Eenheidstarieffacturering gebruiken

De eenheidstarieffacturering is gebaseerd op de verkoopprijs van een structuurdeel of een activiteit. Het te factureren bedrag is gelijk aan de verkoopprijs vermenigvuldigd met de werkelijke productiestand (hoeveelheid).

U gebruikt de eenheidstarieffacturering als volgt:

  1. Wijs de structuurdelen of activiteiten toe aan opbrengstcodes in de sessie Structuurdelen en activiteiten aan opbrengstcodes toekennen (tppin0820m000).
  2. Selecteer de relevante Contractsoort en geef Eenheidstarief op in het veld Factuursoort, in de sessie Contractregels (tpctm1110m000).
  3. Geef de relevante structuurdelen of activiteiten voor het project op met de verkoopprijs die moet worden gebruikt voor de facturering.
  4. Leg de productiestand vast in de sessie Werkelijke productiestanden structuurdelen (tpppc1550m000) of Werkelijke productiestanden activiteiten (tpppc1560m000).
  5. Zet de projectgegevens over met de sessie Mutaties naar Facturering overzetten (tppin4200m000).

    NB: De sessie Overgezette gefactureerde regels eenheidsprijzen (tppin0550m000) geeft voor een specifiek project, structuurdeel en activiteit de regels weer die met succes zijn overgezet.

    In Facturering:

    1. De toekomstige facturen bevestigen.
    2. De factuurkoppen controleren
    3. Facturen samenstellen, afdrukken en doorboeken naar Debiteurenadministratie.

    De gekoppelde inkomsten worden tegelijk verwerkt in Projectadministratie. Het factuurnummer wordt weergegeven op de mutatie wanneer de inkomsten worden geboekt.