Gegevensreplicatie
In deze situatie heeft elk bedrijf precies dezelfde gegevens, maar elk bedrijf heeft een unieke kopie van de gegevens. Hetzelfde stukje data bestaat op meerdere (fysieke) locaties: meerdere exemplaren van dezelfde gegevens. Het proces om de gegevens te kopiëren heet datareplicatie.
De gegevens kunnen worden gerepliceerd per databasetabel, per record en per kolom. In het eerste geval wordt de hele tabel gedeeld. In het tweede en derde geval worden gedeelten van een tabel gerepliceerd tussen bedrijven of databases. Deze situatie veronderstelt dat de actualisering van de gegevens wordt gecontroleerd zodat de nodige consistentie wordt gewaarborgd. Omdat de redenen voor het delen van gegevens variëren, zijn deze voorbeelden ter illustratie hiervan:
Voorbeeld 1: Algemene artikelgegevens (tcibd001)
Een artikel wordt geproduceerd in één bedrijf en verkocht aan een assemblagebedrijf. Het artikelnummer en andere artikelgegevens kunnen in beide bedrijven identiek zijn, maar sommige gegevens, zoals de leveringsbron, moeten in elk bedrijf afzonderlijk worden gespecificeerd.
Als het artikeltype Product is, kan de leveringsbron van het artikel Jobshop zijn in het productiebedrijf en Inkoop in het assemblagebedrijf. De andere artikelgegevens zijn identiek en kunnen daarom in het productiebedrijf worden gespecificeerd en naar het assemblagebedrijf worden gerepliceerd.
Als het artikeltype Product niet wordt gebruikt, wordt het artikeltype geproduceerd in het productiebedrijf en gekocht in het assemblagebedrijf. De overige artikelgegevens kunnen in het productiebedrijf worden gespecificeerd en naar het assemblagebedrijf worden gerepliceerd.
Voorbeeld 2: Algemene artikelgegevens (tcibd001)
In dit voorbeeld worden de inkoopcontracten voor alle artikelen centraal gestuurd in één bedrijf, maar andere bedrijven kopen de artikelen in. In dit geval voert het contractbedrijf alle gegevens voor de gekochte artikelen in, en repliceert de gegevens vervolgens naar het bedrijf dat de artikelen inkoopt. Niet elk inkoopbedrijf hoeft het hele artikelbestand te hebben, maar alleen het gedeelte dat het inkopende bedrijf inkoopt, terwijl het contractbedrijf alle gekochte artikelen in bezit heeft.