Transportorders groeperen

Ten behoeve van de planning van het transport van goederen op transportorders of voor het uitbesteden van transportorders, verdeelt LN de transportorders in groepen met dezelfde eigenschappen. Dergelijke eigenschappen zijn bijvoorbeeld:

  • Adressen
  • Leverdatums en -tijden
  • Artikeleigenschappen
  • Routes
  • Speciale transportcondities (koeltransport, veetransport, etc.)

Wanneer transportorders worden gegroepeerd om ladingen en zendingen of transportorderclusters aan te maken, bestaat de eerste stap uit het groeperen van transportorderkoppen per transportafdeling. Vervolgens, wanneer een aantal transportorders aan een transportafdeling zijn toegekend, worden de transportorderregels van deze transportorders gegroepeerd in de planninggroepen die voor deze transportafdeling zijn gedefinieerd. De groepen van gekoppelde transportorderregels en planninggroepen worden respectievelijk gebruikt door het ladingopbouwmechanisme om ladingen en zendingen op te bouwen, of door het clustermechanisme om transportorderclusters aan te maken.

Transportorderkoppen per transportafdeling groeperen

Transportafdelingen worden gekoppeld aan transportorders op basis van de criteria van de matrices transportafdeling die zijn gedefinieerd in de sessies Matrixdefinitie transportafdeling (fmfoc1130m000) en Matrix transportafdeling (fmfoc1140m000). Als geen van de matrices van toepassing is of als u geen matrices transportafdeling gebruikt om transportafdelingen toe te kennen aan transportorders, selecteert LN een transportafdeling uit de sessie Magazijnen per transportafdeling (fmfmd0185m000). In deze sessie kunt u transportafdelingen aan magazijnen koppelen. Hoe dit werkt wordt beschreven in het volgende voorbeeld.

Voorbeeld

Verkooporder SO1 wordt geleverd vanuit magazijn WH1. WH1 is gekoppeld aan transportafdeling SHO1. Wanneer transportorder FO1 wordt gegenereerd op basis van verkooporder SO1, wordt transportafdeling SHO1 gekoppeld aan transportorder FO1.

Zie Transportordergroepen instellen voor informatie over het gebruik van matrices transportafdeling en/of transportafdelingen gekoppeld aan magazijnen.

NB

Indien u handmatig een transportorder aanmaakt, moet u een transportafdeling invoeren.

Transportorderregels per planninggroep groeperen

De groepen van gekoppelde transportorders en transportafdelingen kunnen erg groot en divers zijn, omdat deze grote hoeveelheden van verschillende artikelen kunnen bevatten. De groepen moeten dergalve nog verder worden onderverdeeld om als basis te kunnen dienen voor de transportplanning. Hiervoor worden de orderregels van deze groepen gegroepeerd per planninggroep.

Een planninggroep wordt gebruikt om transportorderregels te groeperen. Een planninggroep is gekoppeld aan een transportafdeling. Er kunnen meerdere planninggroepen aan een transportafdeling worden gekoppeld. Planninggroepen worden gedefinieerd in de sessie Planninggroepen (fmfoc0150m000). In de sessie Planninggroep - transportafdeling (fmfoc1100m000) kunt u planninggroepen aan transportafdelingen koppelen.

NB

Alleen geautoriseerde gebruikers kunnen planninggroepen en transportafdelingen gebruiken om zendingen en ladingen op te bouwen. Autorisaties worden verstrekt voor combinaties van transportafdelingen en planninggroepen in de sessie Gebruikers per transportafdeling en planninggroep (fmfoc1105m000).

Een planninggroep heeft een aantal groeperingscriteria. Deze criteria verwijzen naar de gegevens die zijn ingevoerd op de transportorderkoppen en transportorderregels. Orderregels die overeenkomen met de criteria van een planninggroep worden onderverdeeld in die specifieke planninggroep. Indien een planninggroep een kopcriterium bevat (bijv. een adres of een relatie), worden transportorderregels die zijn gekoppeld aan koppen die overeenkomen met het criterium, toegekend aan die planninggroep.

Voorbeeld

Stel dat de transportorders FO1 en FO2 zijn toegekend aan transportafdeling A. Transportafdeling A heeft de planninggroepen PL1 en PL2. Indien de transportorderregels van FO1 overeenkomen met de criteria van PL1, worden ze toegekend aan PL1. Indien de transportorderregels van FO2 overeenkomen met de criteria van PL2, worden ze toegekend aan PL2. Het kan zijn dat de orderregels van een transportorder niet allemaal aan dezelfde planninggroep worden toegekend. Stel dat transportorder FO1 de orderregels A, B en C heeft. C voldoet aan de criteria van PL1, dus C wordt toegekend aan PL1. A en B voldoen aan de criteria van PL2, dus deze orderregels worden toegekend aan PL2. Zie Voorbeeld van transportordergroepen zonder matrix transportafdeling voor meer informatie over het groeperen van transportorders.

Criteria voor planninggroepen worden gedefinieerd in planmatrices. Zie voor meer informatie over planmatrices Planmatrices en matrixdefinities.

Een transportafdeling kan een aantal planningroepen hebben. Transportorders worden gegroepeerd per transportafdeling. De transportorderregels van elke groep van gekoppelde transportorders en transportafdelingen worden gegroepeerd per planninggroep. De orderregels in elke planninggroep worden gebruikt om zendingen en ladingen op te bouwen. Het is afhankelijk van het gebruikte planningsalgoritme en de hoeveelheden op de orderregels hoeveel zendingen en ladingen er worden opgebouwd op basis van elke groep van orderregels per planninggroep.