De ID van de vestiging.
NB
Alleen zichtbaar als de functionaliteit voor meerdere vestigingen actief is.
Uitbestedingsmodellen (tisub1100m000)Deze sessie kunt u gebruiken om modellen voor het uitbesteden van de productie van halffabricaten of eindproducten te beheren.
Vestiging De ID van de vestiging. NB Alleen zichtbaar als de functionaliteit voor meerdere vestigingen actief is. Product Het uitbestede artikel. Toeleverancier Een relatie die wordt ingehuurd om bepaalde diensten te verrichten, bijvoorbeeld de uitvoering van een deel van een project of productieorder. De levering van de diensten wordt afgehandeld door middel van een inkooporder. Verzenden-van relatie De relatie die het uitbestede onderdeel verzendt. Revisie De ID van de revisie. Ingangsdatum De datum en tijd waarop het uitbestedingsmodel geldig wordt. Voor nacalculeren gebruiken Indien dit selectievakje is ingeschakeld, kan het uitbestedingsmodel worden gebruikt voor de nacalculatie. Voor planning gebruiken Status De status van het uitbestedingsmodel. Toegestane waarden Vervaldatum De datum en tijd waarop het uitbestedingsmodel niet meer geldig is. Magazijn subcontractor Het magazijn waar de component ligt opgeslagen en de reservering voor een productieorder plaatsvindt. NB Als de component een phantom is en u het selectievakje Magazijn overerven als parent-artikel een phantom is inschakelt, reserveert LN de behoefte voor de component in het magazijn dat aan het parent-artikel van de component is gekoppeld. Stuklijsthoeveelheid Het aantal maakartikelen waarop een stuklijst van toepassing is. De stuklijsthoeveelheid stelt u in staat zeer kleine producthoeveelheden in de stuklijst op te nemen. Voorbeeld Om 1 liter verf met een speciale kleur (katoenwit) te produceren, moet u bepaalde kleurstoffen toevoegen. De hoeveelheden daarvan zijn echter bijzonder klein. Daarom voert u een stuklijsthoeveelheid in van 1000 liter. De hoeveelheden zijn dan als volgt:
| |||||||||||||