Werklastbeheersing, planningsalgoritme

Werklastbeheersing is een planningsmethode waarmee u de productieplannen van verschillende artikelen tegelijkertijd kunt nivelleren. Als het productieplan in een bepaalde planperiode resulteert in een overbezetting van de beschikbare productiecapaciteit, verschuift LN een deel van het productieplan naar een eerdere of latere periode. Als er onvoldoende materiaal is, zal LN ook een deel van het productieplan verschuiven.

Deze planningsmethode wordt toegepast op planeenheden waarvoor het veld Hoofdplanningsmethode in de sessie Planeenheid (cprpd6100m000) op Werklastbeheersing staat.

De planningsprocedure wordt gestart door een hoofdplan te simuleren met een van de volgende sessies:

  • Hoofdplanning genereren (cprmp1202m000)
  • Hoofdplanning genereren (artikel) (cprmp1203m000)

De werklastgestuurde planning bestaat uit 3 stappen:

  1. Genereer een plan zonder beperkingen
  2. Achteruit wordt gepland
  3. Vooruit plannen

U kunt de stappen voor het achteruit of vooruit plannen overslaan door het selectievakje Achteruitplanning of Vooruitplanning in de sessie Parameters werklastbeheersing (cpwlc2101m000) niet in te schakelen. Voor meer informatie, zie Werklastbeheersing, achteruit en vooruit plannen.

In de online-handleiding Werklastbeheersing - grafisch voorbeeld kunt u zien hoe de stappen worden uitgevoerd.

De stappen van het planningsalgoritme worden hieronder beschreven:

  1. Genereer een plan zonder beperkingen

    LN genereert een productieplan zonder capaciteits- en materiaalbeperkingen. In dit plan wordt elk artikel exact geproduceerd volgens de behoefte. Dit plan wordt op dezelfde wijze gegenereerd als bij de planning tegen oneindige capaciteit. Voor meer informatie, zie Plannen tegen oneindige capaciteit. Opmerking Deze stap wordt overgeslagen als het veld Uitgangspunt werklastbeheersing in de sessie Parameters werklastbeheersing (cpwlc2101m000) op Huidig hoofdplan staat.
  2. Achteruit wordt gepland

    Bij achteruit plannen wordt eerst uitgegaan van een productieplan zonder beperkingen. Vervolgens wordt dat productieplan opnieuw gepland waarbij rekening wordt gehouden met eventuele materiaal- en capaciteitsbeperkingen. Alle planperioden worden één voor één gepland, waarbij gewerkt wordt van de laatste planperiode naar de eerste. Als het productievolume niet volledig kan worden gepland door materiaal- of capaciteitsbeperkingen, wordt een gedeelte van het volume naar de voorgaande periode verschoven.
  3. Relatieve prioriteit van planartikelen

    De volgorde waarin de artikelen in elke periode worden gepland, heeft een grote invloed op het uiteindelijke plan. Deze volgorde kan worden gedefinieerd door in de planningsparameters een prioriteitsregel op te geven op basis van een aantal factoren, zoals:

    • Verschoven productievolume
    • Materiaal- en productiekosten
    • Prioriteit van het planartikel
    Voor meer informatie, zie Werklastbeheersing, berekening planningsprioriteiten. Als het algoritme bij de eerste planperiode komt en het productievolume in die periode te groot is als gevolg van capaciteits- of materiaalbeperkingen, is het niet mogelijk een plan te genereren waarin alle leverdatums haalbaar zijn.
  4. Vooruit plannen

    Met vooruit plannen kunt u echter altijd een haalbaar plan genereren, al is het wel mogelijk dat een productievolume niet op tijd wordt geleverd. Bij vooruit plannen wordt gewerkt vanaf de eerste periode en worden de periode één voor één gepland. Productievolumes die niet volledig kunnen worden gepland vanwege materiaal- of capaciteitsbeperkingen, worden naar de volgende periode verschoven.

Capaciteitsbeperkingen

De capaciteitsbehoefte van de planartikelen wordt vastgelegd in de sessie Planningslijst van kritische capaciteiten (cprpd3130m000). Alleen de resources waarvoor het selectievakje Beperking in de sessie Hulpmiddelen (cprpd2100m000) is ingeschakeld, worden in de planning als een beperking gezien. LN gaat ervan uit dat de capaciteit van de andere resources onbeperkt is.

De verdeling van de capaciteitsbehoeften over de planperioden wordt bepaald door de waarde van het veld Consumptie capaciteit op basis van in de sessie Parameters werklastbeheersing (cpwlc2101m000).

In de planning wordt alleen rekening gehouden met capaciteitsbeperkingen als tijdens de simulatie van een hoofdplan het selectievakje Capaciteitsbeperkingen meenemen is ingeschakeld.

Materiaalbeperkingen

De materiaalbehoefte van de planartikelen wordt vastgelegd in de sessie Planningslijst van kritische materialen (cprpd3120m000). Alleen de materialen waarvoor het selectievakje Beperking in de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000) is ingeschakeld, worden in de planning als een beperking gezien.

Met materiaalbeperkingen wordt alleen rekening gehouden als tijdens de simulatie van een hoofdplan het selectievakje Materiaalbeperkingen meenemen is ingeschakeld.

NB

Indien het veld Aantal iteraties in de sessie Hoofdplanning genereren (cprmp1202m000) groter is dan nul, begint LN altijd met het aanmaken van een plan zonder beperkingen. Met de materiaalbeperkingen wordt alleen rekening gehouden tijdens verdere iteraties.