Aangehechte bestanden (dmdoc4540m000)

Deze sessie kunt u gebruiken om de aangehechte bestanden op te vragen en te muteren. Bestanden zijn altijd gekoppeld aan een documentrevisie.

U kunt bestanden aan een revisie hechten als u beschikt over de benodigde autorisatie en de revisie de status Nieuw heeft.

Gerelateerde onderwerpen

 

Document

De ID van het document waarvoor de revisie bestaat.

Documenttitel

De omschrijving of naam van de code.

Revisie

De revisie van het document.

Library

De ID van de library.

Library

De omschrijving of naam van de code.

Soort

De documentsoort.

Omschrijving

De omschrijving of naam van de code.

Status

De status van de documentrevisie.

Secundaire status

Extra statusinformatie voor het document.

Secundaire statussen zijn klantspecifiek en kunnen worden gedefinieerd op basis van de behoeften van een afzonderlijk bedrijf.

Gebied

De locatie van het bestand.

Volledige pad

De directory waarin het bestand is opgeslagen.

Ingecheckt/uitgecheckt

De status van het aangehechte bestand. Als het bestand de status Uitgecheckt heeft, bestaat het bestand in een werkgebied. Als het bestand de status Ingecheckt heeft, bestaat het bestand in een opslaggebied.

Als een bestand voor het eerst aan een documentrevisie wordt gehecht, staat het bestand in een werkgebied en heeft het default de status Uitgecheckt.

Gebied

Het gebied waarin het bestand staat.

Bestandsversie

De versie van het bestand. Het versienummer van een bestand wordt opgehoogd wanneer het bestand wordt uitgecheckt.

Bestandstype

Het bestandstype voor het document. Klik op de bladerpijl om een bestandstype te selecteren in de sessie Bestandstypen aan documentsoort koppelen (dmdoc2550m000).

Bestandsextensie

De extensies die zijn gedefinieerd voor het bestandstype.

Bestandsnaam

De bestandsnaam voor het nieuwe record.

Gebied

De locatie van het bestand.

Bronversie

De bronversie van het bestand, waarvan de huidige bestandsversie is afgeleid. Wanneer een bestand wordt uitgecheckt voor een herziene documentrevisie, verschijnt de bronversie.

Gebied

De locatie van het bestand als onderdeel van de bestandsgegevens.

Uitcheck-datum

De datum en het tijdstip waarop het bestand is uitgecheckt.

Uitgecheckt door

De naam van de gebruiker die het bestand heeft uitgecheckt.

Bestandsgrootte

De grootte van het bestand, uitgedrukt in bytes.

Datum gewijzigd

De datum en het tijdstip waarop het bestand is gewijzigd.

 

Bestand weergeven

Hiermee kunt u de inhoud van een bestand opvragen.

Bestand bewerken

Hiermee wordt het bestand geopend, zodat u het kunt bewerken.

Bestand afdrukken

Hiermee wordt het bestand geopend, zodat u het kunt afdrukken.

Bestand annoteren

Hiermee kunt u het bestand annoteren, dat wil zeggen opmerkingen toevoegen.

Bestanden verplaatsen

Hiermee kunt u bestanden verplaatsen naar een andere locatie. Geef de detailgegevens op in de sessie Doel selecteren (dmdocvariant). Wanneer de bestanden zijn verplaatst naar een ander werkgebied, wordt het veld Gebied bijgewerkt.

Bestand. kopiëren

Hiermee kunt u het bestand kopiëren naar een andere revisie van hetzelfde document of naar een documentrevisie van een ander document. Geef de detailgegevens op in de sessie Doel selecteren (dmdocvariant).

Lokale kopie ophalen

Hiermee wordt een lokale kopie van het bestand in het default werkgebied van de gebruiker geplaatst.

E-mail

Hiermee wordt in Microsoft Outlook een e-mailbericht met het bestand als bijlage verstuurd.

Bestand uitchecken

Hiermee checkt u het bestand uit en wordt een nieuwe versie van het bestand in het werkgebied geplaatst.

Uitchecken ongedaan maken

Hiermee wordt het uitchecken van het bestand ongedaan gemaakt. Het uitgecheckte bestand wordt teruggezet op de vorige status.

Bestands-browser

Hiermee kunt u één bestand of meerdere bestanden selecteren.

Sjablonen

Hiermee kunt u een sjabloon selecteren. De inhoud van de sjabloon wordt naar een nieuw bestand gekopieerd.

Bestanden archiveren

Hiermee worden de bestanden gearchiveerd in een ander, weinig gebruikt opslaggebied.