Bevestigde en niet-bevestigde prognose

Dit onderwerp bevat informatie over bevestigde en niet-bevestigde prognoses en een overzicht van de functionaliteit voor deze prognoses.

Zie de volgende onderwerpen voor instructies voor het instellen van de verschillende opties:

  • Bevestigde prognose instellen (klant)
  • Bevestigde prognose instellen (leverancier)

Voor een beschrijving van het algoritme waarmee wordt bepaald welk deel van de totale prognose wordt aangemerkt als bevestigde prognose, raadpleegt u De bevestigde prognose bepalen.

Betrouwbaarheid van de prognose die naar de leverancier wordt verzonden

Als u gebruikmaakt van een door de leverancier beheerde voorraad (VMI) en de leverancier de levering voor de klant plant, kan de leverancier plannen op basis van de prognose die van de klant is ontvangen.

De klant kan onderscheid maken tussen bevestigde en niet-bevestigde prognoses:

  • Bevestigde prognose

    Het deel van de totale prognose waarvoor de klant bevestigt dat dit deel zal worden verbruikt.

    De bevestigde prognose wordt meestal afgeleid van werkelijke verkooporders, verkoopafroepschema's, enzovoort.

  • Niet-bevestigde prognose

    Het deel van de totale prognose waarvoor de klant niet zeker weet of deze hoeveelheid ook echt nodig is.

De som van de bevestigde prognose en de niet-bevestigde prognose is de totale prognose. De totale prognose bevat meestal de vraag op basis van de werkelijke verkooporders voor de eindproducten van de klant en de vraagprognose op basis van de voorgecalculeerde toekomstige verkoop.

Niet-bevestigde prognose gebruiken

Als u onderscheid maakt tussen bevestigde prognoses en niet-bevestigde prognoses, kunt u bepalen of de leveringsplanning wordt gebaseerd op de bevestigde prognose of op de totale prognose.

Met bevestigde levering

Als de VMI-leverancier berichten naar de klant verzendt met de bevestigde levering die de klant kan verwachten, kan de leverancier de bevestigde levering berekenen op basis van Totale prognose of Bevestigde prognose.

In beide gevallen baseert de leverancier de leveringsplanning op de bevestigde levering.

Zonder bevestigde levering

Als de leverancier geen berichten naar de klant verzendt met de bevestigde levering die de klant kan verwachten, kan de leverancier de leveringsplanning baseren op Totaal prognose of Bevestigde prognose.

Als de planning wordt gebaseerd op Totaal prognose, kan de leverancier de aanvulling baseren op Totaal prognose of Bevestigde prognose. Als de planning wordt gebaseerd op Bevestigde prognose, kan de aanvulling worden gebaseerd op Bevestigde prognose. In beide gevallen kunt u de aanvulling ook handmatig verwerken.

Artikelplan leverancier en artikelplan klant

In het artikelplan leverancier en het artikelplan klant, toont LN het veld Totale vraag en het veld Bevestigde vraag in kolommen naast elkaar. LN toont ook de velden Geplande beschikb. (totaal) en Geplande beschikb. (bevestigd), die aangeven of de leverancier voorraadtekorten kan voorkomen. Een negatieve geplande beschikbare hoeveelheid geeft een verwacht voorraadtekort aan.

Als de VMI-leverancier niet aan de totale prognose kan voldoen, geeft het artikelplan aan of de leverancier ten minste aan de bevestigde prognose kan voldoen.