Ontvangen EDI-berichten (fouten) (ecedi7151m100)
Deze sessie kunt u gebruiken om de ontvangen foutmeldingen naar aanleiding van de verwerking van inkomende EDI-berichten te bekijken. Met deze sessie kunt u op eenvoudige wijze de fouten in de sessie Bewaarde te ontvangen berichtgegevens (ecedi7151s000) bekijken en corrigeren.
U kunt deze sessie als volgt starten:
- Via het betreffende menu van de sessie Bewaarde te ontvangen berichten (ecedi7150m000).
- Door op de knop Bewaarde te ontvangen berichtgegevens (ecedi7151s000) te klikken. in de sessie
- Door Ontvangen EDI-berichten (fouten) (ecedi7151m100) te selecteren in de menu-browser.
- Als een zelfstandige sessie.
- Geverifieerd
-
Schakel dit selectievakje in als er op de fout een controle is uitgevoerd en als de fout indien nodig is hersteld.
NBU kunt EDI-fouten oplossen in de sessie Bewaarde te ontvangen berichtgegevens (ecedi7151s000). U start deze sessie als volgt:
- Selecteer een record in de sessie Ontvangen EDI-berichten (fouten) (ecedi7151m100).
- Kies Bewaarde te ontvangen berichten (ecedi7150m000) gestart. in het menu geschikt. Hierdoor wordt de sessie
- Dubbelklik op een record in de sessie Bewaarde te ontvangen berichten (ecedi7150m000). De sessie Bewaarde te ontvangen berichtgegevens (ecedi7151s000) wordt gestart. In deze sessie kunt u de fout bekijken en oplossen.
- Mutatiedatum
-
De datum waarop de foutmelding in deze sessie is ingevoerd.
- Orderreferentie
-
Het nummer van de order waarop het EDI-bericht betrekking heeft.
- EDI-bericht
-
De inkomende en/of uitgaande berichten die door de applicatie worden ondersteund. Deze berichten kunnen actief zijn (gebruikt worden in het bedrijf), of niet.
- Gebruiker
-
De persoon die verantwoordelijk is voor het bericht, zoals gedefinieerd in de sessie Door relatie ondersteunde EDI-berichten (ecedi0511m000).
- Relatie
-
De relatie die het EDI-bericht gaat gebruiken.
- Artikel
-
De grondstoffen, halffabricaten, eindproducten en gereedschappen die kunnen worden ingekocht, opgeslagen, geproduceerd en verkocht.
Een artikel kan ook voor een set artikelen staan die als één kit worden verwerkt, of die aanwezig zijn in meerdere productvarianten.
U kunt ook niet-fysieke artikelen definiëren. Dit zijn artikelen die niet aanwezig zijn in de voorraad, maar die gebruikt kunnen worden om kosten te boeken of om diensten te factureren aan klanten. Dit zijn voorbeelden van niet-fysieke artikelen:
- Kostenartikelen (bijvoorbeeld elektriciteit)
- Serviceartikelen
- Onderaannemingsdiensten
- Lijstartikelen (menu's/opties)
- Planner
-
De medewerker die of het bedrijfsonderdeel dat verantwoordelijk is voor de planning van de productie, inkoop en distributie van artikelen. De planner houdt rekening met de voorraadniveaus, beschikbaarheid van materialen en capaciteit van resources en reageert op signalen, zoals berichten over een gewijzigde planning die door LN worden gegenereerd.
NBDe planner wordt default opgehaald uit de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000). Als het relevante planartikel niet aanwezig is of geen planner beschikbaar in de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000), wordt de planner opgehaald uit de sessie Artikel - bestelgegevens (tcibd2100m000).
- Inkoper
-
De medewerker van uw bedrijf die de contactpersoon is voor een kopen-van relatie. Een inkoper wordt ook wel een inkoopagent genoemd.
NBDe inkoper wordt default opgehaald uit de sessie Artikelen - inkoop (tdipu0101m000).
- Veld
-
De technische naam van de tabel en het veld in LN waar de fout of waarschuwing betrekking op heeft.
- Veldwaarde
-
De inhoud van het veld in het EDI-bericht dat de fout of waarschuwing heeft veroorzaakt.
- Qualifier 1
-
Dit veld wordt gevuld als een inkomend EDI-veld dat als qualifier functioneert, een fout veroorzaakt. De qualifier kan worden gelezen uit het ASCII-bestand of kan de default qualifier zijn.
- Qualifier 2
-
Dit veld wordt gevuld als een inkomend EDI-veld dat als qualifier functioneert, een fout veroorzaakt. De qualifier kan worden gelezen uit het ASCII-bestand of kan de default qualifier zijn.
- Foutmelding
-
De waarschuwingen of fouten naar aanleiding van de verwerking van inkomende EDI-berichten.
- Batchnummer
-
Het batchnummer dat is gekoppeld aan de ontvangen EDI-berichten (voor inkomende berichten die zijn verwerkt en bijgewerkt in LN of zijn opgeslagen in Bewaarde te ontvangen berichten).
NBPer netwerk wordt er een batchnummer gegenereerd wanneer inkomende EDI-berichten worden verwerkt.
- Batchrecordnummer
-
Een nummer waarmee een bepaald gegevensrecord wordt aangeduid voor een specifiek batchnummer.
- Volgnr.
-
Het nummer waarmee een specifieke foutmelding of waarschuwing wordt aangeduid voor een bepaalde combinatie van batchnummer en batchrecordnummer.
- Niveau
-
Het niveau van het gerelateerde ASCII-bestand.
NBVoor EDI-berichten met een meervoudig bestandsformaat heeft elk bestand zijn eigen niveau. Het eerste niveau (niveau 1) bevat het hoofdbestand. Lagere niveaus hebben altijd hogere nummers. Voor EDI-berichten met een enkelvoudig bestandsformaat, verwijst een niveau naar een soort record die wordt aangeduid met een niveau-identificatie.