadartikelen of het artikel is een serviceartikel.

Classificatieschemacode per artikel

U kunt de sessie Classificaties voor Classificaties voor artikelen (tccls1100m000) gebruiken om alle classificatieschema's en de gerelateerde codes voor een artikel te bekijken.

Classificatieschemacode per soort logistieke kosten

Voor logistieke kosten is de schemabasis meestal van het type Services. Er kunnen echter ook logistieke kosten zijn die van aard Goederen zijn. Bijvoorbeeld de verpakkingskosten van het artikel dat als goederen wordt aangemerkt. Daarom kunt u logistieke kosten toewijzen aan zowel goederen als aan service. U kunt de juiste waarde 'Btw op basis van' selecteren op mutatieniveau (logistieke kostenregel), omdat deze is gekoppeld aan de schemabasis.

U kunt de sessie Classificaties voor logistieke kosten (tccls1110m000) gebruiken om een type logistieke kosten te koppelen aan een code van een schema. Mogelijke scenario's:

• Wanneer het land is opgegeven en Schemabasis is ingesteld op Goederen, kunt u met deze sessie schemacodes voor een land koppelen op basis van het type logistieke kosten, waarbij de mutatie voor logistieke kosten is.
• Wanneer het land niet is opgegeven en Schemabasis is ingesteld op Goederen, kan deze sessie worden gebruikt om schemacodes op een mondiaal niveau (voor alle landen) te koppelen op basis van het type logistieke kosten, waarbij de mutatie voor logistieke kosten is.
• Wanneer het land is opgegeven en Schemabasis is ingesteld op Services, kunt u met deze sessie schemacodes voor een land koppelen op basis van het type logistieke kosten, waarbij de mutatie voor logistieke kosten is.
• Wanneer het land niet is opgegeven en Schemabasis is ingesteld op Services, kan deze sessie worden gebruikt om schemacodes op een mondiaal niveau (voor alle landen) te koppelen op basis van het type logistieke kosten, waarbij de mutatie voor logistieke kosten is.

Schemacode voor inkooporder voor uitbesteding

Er wordt een inkooporder voor uitbesteding aangemaakt om een specifieke bewerking of een compleet artikel uit te besteden. Infor LN houdt rekening met de waarde 'Btw op basis van' (goederen of services) op basis van de aard van het artikel en niet op de uitbestedingsactiviteit. Dat betekent dat inkooporders voor uitbesteding worden behandeld als 'Goederen'. Uitbesteding gaat echter over het inkopen van service voor het artikel en niet over het artikel zelf. Dat betekent dat sommige landen deze als Service beschouwen. De schemacode moet dus de geleverde service vertegenwoordigen.

Als u inkooporders voor uitbesteding aan de schemabasisservice wilt toewijzen, moet in Artikelen - inkoop (tdipu0101m000) Btw op basis van, onder Uitbesteding artikelen worden ingesteld op Service.

Classificatieschemacode voor service

Wanneer een artikel wordt onderhouden in een depot of wanneer een medewerker het artikel op een locatie repareert, wordt een factuur afgegeven aan de klant (indien van toepassing). Deze factuur is bedoeld voor de service die wordt uitgevoerd op het artikel, en de schemacode die is opgegeven op de factuur, moet van het type Service zijn. Hetzelfde geldt voor serviceoproep of servicecontracten.

De uitzondering geldt voor onderdeellevering en onderdeelontvangst, wanneer een artikel aan een klant wordt geleverd (verkoop) of wordt ontvangen (inkoop). Als bij klantenclaims het artikel wordt vergoed, wordt er geen factuur aangemaakt. Als de kosten worden vergoed, wordt er een creditnota gegenereerd. Voor Service is de default waarde van Btw op basis van Services. U kunt deze waarde echter wijzigen. Voor onderdeellevering en onderdeelontvangst wordt de waarde altijd ingesteld op Goederen en kunt u de waarde niet wijzigen.

Classificatieschemacode voor project

De classificatieschema's in project zijn gebaseerd op de projectfacturering. De volgende types projectfacturering zijn mogelijk:

• Contractleveringen: contractleveringen zijn gebaseerd op artikelen en kunnen dus worden beschouwd als vergelijkbaar met verkopen. Een contractlevering bevat altijd een artikel en de schemacode wordt dan ook opgehaald uit de sessie Artikelen (tcibd0501m000).
• Termijn/voortgang/eenheidsprijs: deze facturen zijn niet gebaseerd op artikelen. Facturering wordt uitgevoerd nadat een activiteit of mijlpaal of element is voltooid. Over het algemeen wordt een schemacode toegepast voor een volledig contract. Er kunnen echter uitzonderingen zijn, waarbij enkele elementen of activiteiten een schemacode kunnen hebben, die afwijkt van de contractregel. Bedrijfssector, Categorie, Activiteit en Element zijn attributen waarmee de classificatiecode voor deze vereisten kan worden toegewezen.
• Regiewerk: voor de facturering van regiewerk kunnen alle soorten kosten aan de klant worden gefactureerd. Dat kan arbeid zijn, zoals voor projectmanagement en technisch advies, of overige kosten, zoals reis- en verblijfskosten, of soms worden ook overheadkosten bij de klant in rekening gebracht, naast de kosten voor artikelen, gehuurd materieel en uitbesteding. Op deze facturen moeten de overeenkomstige bijzonderheden van de schemacode staan. Materieel en uitbesteding vormen samen met het artikel een onderdeel van het hoofdartikel. De schemacode die hieraan verwant is, moet dan ook worden gedefinieerd in de sessie Classificaties voor artikelen (tccls1100m000). Schemacode voor Loonkosten, Overige en Overheadkosten moet worden gedefinieerd in de sessie Classificaties voor project (tccls1130m000).

Classificatieschemacode voor de financiële administratie

De inkoper van goederen of services ontvangt een factuur voor de ingekochte goederen of ontvangen services. Deze factuur bevat een schemacode die wordt genoemd door de leverancier van de goederen of de dienstverlener. De schemacode wordt opgehaald in de financiële administratie op basis van de volgende categorieën:

• Factuur die is gerelateerd aan een logistieke order
• Factuur die niet is gerelateerd aan een logistieke order

Classificatieschemacode voor transport

Voor de transportkosten factureert de dienstverlener de leverancier van goederen en genereert een inkoopfactuur. Op dezelfde manier kan de leverancier de klant factureren voor de transportkosten. Omdat de factuur gerelateerd is aan de transportservice, moet de schemacode op de factuur van het type Service zijn.

Een transportschemacode is gebaseerd op transportcategorieën, zoals het spoor, de weg, het water, de lucht, enz. Deze categorieën kunnen worden gekoppeld aan de transportattributen in de sessie Classificaties voor transport (tccls1140m000). Daarom worden deze attributen gebruikt voor de toewijzing van de classificatiecode en wordt de schemabasis beschouwd als Service.

Classificatieschemacode voor intercompany-handel

Toewijzing van schemabasis voor intercompany-handelsmutaties: