Component-CTP

Tijdens een controle op de component-CTP van een artikel, gaat LN na of er voldoende componenten aanwezig zijn om dat artikel te produceren.

Meestal wordt een controle op de component-CTP uitgevoerd in de volgende situatie:

  • De ATP van een artikel wordt gecontroleerd.
  • De ATP-waarde van het artikel is ontoereikend om aan de vraag te voldoen.
  • Voor het betreffende artikel kunnen controles op de component-CTP worden uitgevoerd (zie de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000)).

Voor de artikelen van de stuklijst, de lijst van kritische materialen of de generieke stuklijst wordt een controle op de component-CTP uitgevoerd als de artikelen klantspecifiek zijn. In elke situatie moet u het selectievakje Kritisch in CTP in de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000) inschakelen voor de componentartikelen waarmee LN rekening moet houden tijdens het uitvoeren van een controle op de component-CTP, zodat LN kan zien dat de componenten kritisch in CTP zijn.

Voor elke CTP-kritische component voert LN een volledige CTP-controle uit. Deze controle kan bestaan uit verschillende soorten ATP- en CTP-controles, op basis van de instellingen in de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000). Dit kan ertoe leiden dat componenten op meerdere niveaus worden gecontroleerd, waarbij LN ook de componenten op de lagere niveaus meeneemt.

NB

Bij de controle op de component-CTP wordt de specificatie genegeerd, ongeacht de waarde van het veld Vraagpeg overerven in de sessie Materialenlijst jobshop (tibom3610m000) of van het veld Vraagpeg overerven in de Stuklijst (tibom1110m000), als de parameter Jobshop per vestiging in de sessie Geïmplementeerde software-componenten (tccom0100s000) Niet actief is.

LN gaat ervan uit dat de volledige ATP van de componenten beschikbaar is.

Voorbeeld

U maakt 4 verschillende artikelen: A, B, C en D.

  • D is een kritische component van C
  • C is een kritische component van B
  • B is een kritische component van A
[...]

In de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000) hebt u voor alle artikelen het selectievakje Component-CTP ingeschakeld. Ook hebt u het selectievakje Kritisch in CTP ingeschakeld voor de artikelen B, C en D. U hebt niet het selectievakje Capaciteit-CTP, het selectievakje Afzetkanaal-ATP of het selectievakje Familie-CTP ingeschakeld.

LN voert een CTP-controle uit voor artikel A met een standaard ATP-controle. Als de ATP van artikel A ontoereikend is, voert LN voor artikel B een volledige CTP-controle uit op meerdere niveaus. De volgende gegevens worden dan gecontroleerd:

  • De ATP van artikel D
  • De ATP van artikel C, plus het volume dat kan worden geproduceerd volgens de ATP van artikel D
  • De ATP van artikel B, plus het volume dat kan worden geproduceerd volgens de ATP van artikel C
De behoeftedatum van de component

Als u een controle op de component-CTP uitvoert, berekent LN de behoeftedatum van de component op basis van de behoeftedatum van het hoofdartikel. Het verschil tussen de behoeftedatum van het hoofdartikel en de behoeftedatum van de component is de doorlooptijd-offset.

LN plant de offset aan de hand van de van toepassing zijnde kalender en de beschikbaarheidssoort die in de sessie Planningsparameters (cprpd0100m000) zijn gedefinieerd. Ook de waarde van het veld Bucket component-CTP in de sessie Planningsparameters (cprpd0100m000) is van invloed op de doorlooptijd-offset.

De jobshop-materialenlijst gebruiken
  • De controle op de component-CTP is gebaseerd op de jobshop-stuklijst en LN berekent de behoeftedatum van de component met behulp van de gegevens in de sessies Materialenlijst jobshop (tibom3610m000) en Artikel - productie (tiipd0101m000).

  • Als voor de sessie Materialenlijst jobshop (tibom3610m000) het selectievakje Doorlooptijd-offset gebruiken is ingeschakeld voor de specifieke combinatie van product en vestiging, wordt de waarde van dit veld gebruikt als doorlooptijd-offset.

  • Als voor de sessie Materialenlijst jobshop (tibom3610m000) het selectievakje Doorlooptijd-offset gebruiken is uitgeschakeld, wordt de orderlooptijd van het product gebruikt als doorlooptijd-offset. De orderlooptijd wordt gedefinieerd op het veld Eenheid orderlooptijd in de sessie Artikel - productie (tiipd0101m000).

De stuklijst (oud) gebruiken
  • De controle op de component-CTP is gebaseerd op de stuklijst en LN berekent de behoeftedatum van de component met behulp van de gegevens in de sessies Stuklijst (tibom1110m000) en Artikel - productie (tiipd0101m000).

  • Indien het selectievakje Doorlooptijd-offset gebruiken in de sessie Stuklijst (tibom1110m000) is ingeschakeld, gebruikt LN de waarde van het veld Waarde doorlooptijd-offset in die sessie als de doorlooptijd-offset.

  • Indien het selectievakje Doorlooptijd-offset gebruiken in de sessie Stuklijst (tibom1110m000) is uitgeschakeld, gebruikt LN de orderlooptijd van het hoofdartikel als de doorlooptijd-offset. De orderlooptijd wordt gedefinieerd op het veld Eenheid orderlooptijd in de sessie Artikel - productie (tiipd0101m000).

De lijst van kritische materialen gebruiken

Als de controle op de component-CTP is gebaseerd op de lijst van kritische materialen, berekent LN de behoeftedatum van de component met behulp van de gegevens in de sessie Lijst van kritische materialen (cprpd3120m000).

Indien het selectievakje in de sessie Generieke stuklijsten (tipcf3110m000) is ingeschakeld, gebruikt LN de waarde van het veld Doorlooptijd-offset in de sessie Lijst van kritische materialen (cprpd3120m000).

De lijst van kritische materialen (oud) gebruiken

Als de controle op de component-CTP is gebaseerd op de lijst van kritische materialen, berekent LN de behoeftedatum van de component met behulp van de gegevens in de sessie Lijst van kritische materialen (cprpd3120m000).

Indien het selectievakje in de sessie Stuklijst (tibom1110m000) is ingeschakeld, gebruikt LN de waarde van het veld Doorlooptijd-offset in de sessie Lijst van kritische materialen (cprpd3120m000).

Instelling van controles op component-CTP

Het hoofdartikel instellen

  • Als het selectievakje Component-CTP in de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000) is ingeschakeld, kunt u voor dat artikel de component-CTP controleren.

  • Schakel het selectievakje Component in de sessie Beheer ATP (cprrp4800m000) uit om controles op de component-CTP uit te schakelen.

NB

Tevens kunt u de controles op de component-CTP in configure-to-order situaties gebruiken.

De componenten instellen

Schakel voor alle componenten die u wilt controleren het selectievakje Kritisch in CTP in de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000) in.

  • Geef op een van de volgende manieren een doorlooptijd-offset op:

    • Schakel het selectievakje Doorlooptijd-offset gebruiken in de sessie Stuklijst (tibom1110m000) in en voer de doorlooptijd-offset in op het veld Waarde doorlooptijd-offset. Als een artikel als component voor meerdere hoofdartikelen wordt gebruikt, moet u deze doorlooptijd-offset opgeven in elke stuklijst waarin de component voorkomt.
    • Schakel het selectievakje Doorlooptijd-offset gebruiken in de sessie Materialenlijst jobshop (tibom3610m000) uit. Voer de doorlooptijd-offset in op het veld Eenheid orderlooptijd in de sessie Artikel - productie (tiipd0101m000). Als het artikel voor meerdere hoofdartikelen als component wordt gebruikt, gebruikt LN deze waarde voor elk eindproduct in de CTP-berekeningen.
NB

Als u het DEM Content Pack gebruikt in combinatie met Infor LN, kunt u de wizard MPL1110 (Planning van cumulatieve ATP en/of CTP) gebruiken om de ATP en CTP in te stellen. U kunt deze voorgedefinieerde wizard uitvoeren vanuit de sessie Wizards per projectmodel (tgwzr4502m000) nadat u het bedrijfsfunctiemodel voor uw bedrijf hebt opgegeven.