Afhandeling perioden voor integratiemutaties

U moet deze concepten in detail begrijpen om perioden voor integratiemutaties af te handelen in Infor LN.

Datums

Als mutaties uit Logistiek worden doorgeboekt naar Fin. administratie, zijn daarbij de volgende typen datums betrokken:

  • Mutatiedatum
    De datum die u invoert bij het aanmaken van de mutatie, zoals een verkooporder of een magazijnontvangst. Gewoonlijk is de mutatiedatum de huidige datum. Alleen bij geantidateerde mutaties komt de mutatiedatum niet overeen met de huidige datum. Intern wordt de mutatiedatum in de UTC-tijd vastgelegd.
  • Invoerdatum mutatie
    De datum die u invoert wanneer u de batch aanmaakt. Gewoonlijk is de invoerdatum van de mutatie de huidige datum. Alleen bij geantidateerde mutaties komt de invoerdatum niet overeen met de huidige datum. Intern wordt de invoerdatum van de mutatie in de plaatselijke tijd vastgelegd.
  • Documentdatum
    De mutatiedatum in Fin. administratie. De documentdatum wordt altijd in de lokale tijd vastgelegd. Voor facturen is de documentdatum de factuurdatum. Meestal komt de documentdatum overeen met de mutatiedatum, behalve als u handmatig een andere mutatiedatum in Fin. administratie invoert of als er een dag verschil bestaat tussen de UTC-tijd en de lokale tijd. De documentdatum wordt niet gebruikt voor integratiemutaties.
  • Aanmaakdatum
    De datum en tijd waarop de mutatie wordt aangemaakt. Bij geantidateerde mutaties komen de aanmaakdatum en de mutatiedatum niet met elkaar overeen. De aanmaakdatum wordt alleen gebruikt voor integratiemutaties.
  • Boekingsdatum
    De (lokale) datum en tijd waarop de mutatie wordt geboekt.