Basisgegevens Enterprise Planning

Simulaties in Enterprise Planning

Simulatiecodes worden gebruikt om planningen voor verschillende bedrijfssituaties te simuleren. Er kan slechts één scenario het actuele scenario zijn. Het vertegenwoordigt het actuele plan dat naar de productie, inkoop en magazijnbeheer wordt overgedragen.

De horizon voor de simulatie van planningen kan worden opgedeeld in planperioden van verschillende lengten. Hiermee kunt u op de korte termijn prognoses en planningen in korte perioden uitvoeren en op de langere termijn prognoses en planning in langere perioden uitvoeren. De simulatie kan als rollend worden gedefinieerd. Hiermee wordt de planningshorizon periodiek herverdeeld in planperioden die met de huidige datum starten. Dit biedt de planner een consistente periodeverdeling in de loop van de tijd.

Zowel statische gegevens, zoals leverings- en sourcingstrategieën, als dynamische gegevens, zoals geplande orders, kunnen tussen scenario’s worden gekopieerd. Relaties kunnen worden vastgelegd tussen een centrale simulatie en lokale simulaties in een multi-company omgeving. Dit maakt het mogelijk een centrale planning uit te voeren die lokale planningen activeert. Gegevens, zoals prognoses en orders, kunnen worden geaggregeerd en gedesaggregeerd tussen de lokale simulaties en de centrale simulatie.

Artikelgegevens

De planningsinstellingen van een artikel worden vastgelegd in Planningsgegevens artikelen. Hierin bevinden zich meerdere planartikelen. Een andere belangrijke instelling is de default bron. Hiermee wordt aangegeven of het artikel afkomstig is van de productie, inkoop of distributie. Als de default herkomst van productie/inkoop wordt geselecteerd, wordt de actuele herkomst bepaald met de sessie Datumgestuurde artikelgegevens. De horizonnen voor het genereren van geplande orders en plannen per planartikel kunnen worden vastgelegd. Tevens kan worden bepaald of er voor een planartikel een artikelhoofdplan aanwezig is en soorten CTP die worden gebruikt om het artikel aan klanten toe te zeggen.

Resources in Enterprise Planning

In Planning worden de productiefaciliteiten aangeduid met resources. Een resource in Planning correspondeert met een afdeling in Productie. Elke afdeling in Productie wordt als resource in Planning gedefinieerd. Resources worden gebruikt om informatie te geven over de beschikbare capaciteit, de capaciteitsbezetting, de vrije capaciteit en de capaciteit-CTP.

Planeenheden in Enterprise Planning

Planeenheden dienen voor het beheren van de onderlinge afhankelijkheden binnen een beperkingsgestuurde productieplanning. Een planeenheid stelt u in staat planartikelen te groeperen die samen gepland moeten worden vanwege capaciteits- of materiaalbeperkingen. Alleen bij werklastbeheersing moet er gebruik worden gemaakt van planeenheden.

Leveringsbronnen

Sourcing is een methode waarmee de leveringsbron van een planartikel wordt bepaald om aan een vraag te voldoen.

Sourcing kan op twee niveaus worden gedefinieerd:

• Sourcingstrategie

  Deze strategie bepaalt of het artikel wordt geproduceerd, ingekocht of gedistribueerd. Het is niet verplicht om een sourcingstrategie vast te leggen. Als deze niet aanwezig is, wordt de default bron uit de planningsgegevens van de artikelen genomen.

• Toeleveringsstrategie

  Deze strategie bepaalt de regels voor de selectie van leveranciers en magazijnen voor inkoop en distributie. Voor productie is er in het business-object Sourcing geen tweede niveau van toepassing. De leveringsstrategie is optioneel. Als er geen toeleveringsstrategie is gedefinieerd, worden de leveranciers geselecteerd op basis van de prioriteiten in de sessie Artikelen - inkoop (tdipu0101m000). De magazijnen worden dan geselecteerd op basis van de prioriteiten in de sessie Leveringsrelaties (cprpd7130m000).

De leveringsrelaties tussen planningsclusters kunnen worden gedefinieerd. Een planningscluster is een groep entiteiten in één geografische regio zonder dat de entiteiten alle van dezelfde soort moeten zijn en tot hetzelfde financiële bedrijf of logistieke bedrijf moeten behoren. Deze relaties geven de mogelijke leveringen tussen magazijnen weer. Planningenterprise Planning vertaalt altijd de planning voor het planningscluster naar het default magazijn van dat planningscluster. De leveringsrelaties worden geselecteerd op basis van leveringsstrategie. Als er geen leveringsstrategie van toepassing is, wordt er gekeken naar de prioriteiten in de leveringsrelaties.