Belastingpakket-interface instellen

Ga als volgt te werk om de implementatie van de belastingpakket-interface voor te bereiden:

1. Gebruik de sessie Landenset (tccom1680m000) om een landenset te bepalen voor de landen waarvoor het belastingpakket de belastingbedragen moet berekenen en een verkoopbelastingregister moet bijhouden. Voor orders met adressen in andere landen berekent LN de belastingbedragen.
2. Kijk na of bestaande adressen in de landen die u in stap 1 hebt opgegeven, de indeling hebben die vereist is voor het belastingpakket. De plaats, staat/provincie en postcode voor adressen in de Verenigde Staten en Canada moeten worden opgegeven in de juiste adresvelden.
3. Het belastingpakket moet worden geïnstalleerd volgens de instructies van de leverancier van het belastingpakket.
4. Sluit de boekingsperiode af met de sessie Perioden afsluiten (tfgld1206m000).

U kunt als volgt de interface met het belastingpakket implementeren:

1. Schakel het selectievakje Belastingpakket gebruiken in de sessie Parameters belastingpakket (tctax6100m000) in.
2. Selecteer het belastingpakket in de sessie Parameters belastingpakket (tctax6100m000). Het belastingpakket moet Vertex O Series voor verkoop- en verbruiksbelasting zijn.
3. Geef in de sessie Landenset (tccom1680m000) de landen op waarop het belastingpakket van toepassing is. Als het adres van de relatie in een van deze landen ligt, worden de belastingbedragen niet door LN berekend, maar worden de belastinggegevens doorgegeven aan het belastingpakket. Voor adressen in andere landen berekent LN de belastingbedragen.
4. Controleer de bestaande adresgegevens en koppel GEO-codes aan bestaande adresgegevens met de sessie Verificatie-utility jurisdictie adressen (tctax6210m000).
5. Controleer de GEO-codes en definieer de codes indien nodig opnieuw.
   • Indien u gebruikmaakt van Vertex, moet u mogelijk de default instelling van het selectievakje Binnen stadsgrenzen in de sessie Adressen (tccom4130s000) wijzigen.
   • Als er meer dan één jurisdictie overeenkomt met de adresgegevens, selecteert u in het juiste menu de optie Jurisdictie om de sessie GEO-codes per adresgegevens (tctax6105m000) te starten.
6. Voer uw bedrijf, relaties en productgerelateerde gegevens in het belastingpakket in.
7. Definieer de geldige productcategorieën in de sessie Productcategorieën (tctax6101m000). De productcategorieën die u definieert, moeten overeenkomen met de belastingbeperkingen die in het belastingpakket zijn gedefinieerd.
8. Geef de matrix van artikelgroepen, artikelen, contractsoorten, servicetypen en grootboekrekeningnummers per productcategorie op, in de sessie Belastingmatrix productcategorie (tctax6102m000).

Nadat u de interface met het belastingpakket hebt geïmplementeerd, voert u de volgende correcties uit:

• De belastingcodestructuur vereenvoudigen

  Als u LN reeds hebt gebruikt zonder belastingpakket, kunt u uw huidige belastingstructuur in Financiële administratie opnieuw evalueren. Voor het belastingpakket is de complexe belastingafhandeling die in geïmplementeerd is LN voor bedrijven die geen gebruik maken van een belastingpakket, niet noodzakelijk.

  Als u een belastingpakket gebruikt, gebruikt LN de belastingcodes om de grootboekrekeningen vast te stellen waarop de verschillende bedragen worden geboekt. LN zet alle belastingcodes op enkelvoudige belasting tijdens de implementatie van de belastingpakket-interface. Het belastingpakket bepaalt de belastingpercentages en de jurisdicties.

• Aparte belastingcodes gebruiken voor financiële mutaties

  U moet de belastingbedragen van financiële mutaties handmatig invoeren in het belastingpakket voordat u de kwartaalverslagen kunt indienen. De reden hiervoor is dat de belastingbedragen van financiële mutaties niet weggeschreven worden naar het belastingregister van het belastingpakket. Gebruik de sessie Bereken-utility belastingpakket (tctax6212m000) om deze belastingbedragen in te voeren. U kunt afzonderlijke belastingcodes definiëren voor financiële mutaties om de belastingbedragen van financiële mutaties te kunnen traceren.