Basisgegevens

De basisgegevens dienen vooral om een werkomgeving in te stellen.

U kunt de bouwstenen van enterprise-modeler aanmaken en muteren, zoals bedrijfsprocessen, medewerkersgroepen en bedrijfsbesturingsdiagrammen. In de basisgegevens kunt u veresies, componenten en parameters vastleggen.

  • Versies

    In heel DEM worden de modellerings- en runtime-processen uitgevoerd op basis van versies. Door gebruik te maken van versies krijgt elk bedrijfsmodel en modelartikel een unieke identificatie. Voordat u met modelleren begint moet u versies en versiemachtigingen in de basisgegevens vastleggen.

  • Categorieën

    U kunt categorieën aanmaken voor modelartikelen die van dezelfde soort zijn. Modelartikelen kunnen daarom samen worden gelabeld en ingedeeld.

  • Componenten

    Voor het modelleren van de bedrijfsprocessen kunt u gebruikmaken van LN-applicaties en andere (Infor)-softwareapplicaties, zoals Infor AutoConnect of Microsoft Excel. Deze applicaties worden in enterprise-modeler als componenten vastgelegd.

  • Statussen

    Een status kan aan een modelartikel worden gekoppeld. De status geeft aan in welk stadium de ontwikkeling van een modelartikel zich bevindt en wordt gebruikt om:

    • Bewaak de ontwikkelking van een modelartikel
    • Gebruikers machtigen voor de combinatie van een modelartikel en een status
  • Basisgegevens bedrijfsprocessen

    De bedrijfsfuncties in het besturingsmodel hebben alleen betrekking op de organisatie zelf, maar de bedrijfsprocessen laten zien hoe de functies moeten worden uitgevoerd. De processen tonen de relevante LN-sessies en de volgorde waarin deze LN-sessies moeten worden uitgevoerd. Met behulp Basisgegevens bedrijfsproces kunt u AO-documenten in de bedrijfsprocessen gebruiken en met verantwoordelijkheidscodes werken.