Clusters voor transportorderregels aanmaken

Nadat u de te clusteren transportorderregels hebt geselecteerd en het clusterproces hebt opgestart in de sessie Transportorderclusters genereren (fmfoc3200m000), voert LN de volgende stappen uit om de transportorderregels te clusteren:

  1. Transportorderregels groeperen

    Om transportorderclusters aan te maken voor de batch van transportorderregels die u hebt geselecteerd voor uitbesteding, groepeert LN eerst de transportorderregels met overeenkomende eigenschappen in clusters. Het groeperen gaat als volgt:

    1. Elke transportorderregel waarvoor het selectievakje Eén order per lading is ingeschakeld, wordt gegroepeerd in een afzonderlijk transportordercluster.
    2. Transportorderregels die bij een transportorderkop horen waarvoor het selectievakje Eén order per lading is ingeschakeld, worden gegroepeerd in een cluster.
    3. LN controleert of de transportorderregels in de huidige batch overeenkomen met de eigenschappen van eerder aangemaakte clusters die de status Geclusterd hebben. Zo ja, dan worden de transportorderregels toegevoegd aan de eerder aangemaakte clusters.
    4. LN maakt clusters aan voor de overige transportorderregels. Het aantal clusters dat LN kan aanmaken op basis van een batch van transportorderregels, is afhankelijk van de eigenschappen van de transportorderregels uit de batch. Transportorderregels worden gegroepeerd in een cluster als de volgende eigenschappen overeenkomen:

      • Verzenden-van en verzenden-aan adressen
      • Verzenden-van en verzenden-aan bedrijven, vestigingen, codes en soorten. NB: Deze clustercriteria worden niet gebruikt als het selectievakje Cluster per adres is ingeschakeld in de sessie Transportorderclusters genereren (fmfoc3200m000). Zie Clusteren per adres.

      • Tijdsintervallen, die niet exact overeen hoeven te komen, maar elkaar ten minste dienen te overlappen.

    Alle transportorderregels die u hebt geselecteerd voor uitbesteding, horen bij dezelfde transportafdeling en planninggroep omdat Planninggroep en Transportafdeling verplichte criteria zijn in de sessie Transportorderclusters genereren (fmfoc3200m000).

    De volgende eigenschappen zijn niet altijd gedefinieerd voor transportorderregels, maar indien de eigenschappen zijn gedefinieerd, moeten ze ook overeenkomen:

    • Vervoerder
    • Transportmiddelgroep
    • Vervoerssoort
    • servicegraad
    • Leveringscondities
    • Additionele tariefeenheid
  2. Vervoerder en transportmiddelgroep selecteren voor de in stap 1 aangemaakte clusters

    Nadat de transportorderregels zijn gegroepeerd in clusters, selecteert LN een vervoerder en een transportmiddelgroep voor elk van de gegenereerde clusters, op basis van het geselecteerde criterium vervoerder in de sessie Transportorderclusters genereren (fmfoc3200m000). Zie Transportorderclusters genereren (fmfoc3200m000) voor meer informatie over het selectiecriterium vervoerder.

    Op basis van het selectiecriterium vervoerder worden vervoerders geselecteerd uit de vervoerders die zijn gedefinieerd voor de transportafdeling en de planninggroep van de geclusterde transportorders en uit de vervoerders die zijn gedefinieerd voor de transportmiddelgroep die voor de transportorders is geselecteerd.

    Vervoerders worden aan transportafdelingen en planninggroepen gekoppeld in de sessie Vervoerders/LDV's per transportafdeling en planninggroep (fmfrc0160m000).

    Indien een vervoerder en/of transportmiddelgroep handmatig zou zijn ingevoerd voor de transportorderregels van een bepaalde cluster, vervangt LN deze vervoerder en/of transportmiddelgroep niet. U kunt echter indien gewenst de vervoerder en/of transportmiddelgroep wijzigen nadat het clusterproces is voltooid. Zie voor meer informatie Transportorderclusters wijzigen.

    Wanneer LN een vervoerder en transportmiddelgroep selecteert, wordt de kalender van de vervoeder niet gecontroleerd en ook de laadcapaciteit van de transportmiddelgroep of het beschikbare aantal voertuigen voor de vervoerder worden niet gecontroleerd. De reden hiervoor is dat dit planningsoverwegingen zijn. Planningsgerelateerde zaken worden overgelaten aan de vervoerder aan wie de transportorders worden uitbesteed.

    Als LN geen geschikte vervoerder kan vinden, wordt het cluster aangemaakt zonder vervoerder en transportmiddelgroep. In dergelijke gevallen kunt u handmatig een vervoerder en transportmiddelgroep voor het cluster invoeren.

  3. Transportkosten berekenen voor de in stap 1 aangemaakte clusters

    De laatste stap van het clusterproces bestaat uit het berekenen van de transportkosten voor de clusters. Als u het selectievakje Additionele kosten berekenen hebt ingeschakeld, worden er additionele kosten berekend indien additionele kosten van toepassing zijn op transportorderregels uit de clusters. Zie voor meer informatie Voorgecalculeerde transportkosten berekenen en Additionele kosten toekennen

Het clusterproces (samenvatting)

  • In stap 1 worden de transportorderregels gegroepeerd in clusters.
  • De clusters die zijn aangemaakt in stap 1, krijgen in stap 2 een vervoerder en een transportmiddelgroep.
  • In stap 3 worden de transportkosten en, indien van toepassing, de additionele kosten voor de clusters berekend. De nieuwe clusters krijgen de status Geclusterd. Zie voor meer informatie over clusterstatussen Statusoverzicht clusters en clusterregels.
NB

Voordat u een cluster instelt op Geactualiseerd, moet u het clusterproces opnieuw uitvoeren om nieuwe transportorderregels in de uitbestedingsorder op te nemen. Wijzigingen in de herkomstorders en orderregels kunnen er toe leiden dat er nieuwe transportorders en/of transportorderregels worden aangemaakt. Nieuwe transportorderregels worden niet geclusterd. Indien u de meest recente transportorderregels in de uitbestedingsorder wilt opnemen, moet u het clusterproces opnieuw uitvoeren. Zie voor meer informatie Invloed van wijzigingen in transport- en herkomstorders op clusters.